2.17. Op 29 oktober 2010 heeft er een telefoongesprek tussen [eiser] en [biograaf] plaatsgevonden over de door [eiser] in het typoscript geel gemarkeerde passages. Ook dit gesprek is door [biograaf] opgenomen. De overgelegde transcriptie van dit gesprek vermeldt, voor zover hier van belang, het volgende:
“([biograaf], vzr.) Maar, heb je liever, ik bedoel: wil je eigenlijk, om het zo maar te vragen, dat ik gewoon de kwestie eigenlijk niet behandel?
([eiser], vzr.) Nee, hoor, nee, ik vind het heel belangrijk natuurlijk omdat een hele belangrijke kwestie ook is. Het zou misschien goed zijn, [biograaf], dat jij nog een keer herziet en
([biograaf], vzr.) Het jou nog even opstuur.
([eiser], vzr.) en mijn reactie en dat jij het gewoon herschrijft, als het
ware
([biograaf], vzr.) Ja
([eiser], vzr.) en dat we daar misschien nog een keer contact over
hebben.
([biograaf], vzr.) Ik zal het proberen aan te passen en dan stuur ik jou
gewoon dat stuk nog een keer per post toe
([eiser], vzr.) Ja
([biograaf], vzr.) en dan kun jij zeggen of het dan wel goed is of niet
goed is en dan..
([eiser], vzr.) Ja
(…)
([biograaf], vzr.) opnieuw te maken en dan krijg jij een aangepaste tekst
en dan moeten we even kijken of je daar dan nog ander commentaar bij hebt.
(…)
([eiser], vzr.) (…) Het lijkt mij het beste om dus als de drukproef er
is, en dan moet er definitief dus voor jou ook gekeken worden of dat gewoon naar de drukker kan, weet je wel en ook voor mij inderdaad de dingen niet zijn opgevolgd die ik dus vermeld heb in de uitdraai en dat ja, dat dan ja, die bruikleen gewoon ja, niet meer nodig is voor jou.
(…)
([eiser], vzr.) Nou ja, [biograaf]…
([biograaf], vzr.) Dan zijn we er volgens mij uit.
([eiser], vzr.) Ja, nou dat is geweldig, joh. Nou, ik ben erg blij mee dat jij het, dat jij, ik kan me wel voorstellen dat er veel dingen waarvan je zegt van goh dat had ik er graag in gewild, maar ik, ja, ik vind het heel fijn dat jij en ook [directeur], weet je wel toch wel respect hebben met mijn situatie gewoon, dat ik het ja, gewoon emotioneel ook, ja, niet kan, weet je wel. Dat ik dus echt…. en ik zeg het, ik heb alles ja zo goed mogelijk gelezen, ja, ik heb heel veel zaken die ik er ook liever niet in wil gewoon zeker laten staan natuurlijk, omdat ze gewoon zo zijn ook. En ik vind daar, en ja, ook horen ook in het boek, dus wat dat betreft ja, vind ik het heel fijn dat we toch met elkaar overeenstemming hebben gehad, dat dus ja, die dingen er gewoon inderdaad niet in geschreven worden.”