In deze zaak vorderde eiser, een uitkeringsgerechtigde, schadevergoeding van het UWV wegens een mislukt re-integratietraject. Eiser had in 2008 een burn-out en startte in 2009 een Individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO) met begeleiding van een extern re-integratiebedrijf. Eiser stelde dat het UWV zijn zorgplicht had geschonden door het re-integratieplan goed te keuren, ondanks zijn medische achtergrond, en door niet in te grijpen tijdens het traject. De rechtbank oordeelde dat het UWV een zorgplicht heeft jegens uitkeringsgerechtigden, maar dat deze niet zo ver strekt dat het UWV actief onderzoek moet doen zonder concrete aanleiding. De rechtbank concludeerde dat het UWV niet onrechtmatig had gehandeld. Eiser had zelf verantwoordelijkheid voor zijn re-integratie en het UWV had geen reden om het traject te stoppen, gezien de positieve rapportages. De vorderingen van eiser werden afgewezen en hij werd veroordeeld in de proceskosten.