ECLI:NL:RBAMS:2012:BY7596
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- J.A.J. Peeters
- N.C.H. Blankevoort
- C.L.J.M. de Waal
- Rechtspraak.nl
Wraking verzoek na uitspraak in de zaak betreffende toestemming voor afgifte paspoort minderjarige
In deze zaak betreft het een wrakingsverzoek dat is ingediend door de ouders van een minderjarige, die op 9 maart 2012 een verzoek hadden ingediend bij de kinderrechter om toestemming te geven voor de afgifte van een paspoort of een Nederlandse identiteitskaart. Dit verzoek, geregistreerd onder rekestnummer [ ], werd behandeld op 3 april 2012, waarbij de behandelend rechter mr. [ ] was. Tijdens de zitting werd het verzoek mondeling toegewezen en de ouders werden gehoord. Echter, op 4 april 2012, na de uitspraak, dienden de ouders een wrakingsverzoek in tegen de rechter die de beslissing had genomen.
De wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam heeft het verzoek tot wraking beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk was, omdat het verzoek was ingediend nadat er al uitspraak was gedaan in de betreffende zaak. De wet voorziet niet in de mogelijkheid om een wrakingsverzoek in te dienen na een uitspraak. De rechtbank benadrukte dat er geen aanleiding was voor een mondelinge behandeling van het verzoek, aangezien het verzoek niet-ontvankelijk werd verklaard. Dit betekent dat de rechtbank niet ingaat op de gegrondheid van het wrakingsverzoek, omdat de wet dit niet toestaat.
De beslissing werd uitgesproken op 16 april 2012 door de wrakingskamer, bestaande uit voorzitter mr. J.A.J. Peeters en de leden N.C.H. Blankevoort en C.L.J.M. de Waal. Tegen deze beslissing staat geen voorziening open, zoals bepaald in artikel 515 lid 5 van het Wetboek van Strafvordering.