1.1.[verweerster], geboren op [geboortejaar 1964], is sedert 1 januari 1991 in dienst van (de rechtsvoorgangster van) KCT, laatstelijk als Stafmedewerker HR en General Affairs voor 36 uur per week. Het bruto salaris bedraagt € 4.043,00 per maand inclusief vakantietoeslag en emolumenten.
1.2.[verweerster] is destijds in dienst getreden bij Nissan Distributiecentrum (hierna: Nissan). De activiteiten daarvan zijn per 1 januari 2004 overgenomen door KCT. Voordien vervulde [verweerster] bij Nissan de functie Coördinator Personeelszaken.
1.3.KCT maakt deel uit van Koopmans Logistics Group (hierna: KLG).
1.4.tijdens een gesprek op 28 juli 2011 heeft KCT mondeling en schriftelijk aan [verweerster] meegedeeld dat haar functie zal worden opgeheven in verband met een reorganisatie op bedrijfseconomische gronden.
1.5.op 14 oktober 2011 heeft KCT aan [verweerster] een voorstel gedaan, inhoudende dat zij gedurende 24 per week ondersteunend administratief werk zou gaan verrichten, waardoor haar jaarsalaris € 21.055,00 zou gaan bedragen, met een vergoeding in verband met het inkomensverlies van € 34.614,00.
1.6.partijen hebben onderhandeld en ook heeft een mediationgesprek plaatsgevonden. Zij hebben geen overeenstemming bereikt.
1.7.vanaf 17 november 2011 is [verweerster] vrijgesteld van werk.
1.8.bij beschikking van 19 maart 2012 heeft de kantonrechter te Amsterdam het verzoek van KCT tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen partijen toegewezen tegen 1 mei 2012, onder toekenning van een vergoeding aan [verweerster] van € 150.000,00 bruto.
1.9.KCT heeft het door haar ingediende ontbindingsverzoek ingetrokken bij brief van 27 maart 2012. Dezelfde dag is [verweerster] daarvan in kennis gesteld.
1.10.op 4 april 2012 heeft [verweerster] op haar beurt een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ingediend.
1.11.bij brief van 5 april 2012 aan de gemachtigde van [verweerster] heeft KCT bezwaar gemaakt tegen het door [verweerster] ingediende ontbindingsverzoek en haar geïnformeerd over het bestaan van een passende vacature in Nijkerk.
1.12.kort voor 11 april 2012 is [verweerster] telefonisch benaderd door het door KCT ingeschakelde HR-adviesbureau Beljon & Westerterp (verder B&W) voor een assessment op 19 april 2012.
1.13.bij ongedateerde brief, verzonden omstreeks 11 april 2012 heeft de heer [naam], voormalig leidinggevende van [verweerster], haar op de hoogte gesteld van een vacature bij Koopman Truck & Trailer Service (hierna: KTTS) in Nijkerk, dat B&W was ingeschakeld om [verweerster] te begeleiden en dat zij een uitnodiging zou krijgen voor een assessment.
1.14.bij e-mail van haar gemachtigde van 13 april 2012 heeft [verweerster] onder meer laten weten dat zij niet wenste deel te nemen aan het assessment.
1.15.[verweerster] heeft zich op 17 april 2012 ziek gemeld. De bedrijfsarts heeft vervolgens mediation geadviseerd.
1.16.bij brief van 23 april 2012 heeft KCT [verweerster] een outplacementtraject aangeboden. [verweerster] is niet op dit aanbod ingegaan.
1.17.op uitnodiging van KCT althans KLG heeft op 2 mei 2012 een mediationgesprek plaatsgevonden tussen [naam voormalig leidinggevende] en [verweerster]. Dit heeft niet tot een oplossing van het tussen partijen bestaande geschil geleid.
1.18.op 4 april 2012 heeft [verweerster] de kantonrechter te Amsterdam verzocht de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden.
1.19.bij beschikking van 4 juni 2012 heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 juli 2012, onder toekenning aan [verweerster] van een vergoeding van € 85.000,- bruto.
1.20.bij brief van 20 mei 2012 heeft [verweerster] haar ontbindingsverzoek ingetrokken.
1.21.op 20 mei 2012 heeft [verweerster] de heer [naam voormalig ledinggevende] telefonisch laten weten dat zij de onder 1.13 bedoelde vacature bij KTTS in Nijkerk wilde aanvaarden.
1.22.op 29 juni 2012 heeft er een gesprek tussen partijen plaats gevonden. Daarbij heeft KCT aan [verweerster] voorgesteld te komen tot het sluiten van een vaststellingsovereenkomst, met beëindiging van het dienstverband en een vergoeding aan [verweerster], in de lijn van de ontbindingsbeschikking van 4 juni 2012. KCT heeft daaraan toegevoegd dat zij niet bereid is [verweerster] te werk te stellen in de vacature bij KTTS te Nijkerk.
Verzoek en verweer
2.KCT verzoekt om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens gewichtige redenen in de zin van veranderingen in de omstandigheden van zodanige aard dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen. KTC verzoekt de kantonrechter om daarbij aan [verweerster] een vergoeding toe te kennen van € 85.000,- bruto.
3.Daartoe stelt KCT - kort gezegd - dat het na de twee eerdere procedures, en met name na de zitting van 14 mei 2012 en de daaropvolgende beschikking van 4 juli 2012, volkomen duidelijk is geworden dat de goede verstandhouding, in elk geval van de kant van [verweerster], blijvend is komen te ontbreken. Die verstandhouding is alleen maar slechter geworden, doordat gebleken is dat [verweerster] nevenwerkzaamheden (in de beveiliging) heeft verzwegen en door de toon die zij heeft gebezigd jegens de heer [naam].
4.Bovendien heeft [verweerster] op de zitting d.d. 14 mei 2012 de functie van medewerker personeels- en operationele zaken bij KTTS uitdrukkelijk van de hand gewezen. KCT hoefde er daarom geen rekening mee te houden dat [verweerster].,na intrekking van haar verzoek, hierop terug zou komen.