ECLI:NL:RBAMS:2011:BX0959
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake inkomensvoorziening en woonsituatie
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 17 oktober 2011 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening, ingediend door verzoeker, bijgestaan door zijn gemachtigde mr. J. Klaas. Verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, werd vertegenwoordigd door mr. B.A. Veenendaal. Het verzoek tot voorlopige voorziening was ingediend naar aanleiding van een besluit van verweerder van 23 september 2011, waarin verzoeker werd meegedeeld dat hij niet in aanmerking kwam voor een inkomensvoorziening omdat zijn woonadres en woonsituatie niet konden worden vastgesteld. Verzoeker heeft hiertegen bezwaar gemaakt en verzocht om een voorlopige voorziening.
Tijdens de zitting op 6 oktober 2011 hebben verzoeker, zijn gemachtigde en verweerder aangegeven bereid te zijn om samen met hulpverleners van verzoeker te overleggen over de benodigde ondersteuning. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoeker zijn afspraken met de Dienst Werk en Inkomen inmiddels nakomt, wat blijkt uit een rapport van bevindingen van 22 september 2011. Gezien de omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening toe te wijzen. Dit houdt in dat verweerder aan verzoeker gedurende één maand voorschotten op de inkomensvoorziening moet verlenen tot de voor hem geldende norm.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoeker, vastgesteld op € 874,-, en moet verweerder het door verzoeker betaalde griffierecht van € 41,- vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.