ECLI:NL:RBAMS:2013:3206
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 4 juni 2013 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure met zaaknummer AWB 11/300 AWBZ. De zaak betreft een verzoek om vergoeding van proceskosten door de opposante, het Centrum indicatiestelling zorg, na een eerdere uitspraak van de rechtbank op 27 juli 2011, waarin het beroep van de opposante kennelijk niet-ontvankelijk was verklaard wegens het niet betalen van het griffierecht. De opposante, vertegenwoordigd door mr. L. Stové, heeft verzet aangetekend tegen deze uitspraak, maar dit verzet werd ingetrokken met een verzoek om proceskostenvergoeding.
De rechtbank overweegt dat in het verzet de uitspraak van 27 juli 2011 wordt beoordeeld en niet het bestreden besluit. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van tegemoetkomen door de verweerder, aangezien de uitspraak van 27 juli 2011 een ambtshalve toetsing betreft en niet het bestreden besluit. De rechtbank wijst het verzoek om vergoeding van de proceskosten af, omdat er geen aanleiding is voor vergoeding van het griffierecht. Tevens wordt opgemerkt dat tegen een uitspraak op verzet geen rechtsmiddel openstaat.
De rechtbank heeft de beslissing genomen op basis van de artikelen 8:55 en 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), waarbij het oude recht van toepassing is, aangezien de in verzet bestreden beslissing vóór 1 januari 2013 bekend is gemaakt. De uitspraak is gedaan door mr. J.H.M. van de Ven, rechter, in tegenwoordigheid van M.P. Osinga-Sanders, griffier, en is bekendgemaakt aan de partijen.