In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam werd behandeld, stond de beroepsaansprakelijkheid van een notaris centraal. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. H. van Schuppen, stelde dat de notaris, gedaagde, haar niet had gewezen op het aanzienlijke verschil tussen de overeengekomen verkoopprijs van haar panden en de onderhandse biedingen die waren gedaan. De eiseres voerde aan dat dit nalaten van de notaris had geleid tot schade, omdat zij een lagere prijs had ontvangen dan mogelijk was geweest. De rechtbank oordeelde dat de notaris niet had gehandeld in strijd met zijn zorgplicht. De rechtbank stelde vast dat de eiseres op de hoogte was van de onderhandse biedingen en dat zij, ondanks het lagere bedrag, de voorkeur gaf aan de verkoop aan de TV CV omdat zij in haar woning kon blijven wonen. De rechtbank concludeerde dat er geen causaal verband was tussen het nalaten van de notaris en de gestelde schade, aangezien de eiseres niet had betwist dat zij op de hoogte was van de lagere biedingen. De vordering van de eiseres werd afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten. Dit vonnis werd uitgesproken op 26 juni 2013 door mr. K. Mans.