ECLI:NL:RBAMS:2012:9376

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 september 2012
Publicatiedatum
29 augustus 2019
Zaaknummer
366351 / HA ZA 07-924 herstel
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanvullend vonnis inzake deskundigenkosten in civiele procedure tussen Drienerveld Onroerend Goed B.V. en Remco Ruimtebouw B.V. en Janssen de Jong Groep B.V.

In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Amsterdam op 19 september 2012 een aanvullend vonnis gewezen in de zaak tussen Drienerveld Onroerend Goed B.V. en de gedaagden Remco Ruimtebouw B.V. en Janssen de Jong Groep B.V. De eiseres, Drienerveld, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.T.J. Hoff, had eerder een vordering ingesteld tegen de gedaagden, die werden bijgestaan door advocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer. De oorspronkelijke gedaagden, aangeduid als verzekeraars, waren HDI-Gerling en anderen, die in een tussenvonnis van 14 december 2011 waren genoemd.

De rechtbank ontving op 2 augustus 2012 een verzoek van mr. M. Eijkelenboom, namens de verzekeraars, om aanvulling van het vonnis dat op 27 juni 2012 was gewezen. Dit verzoek betrof de beslissing over de kosten van deskundigen, die in totaal EUR 82.562,05 bedroegen. Drienerveld kreeg de gelegenheid om op dit verzoek te reageren en heeft zich in een brief van 9 augustus 2012 gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

De rechtbank heeft vastgesteld dat in het eerdere vonnis van 27 juni 2012 een beslissing was verzuimd over de deskundigenkosten. In het aanvullende vonnis heeft de rechtbank daarom besloten dat Drienerveld aan de verzekeraars een bedrag van EUR 82.562,05 aan deskundigenkosten moet betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf veertien dagen na het vonnis. Tevens is bepaald dat deze aanvulling op de minuut van het eerdere vonnis moet worden vermeld, met de datum 12 september 2012. De rechtbank heeft ook gelast dat partijen de ontvangen afschriften van het eerdere vonnis aan de griffie dienen te retourneren.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 366351 / HA ZA 07-924
Aanvullend vonnis van 19 september 2012
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DRIENERVELD ONROEREND GOED B.V.,
gevestigd te Enschede,
eiseres,
advocaat mr. G.T.J. Hoff,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
REMCO RUIMTEBOUW B.V.,
gevestigd te Best,
7. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
JANSSEN DE JONG GROEP B.V.,
gevestigd te Son,
advocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer.
Eiseres zal hierna Drienerveld worden genoemd. De oorspronkelijke gedaagden HDI-Gerling c.s., vermeld in het tussenvonnis van 14 december 2011, zullen hierna verzekeraars worden genoemd.

1.Het verzoek tot aanvulling

1.1.
Bij brief van 2 augustus 2012 heeft mr. M. Eijkelenboom namens verzekeraars de rechtbank verzocht om aanvulling van het op 27 juni 2012 in deze zaak gewezen vonnis, in die zin dat de rechtbank alsnog beslist op de aan verzekeraars toekomende kosten van de deskundigen van in totaal EUR 82.562,05.
1.2.
De rechtbank heeft Drienerveld in de gelegenheid gesteld zich over dit verzoek uit te laten. Bij brief van 9 augustus 2012 heeft mr. L.C.M. Berger namens Drienerveld zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.

2.De beoordeling

2.1.
De rechtbank is van oordeel dat in het vonnis van 27 juni 2012 is verzuimd te beslissen op het door mr. Eijkelenboom in zijn voormelde brief aangegeven onderdeel van de vordering. De rechtbank zal het verzoek dan ook toewijzen als volgt.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
bepaalt dat na nr. 3.2. van het op 27 juni 2012 tussen Drienerveld en Remco c.s. gewezen vonnis dient te worden toegevoegd:
“veroordeelt Drienerveld om aan verzekeraars te betalen een bedrag van EUR 82.562,05 aan deskundigenkosten, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over het toegewezen bedrag met ingang van veertien dagen na dit vonnis tot de dag van volledige betaling”,
3.2.
bepaalt dat deze aanvulling onder de vermelding van de datum 12 september 2012 wordt vermeld op de minuut van het vonnis van 27 juni 2012,
3.3.
gelast elk van partijen, voor zover zij dit niet reeds hebben gedaan, de ontvangen grosse dan wel het ontvangen afschrift van het vonnis van 27 juni 2012 na ontvangst van deze aanvullende beslissing aan de griffie van de rechtbank te retourneren.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.W. van der Veen en in het openbaar uitgesproken op 19 september 2012.