beoordeling
4. De kantonrechter heeft eerst de vraag te beantwoorden of [verzoeker] in zijn verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst kan worden ontvangen.
5. De opzegging van de arbeidsovereenkomst door Architekten Cie tegen 1 februari 2010 heeft in beginsel tot gevolg dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen eindigt met ingang van de datum waartegen is opgezegd. Doordat de arbeidsovereenkomst tot 1 februari 2010 voortduurt, kan die arbeidsovereenkomst tot die datum nog worden ontbonden op de voet van artikel 7:685 BW, indien daartoe grond bestaat.
Nu de datum van 1 februari 2010 nog niet is verstreken, is naar het oordeel van de kantonrechter [verzoeker] in zijn verzoek ontvankelijk.
6. De kantonrechter heeft vervolgens te onderzoeken of er een grond bestaat tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
Een arbeidsovereenkomst kan op grond van artikel 7:685 BW wegens gewichtige redenen worden ontbonden. Een gewichtige reden kan ingevolge artikel 7:685 lid 2 BW zijn `veranderingen in de omstandigheden, welke van dien aard zijn dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd behoort te eindigen´.
Nu echter de arbeidsovereenkomst als gevolg van de opzegging door Architecten Cie nog maar een beperkte looptijd heeft, heeft de kantonrechter overeenkomstig de in de beschikking van de Hoge Raad van 11 december 2009, LJN 09-2318 neergelegde maatstaf, na te gaan of van een zodanige verandering in de omstandigheden sprake is dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve op een nog eerder tijdstip hoort te eindigen dan waartegen is opgezegd.
7. [verzoeker] heeft in het verzoekschrift tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst onder sub 8 aangevoerd, dat het verzoek is ingediend om ten laste van Architecten Cie aan [verzoeker] een billijke ontslagvergoeding toe te kennen. Ten tijde van de mondelinge behandeling heeft [verzoeker] het aldus verwoord, dat de omstandigheid is gelegen in het belang van [verzoeker] om op korte termijn zekerheid te krijgen omtrent de hoogte van de al dan niet te betalen vergoeding. Voorts heeft [verzoeker] op de mondelinge behandeling aangevoerd dat de omstandigheid (ook) is de wens van de werkgever van [verzoeker] af te willen.
8. Architecten Cie heeft gemotiveerd betwist dat sprake is van een zodanige verandering in de omstandigheden dat de arbeidsovereenkomst dient te worden ontbonden.
9. Voor het beantwoorden van de vraag of van een zodanige verandering in de omstandigheden sprake is dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve dadelijk of na korte tijd dient te worden ontbonden heeft de kantonrechter in het licht van voren aangehaalde maatstaf acht te slaan op alle omstandigheden van het geval.
In dit geval heeft Architecten Cie de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] na verkregen toestemming van het UWV opgezegd tegen 1 februari 2010.
De grond van de opzegging van de arbeidsovereenkomst is gelegen in bedrijfseconomische omstandigheden. De kredietcrises en de daarop gevolgde recessie heeft in zeer korte tijd de financiële positie van verschillende categorieën bedrijven ernstig nadelig beïnvloed. In het algemeen is het voor bedrijven lastiger geworden externe financiering voor hun activiteiten te krijgen, terwijl de omzet in verschillende bedrijfstakken substantieel is verminderd. Tot de bedrijven die met een substantieel verlies aan omzet zijn geconfronteerd, behoren de bedrijven die zich bezig houden met vastgoed. Uit de door Architecten Cie overgelegde financiële gegevens leidt de kantonrechter af, dat ook Architecten Cie met deze marktontwikkeling is geconfronteerd. De kantonrechter is van oordeel, dat Architecten Cie gelet op deze omstandigheden zich in redelijkheid op het standpunt kan stellen dat voor de continuering van de onderneming verdergaande kostenbesparende maatregelen noodzakelijk zijn, waaronder de beëindiging van de arbeidsovereenkomsten met onder meer [verzoeker] ter beperking van de personeelskosten. Deze omstandigheid die tot opzegging van de arbeidsovereenkomst heeft geleid is op zichzelf een externe omstandigheid die niet aan Architecten Cie is te verwijten.
De onderlinge verhouding tussen partijen is niet verstoord. [verzoeker] heeft altijd naar volle tevredenheid van Architekten Cie zijn werkzaamheden uitgevoerd en [verzoeker] werkt graag bij Architekten Cie en zou het liefst zijn dienstverband bij Architekten Cie willen continueren. Architekten Cie heeft [verzoeker] ook na de opzegging van het dienstverband in staat gesteld zijn werkzaamheden uit te voeren en [verzoeker] is dat ook blijven doen.
De enkele omstandigheid dat een werkgever de arbeidsovereenkomst opzegt en de werknemer gezien de gevolgen die de beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor hem heeft een vergoeding verlangt, is onvoldoende om een zodanige verandering in de omstandigheden aan te merken dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve eerder dient te eindigen dan de dag waartegen de arbeidsovereenkomst is opgezegd. De vraag of [verzoeker] aanspraak kan maken op een vergoeding terzake van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst door de door Architekten Cie gedane opzegging dient te worden beantwoord in een afzonderlijke dagvaardingsprocedure aan de hand van het bepaalde in artikel 7:681 BW.
10. Het voorgaande leidt ertoe dat naar het oordeel van de kantonrechter in dit geval geen sprake is van een zodanige verandering in de omstandigheden dat de arbeidsovereenkomst billijkheidshalve op een eerder tijdstip dan 1 februari 2010 behoort te eindigen. Dit betekent dat het verzoek van [verzoeker] tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wordt afgewezen.
11. Gelet op deze uitkomst van de procedure wordt [verzoeker] veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van Architekten Cie gevallen. Er zijn geen bijzondere omstandigheden die afwijking van het geliquideerde tarief rechtvaardigen.
BESLISSING
De kantonrechter: