ECLI:NL:RBAMS:2012:BV8587

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
13 maart 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
13/666106-11
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verkrachting en feitelijke aanranding van de eerbaarheid na onvoldoende bewijs

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 13 maart 2012, is de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten van verkrachting en feitelijke aanranding van de eerbaarheid. De zaak betreft drie feiten waarbij twee aangeefsters verklaringen hebben afgelegd die tegenover de ontkennende verklaring van de verdachte staan. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van de aangeefsters onvoldoende steun vinden in andere bewijsmiddelen, wat noodzakelijk is voor een wettige en overtuigende bewijsvoering. De ritstaten van de verdachte, die zijn aanwezigheid in de taxi op bepaalde tijdstippen bevestigen, bieden geen voldoende ondersteuning voor de betwiste onderdelen van de tenlastelegging. De rechtbank concludeert dat de enkele omstandigheid dat de verdachte met de aangeefsters in de taxi heeft gezeten, niet voldoende is om de beschuldigingen te onderbouwen. De rechtbank heeft de dagvaarding geldig verklaard en de bevoegdheid tot kennisneming van de feiten bevestigd. De officier van justitie is ontvankelijk verklaard en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging. Uiteindelijk heeft de rechtbank beslist dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen is, waardoor de verdachte van alle beschuldigingen is vrijgesproken. Tevens is het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven en is de benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk verklaard, aangezien er geen straf of maatregel aan de verdachte is opgelegd.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer: 13/666106-11
Datum uitspraak: 13 maart 2012
op tegenspraak
VONNIS
van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Marokko) op [1961],
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op het adres [adres] [woonplaats].
De rechtbank heeft beraadslaagd naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 28 februari 2012.
1. Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat
1.
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 september
2010 tot en met 12 januari 2011 te Loosdrecht en/of te Eemnes, in elk geval in
Nederland, (telkens) door geweld en/of een (andere) feitelijkheid en/of door
bedreiging met geweld en/of een (andere) feitelijkheid [aangeefster 1] (die
verstandelijk gehandicapt is) heeft gedwongen tot het ondergaan van een of
meer handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het
lichaam, immers heeft hij, verdachte, (in een taxi) eenmaal of meermalen die
[aangeefster 1]:
- gezoend (op de mond) en/of
- haar borsten (onder haar kleding) gevoeld en/of betast en/of gestreeld en/of
- haar vagina en/of schaamstreek betast en/of gestreeld met zijn vinger(s)
en/of
- zijn vinger in haar vagina gebracht en/of gehouden en/of bewogen,
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging
met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte, als
taxichauffeur, (telkens)
- tegen die [aangeefster 1] heeft gezegd dat zij voor in de taxi (naast verdachte) moest
plaatsnemen en/of
- die [aangeefster 1] als laatste passagier heeft weggebracht, althans alleen met die
[aangeefster 1] in die taxi verbleef en/of
- tijdens het rijden in die taxi tegen die [aangeefster 1] heeft gezegd: "ik wil je tong
proeven" en/of "de volgende keer als ik je rijd neem ik een condoom mee, dan
pak ik je in de bosjes" en/of "doe je benen wijd" en/of meermalen tegen die
[aangeefster 1] heeft gezegd dat zij haar mond moest houden, althans woorden van gelijke
aard of strekking,
en aldus (telkens) een afhankelijke en/of bedreigende situatie voor die [aangeefster 1]
(in die taxi) heeft doen ontstaan;
(artikel 242 van het Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair:
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 september
2010 tot en met 12 januari 2011 te Loosdrecht en/of te Eemnes, in elk geval in
Nederland, met [aangeefster 1], van wie hij, verdachte, wist dat die [aangeefster 1] in staat van
bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan
wel aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van haar
geestvermogens leed dat die [aangeefster 1] niet of onvolkomen in staat was haar wil
daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden,
een of meer handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede
bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [aangeefster 1],
hebbende verdachte eenmaal of meermalen zijn vinger(s) in de vagina van [aangeefster 1]
gebracht en/of gehouden en/of bewogen;
(artikel 243 van het Wetboek van Strafrecht)
2.
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 september
2010 tot en met 12 januari 2011 te Loosdrecht en/of te Eemnes, in elk geval in
Nederland, door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging
met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [aangeefster 1] (die verstandelijk
gehandicapt is) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer
ontuchtige handelingen, immers heeft hij, verdachte, (telkens) als
taxichauffeur in een (rijdende) taxi
- die [aangeefster 1] (op de mond) gezoend en/of
- de borst(en) van die [aangeefster 1] (onder de kleding) betast en/of gestreeld en/of
gevoeld en/of
- de vagina en/of schaamstreek van die [aangeefster 1] (onder de kleding) betast en/of
gestreeld en/of gevoeld;
(artikel 246 van het Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair:
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 september
2010 tot en met 12 januari 2011 te Loosdrecht en/of te Eemnes, in elk geval in
Nederland, met [aangeefster 1], van wie hij, verdachte, wist dat die [aangeefster 1] in staat van
bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan
wel aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van haar
geestvermogens leed dat die [aangeefster 1] niet of onvolkomen in staat was haar wil
daaromtrent te bepalen of kenbaar te maken of daartegen weerstand te bieden,
(in een taxi) een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande
uit het eenmaal of meermalen:
- zoenen van die [aangeefster 1] (op de mond) en/of
- betasten en/of strelen (onder de kleding) van de borst(en) van die [aangeefster 1] en/of
- betasten en/of strelen (onder de kleding) van de vagina van die [aangeefster 1];
(artikel 247 van het Wetboek van Strafrecht)
3.
hij op of omstreeks 16 juni 2011 in een (rijdende) taxi op de route
van Huizen naar Hilversum, in elk geval in Nederland, door geweld en/of (een)
andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere
feitelijkhe(i)d(en) [aangeefster 2] heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden
van een of meer ontuchtige handelingen, immers heeft hij, verdachte, als
taxichauffeur in een rijdende taxi die [aangeefster 2] (onverhoeds) bij haar borsten
gevoeld en/of betast en/of geknepen en/of (daarbij) gezegd tegen die [aangeefster 2]:
"je hebt dikke borsten" en/of "Ik hou van dikke vrouwen met borsten", althans
woorden van gelijke aard of strekking;
(artikel 246 van het Wetboek van Strafrecht)
2. Voorvragen
De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.
3. Waardering van het bewijs
De rechtbank acht het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte daarvan dient te worden vrijgesproken.
In de drie ten laste gelegde feiten is sprake van verklaringen van respectievelijk twee aangeefsters tegenover een ontkennende verklaring van verdachte. De wetenschap van de overige personen die een verklaring hebben afgelegd, komt uit één bron te weten telkens uit de verklaring van de desbetreffende aangeefster. Een enkele verklaring behoeft ondersteuning in andere bewijsmiddelen om voldoende te zijn voor het bewijs.
Als controleerbare ondersteuning van de verklaringen van de aangeefsters zijn de ritstaten van verdachte in het dossier gevoegd.
De rechtbank is van oordeel dat de enkele omstandigheid dat verdachte op bepaalde tijdstippen met de aangeefsters in de taxi heeft gezeten, zoals uit de ritstaten valt op te maken en zoals door de verdachte niet is weersproken, onvoldoende steun biedt aan de overige en wel betwiste onderdelen van de telastelegging.
Ten aanzien van feit 3 worden overige te controleren omstandigheden (bijvoorbeeld dat verdachte tegen een paaltje is aangereden) niet op enige wijze ondersteund.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
4. Beslissing
Verklaart het ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Heft op het - geschorste - bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte.
Ten aanzien van de benadeelde partij
Nu aan verdachte - zonder toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht - geen straf of maatregel is opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat de benadeelde partij [aangeefster 1] in de vordering niet-ontvankelijk is.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J.L. Hillenius, voorzitter,
mrs. T.H. van Voorst Vader en P. Rodenburg, rechters,
in tegenwoordigheid van E.J. Witteman, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 13 maart 2012.