ECLI:NL:RBAMS:2012:BV8121
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbindingsverzoek werknemer ingediend vóór faillissement werkgever
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 3 januari 2012 een beschikking gegeven in een ontbindingsverzoek van een werknemer, ingediend vóór het faillissement van zijn werkgever, Label Boxx BV. De werknemer, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde N. Derks, verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst en om toekenning van een ontslagvergoeding. De mondelinge behandeling was aanvankelijk gepland op 4 januari 2012, maar werd vervroegd naar 23 december 2011. De oproeping voor de zitting van 4 januari 2012 werd retour ontvangen, en op verzoek van de werknemer werd de mondelinge behandeling van 23 december 2011 uitgesteld.
De kantonrechter oordeelde dat het verzoek tot ontbinding, ingediend voordat de werkgever in staat van faillissement was verklaard, een niet verifieerbaar verzoek was in de zin van de artikelen 25 jo. 28 van de Faillissementswet. De curator, mr. [naam], was benoemd in het faillissement van Label BV en had de werknemer uitgenodigd om zijn vordering ter verificatie in te dienen. De kantonrechter stelde de werknemer in de gelegenheid om te beslissen of hij de curator wilde oproepen voor de behandeling van het verzoek, aangezien deze beslissing invloed had op de bindendheid van de uitspraak.
De procedure werd geschorst en de kantonrechter hield iedere verdere beslissing aan, in afwachting van de reactie van de werknemer op de gestelde vragen. Deze beschikking benadrukt de complexiteit van ontbindingsverzoeken in het kader van faillissement en de noodzaak voor werknemers om zorgvuldig te overwegen hoe zij hun vorderingen willen indienen in relatie tot de curator.