ECLI:NL:RBAMS:2009:BK1841
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.H.E. van der Pol
- A.M.C. de Wit
- E.E.V. Lenos
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot adoptie vóór de geboorte van een kind binnen een relatie van twee vrouwen
In deze zaak hebben verzoeksters, een lesbisch paar, verzocht om de adoptie van hun ongeboren kind vóór de geboorte uit te spreken. Verzoekster sub 1 is zwanger geworden door kunstmatige donorbevruchting met een bekende donor, die geen bezwaar heeft tegen de adoptie. De rechtbank heeft op 14 oktober 2009 uitspraak gedaan en oordeelt dat de bewoordingen van artikel 1:230 lid 2 BW geen ruimte bieden voor het uitspreken van een adoptie vóór de geboorte. De rechtbank benadrukt dat het uitspreken van een adoptie van een kind dat nog niet geboren is, ongewenst is, omdat de identiteit van het adoptiefkind op dat moment nog niet kan worden vastgesteld. De rechtbank wijst het verzoek af, maar houdt de beslissing aan voor het geval het kind na de geboorte alsnog geadopteerd kan worden. De rechtbank verwijst naar de wetsgeschiedenis en de bedoeling van de wetgever om zoveel mogelijk gelijkstelling te bereiken met de situatie van erkenning, maar concludeert dat de huidige wetgeving geen adoptie vóór de geboorte toestaat. De rechtbank stelt dat de adoptie pas kan worden uitgesproken nadat het kind is geboren, en dat de verzoeksters in de tussentijd hun verzoek kunnen indienen na de geboorte.