ECLI:NL:RBAMS:2012:BX2912
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de hoedanigheid van vreemdelingen als zelfstandige ondernemers in het bestuursrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 17 juli 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Eiseres had een bestuurlijke boete van € 48.000,-- opgelegd gekregen wegens overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). De rechtbank diende te beoordelen of de zes vreemdelingen die werkzaamheden verrichtten als zelfstandige ondernemers konden worden aangemerkt, en of eiseres als werkgever diende te beschikken over een tewerkstellingsvergunning.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vreemdelingen zelfstandig de keuze hebben gemaakt om te werken aan het project wegomlegging N-201 te Aalsmeer. De rechtbank heeft aansluiting gezocht bij de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, met name het arrest in de zaak Jany. De rechtbank concludeert dat de vreemdelingen als zelfstandigen moeten worden beschouwd, omdat er geen gezagsverhouding bestond tussen eiseres en de vreemdelingen. Dit werd onderbouwd door het feit dat de vreemdelingen zelf verantwoordelijk waren voor hun werkzaamheden, hun eigen gereedschap gebruikten en zelf aansprakelijk waren voor het werk dat zij verrichtten.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en het primaire besluit herroepen. Tevens is de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 874,--, en is het griffierecht van € 302,-- aan eiseres vergoed. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.