ECLI:NL:RBAMS:2009:BI4088

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 februari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
CV 08-22654
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huur bedrijfsruimte: Beroep op dwaling bij aangaan renovatie-overeenkomst gehonoreerd

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam diende, ging het om een huurgeschil tussen de stichting Ymere en de vereniging Authentic Force. Ymere verhuurde sinds 1 juni 1992 een bedrijfsruimte aan Authentic Force. In het kader van een renovatie werd op 7 april 2006 een verbetercontract ondertekend, waarin werd afgesproken dat de renovatiewerkzaamheden ongeveer 25 werkdagen zouden duren. Echter, de werkzaamheden duurden uiteindelijk 28 weken, waardoor Authentic Force het gehuurde gedurende deze periode niet kon gebruiken. Authentic Force vorderde een hogere vergoeding dan de eerder afgesproken € 500,-, omdat de renovatie veel langer duurde dan overeengekomen. Ymere betwistte deze vordering en stelde dat Authentic Force geen recht had op een hogere vergoeding.

De kantonrechter oordeelde dat Authentic Force gedwaald had bij het aangaan van de renovatie-overeenkomst, omdat zij niet op de hoogte was van de werkelijke duur van de renovatie. De rechter oordeelde dat Ymere aansprakelijk was voor de gevolgen van deze dwaling en dat Authentic Force recht had op een hogere vergoeding. De kantonrechter besloot dat Ymere € 1.120,- aan Authentic Force moest betalen, bovenop de achterstallige huur van € 2.461,21. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat elke partij de eigen kosten droeg. Dit vonnis werd uitgesproken op 23 februari 2009.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM
SECTOR KANTON - LOCATIE AMSTERDAM
Kenmerk : CV 08-22654
Datum : 23 februari 2009
438
Vonnis van de kantonrechter te Amsterdam in de zaak van:
de stichting STICHTING YMERE
gevestigd te Amsterdam
eiseres in conventie
verweerster in reconventie
nader te noemen Ymere
gemachtigde: [gemachtigde eiseres]
t e g e n:
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid AUTHENTIC FORCE OF REFORMING INDIVIDUAL AND CULTURAL AWARENESS
gevestigd te 1051 BW Amsterdam, Van Hogendorpstraat 134 - 1
gedaagde in conventie
eiseres in reconventie
nader te noemen Authentic Force
procederende bij [gemachtigde1] en [gemachtigde2]
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
De volgende processtukken zijn ingediend:
- de dagvaarding van 10 juli 2008 inhoudende de vordering van Ymere;
- de conclusie van antwoord - met eis in reconventie – van Authentic Force met bewijsstukken.
Vervolgens is bij tussenvonnis van 25 augustus 2008 een comparitie van partijen bepaald. Deze is op 8 oktober 2008 gehouden. Daaraan voorafgaande en tijdens deze comparitie hebben partijen stukken in het geding gebracht. Ymere is verschenen bij mr. N. Vos als haar gemachtigde. Authentic Force is verschenen bij [gemachtigde1] en [gemachtigde2]. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen is besproken. Vervolgens zijn nog ingediend:
- de conclusie van repliek in conventie en antwoord in reconventie van Ymere met bewijsstukken;
- de conclusie van dupliek in conventie en repliek in reconventie van Authentic Force met bewijsstukken;
- de conclusie van dupliek in reconventie van Ymere.
Daarna is vonnis bepaald.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
In conventie en reconventie
1. Als gesteld en/of blijkend uit de stukken en onvoldoende weersproken staat vast:
1.1. Ymere verhuurt sinds 1 juni 1992 aan Authentic Force de bedrijfsruimte gelegen aan de Van Hogendorpstraat 134-I te Amsterdam, hierna: het gehuurde. De huurprijs bedraagt thans € 216,32.
1.2. In verband met de renovatie van het complex waartoe het gehuurde behoort hebben partijen op 7 april 2006 een zogenoemd ‘Verbetercontract’ ondertekend. In die overeenkomst staat dat Ymere met de aannemer heeft afgesproken dat de werkzaamheden in het gehuurde ongeveer 25 werkdagen in beslag zullen nemen (dagen waarin wegens weersomstandigheden niet kan worden gewerkt niet meegerekend). Voorts bepaalt het contract dat door Ymere aan Authentic Force een vergoeding, omschreven als een tegemoetkoming in de herinrichtingskosten, zal worden betaald van € 500,-.
1.3. Op 22 mei 2006 heeft Authentic Force het gehuurde ontruimd ter beschikking van Ymere gesteld ten behoeve van de renovatie.
1.4. Op 30 juni 2006 heeft de opzichter aan Authentic Force medegedeeld dat de werkzaamheden langer zouden duren dan 25 werkdagen.
1.5. Bij brief van 30 november 2007 heeft Authentic Force jegens Ymere aanspraak gemaakt op een vergoeding van (€ 500,- plus € 2.200,- is) € 2.700,- omdat de renovatie tot dat moment 22 weken langer heeft geduurd dan de afgesproken termijn van vijf weken.
1.6. Op 13 december 2006 heeft Authentic Force weer de beschikking gekregen over het gehuurde.
1.7. Bij brief gedateerd 24 maart 2007 (verzonden 13 maart 2007) deelde Ymere aan Authentic Force onder meer mede dat zij abusievelijk een vergoeding van € 500,- had toegezegd omdat in dergelijke gevallen bij bedrijfsruimte geen vergoeding wordt toegekend. Voorts deelde Ymere daarin mede:
‘Wij hebben besloten u 6 maanden huur kwijt te schelden. Dit geeft een totaalbedrag van € 1297,68. Dit inclusief de eerder toegezegde € 500,-‘.
1.8. Bij brief van 16 juli 2007 heeft de gemachtigde van Ymere Authentic Force gesommeerd om de op dat moment bestaande huurachterstand van € 611,29 te voldoen, onder aanzegging van incassomaatregelen en aanspraken op buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente.
1.9. Op grond van een dagvaarding d.d. 6 september 2007 strekkende tot ontbinding en ontruiming wegens huurachterstand en een door Authentic Force niet geaccepteerd voorstel tot royement wegens een foutieve tenaamstelling van de eiseres heeft de kantonrechter te Amsterdam bij vonnis van 19 februari 2008 de vordering gericht tegen Authentic Force afgewezen met als overweging dat uit het verzoek tot royement wordt geconcludeerd dat eiseres haar vordering niet langer handhaaft.
1.10. Bij brief van 6 december 2007 deelde (de gemachtigde van) Ymere aan Authentic Force mede dat zij onverkort aanspraak maakte op voldoening van de vordering terzake van huurachterstand en incassokosten en verzocht zij om contact op te nemen ten einde de kwestie buiten rechte op te lossen.
1.11. Bij brief van 30 maart 2008 heeft Authentic Force verwezen naar de afwijzing van de vordering in het onder 1.9 bedoelde vonnis.
1.12. Naar aanleiding van een aanmaning d.d. 29 april 2008 heeft tussen (de gemachtigde van) Ymere en Authentic Force een gesprek plaatsgevonden.
1.13. Partijen hebben nadien over en weer nog gecorrespondeerd en telefonisch contact gehad.
Vordering en verweer conventie
2. Ymere vordert de huurovereenkomst tussen partijen te ontbinden dan wel ontbonden te verklaren en Authentic Force te veroordelen om het gehuurde te ontruimen en ter beschikking van Ymere te stellen, met machtiging van Ymere de ontruiming zelf te bewerkstelligen met de hulp van de sterke arm. Over de periode vanaf 1 november 2008 tot de ontruiming van het gehuurde vordert Ymere veroordeling van gedaagde tot betaling van een vergoeding gelijk aan de huurprijs per maand, hetzelfde geldt voor de periode na de ontruiming tot het aflopen van de huurovereenkomst tenzij het gehuurde eerder kan worden verhuurd. Voorts vordert Ymere om Authentic Force te veroordelen tot betaling van € 2.961,21 wegens huurachterstand gerekend tot en met de huurtermijn voor november 2008 en tot en met de betaling door Authentic Force d.d. 29 oktober 2008, van € 178,50 wegens buitengerechtelijke incassokosten en van € 179,11 wegens tot 1 december 2008 verschuldigd geworden wettelijke rente. De wettelijke rente wordt voorts gevorderd vanaf 1 december 2008. Ymere stelt dat Authentic Force ondanks aanmaning tekort schiet in de nakoming van haar betalingsverplichtingen, dat Ymere daarom de vordering uit handen heeft moeten geven en dat Authentic Force aansprakelijk is voor de daaraan verbonden buitengerechtelijke kosten. Hetgeen Authentic Force heeft aangevoerd met betrekking tot de problemen tijdens en na de renovatie vormen geen rechtvaardigingsgrond voor het niet betalen van de huur, aldus Ymere. Ymere betwist dat Authentic Force aanspraak kan maken op een hogere vergoeding dan bedoeld in de onder 1.7 bedoelde brief en zij betwist dat Authentic Force schade heeft geleden, althans dat zij daarvoor aansprakelijk is, zodat aan Authentic Force geen beroep op verrekening toekomt. Volgens Ymere is in het onder 1.9 bedoelde vonnis op de vordering niet beslist.
3. Authentic Force verweert zich tegen deze vordering en voert aan dat in het onder 1.9 bedoelde vonnis op de vordering reeds is beslist. Voorts verwijst zij naar de in reconventie gevorderde (hogere) vergoeding in verband met de renovatie-problemen. Volgens Authentic Force hebben Ymere en haar gemachtigde niet, althans onvoldoende inhoudelijk gereageerd op verzoeken om nadere uitleg en specificatie zoals gedaan in haar brieven en telefoongesprekken en tijdens bezoeken aan hun kantoren.
Beoordeling in conventie
4. Waar nodig zal hierna nader worden ingegaan op de stellingen en verweren van partijen. Geoordeeld wordt als volgt.
5. Uit het onder 1.9 bedoelde vonnis blijkt dat de vordering uitsluitend is afgewezen omdat deze door de eiseres in de betreffende procedure – niet zijnde Ymere – werd ingetrokken. Voorts blijkt daaruit dat die intrekking uitsluitend het gevolg was van een onjuiste tenaamstelling van de betrokken eiseres (in plaats van Ymere was haar rechtsvoorgangster, althans een andere rechtspersoon in de dagvaarding als eiseres vermeld). Dit brengt met zich mee dat de kantonrechter in die procedure geen inhoudelijk oordeel heeft geveld over de vordering, zodat daarover in de onderhavige procedure alsnog kan worden geoordeeld.
6. Gelet op de inhoud van de onder 1.7 bedoelde brief kan er van uit worden gegaan dat Ymere (achteraf) geen aanspraak maakt op huurtermijnen gedurende de periode waarin het gehuurde wegens de renovatie niet door Authentic Force kon worden gebruikt. Dat ligt ook voor de hand nu Authentic Force gedurende die periode geen huurgenot heeft gehad wegens oorzaken die aan Ymere zijn toe te rekenen.
7. Ymere heeft verwezen naar de door haar overgelegde specificaties van in rekening gebrachte termijnen, ontvangen betalingen en verrekende bedragen. Authentic Force heeft de juistheid van de daarin opgenomen bedragen op zichzelf niet betwist en evenmin heeft zij aangevoerd méér betalingen te hebben verricht dan in de specificaties van Ymere worden vermeld. Dat betekent dat er van uit kan worden gegaan dat – behoudens het hierna bedoelde beroep op verrekening – de door Ymere gestelde huurachterstand juist is.
8. Partijen zijn in de renovatie-overeenkomst uitdrukkelijk overeengekomen dat Ymere aan Authentic Force een bijdrage in de herinrichtingskosten zou verlenen van € 500,-. Het stond Ymere niet vrij om de overeenkomst eenzijdig te wijzigen en die vergoeding in te trekken (dan wel deze in mindering te brengen op de teruggave respectievelijk verrekening van de tijdens de renovatie betaalde huur) omdat die vergoeding per abuis in de renovatie-overeenkomst zou zijn opgenomen. Gesteld noch gebleken is dat Authentic Force die vergissing – voor zover daarvan sprake was – heeft gekend of heeft kunnen kennen. Authentic Force heeft voor zover het deze vergoeding betreft terecht een beroep op verrekening gedaan. Dat betekent dat de door Ymere gevorderde huurachterstand toewijsbaar is behoudens een bedrag van
€ 500,-. Dit heeft ook gevolgen voor de verschuldigde rente. Bij gebrek aan een nadere specificatie zal de wettelijke rente worden toegewezen ingaande heden.
9. Het is voldoende aannemelijk dat het feit dat Authentic Force niet aan haar betalingsverplichtingen heeft voldaan verband houdt met het geschil tussen partijen omtrent de hoogte van de renovatievergoeding. Voorts is van belang dat het ontstaan van het geschil (gevolg van het feit dat de renovatie veel langer duurde dan vooraf was afgesproken) voor risico van Ymere komt. Ook is van belang dat niet onbegrijpelijk is dat Authentic Force – die niet werd bijgestaan door een gemachtigde – uit het onder 1.9 bedoelde vonnis de foutieve conclusie trok dat de huurvordering van Ymere onder de gegeven omstandigheden niet terecht was. Gelet op deze omstandigheden wordt geoordeeld dat de tekortkoming van Authentic Force een ontbinding van de huurovereenkomst en een ontruiming van het gehuurde thans niet rechtvaardigt. Dat kan anders komen te liggen indien Authentic Force in de toekomst wederom een huurachterstand zou laten ontstaan.
10. Gelet op het feit dat de buitengerechtelijke werkzaamheden van de gemachtigde van Ymere waren gericht op de incasso van een onjuist bedrag kunnen de gevorderde buitengerechtelijke kosten niet worden aangemerkt als zijnde in redelijkheid gemaakt. De door Ymere gevorderde buitengerechtelijke incassokosten worden daarom afgewezen.
11. Dit betekent dat de vordering van Ymere wordt toegewezen zoals hieronder wordt bepaald.
12. Omtrent de proceskosten in conventie zal hierna worden beslist.
Vordering en verweer in reconventie
13. Authentic Force vordert Ymere bij vonnis , uitvoerbaar bij voorraad, te veroordelen tot betaling van € 2.700,-, althans van een vergoeding, wegens de nadelige gevolgen van het feit dat de renovatie veel langer heeft geduurd dan vooraf was overeengekomen. Authentic Force stelt dat de renovatie in totaal (langer dan) 27 weken heeft geduurd gedurende welke periode het gehuurde niet beschikbaar was en Authentic Force haar normale activiteiten niet kon ontplooien, terwijl deze volgens de gemaakte afspraken slechts vijf weken zou duren. Dat brengt met zich mee dat zij aanspraak heeft op in totaal € 2.700,- in plaats van de overeengekomen € 500,-, aldus Authentic Force. Authentic Force stelt dat Ymere bij het aangaan van het Verbetercontract wist (althans kon weten) dat de renovatie veel langer zou gaan duren, mede in verband met de late aanvraag van een vergunning tot samenvoeging van de bovenwoningen en dat Ymere heeft verzuimd haar daarover te informeren. Zij zou het Verbetercontract nooit zijn aangegaan, althans nooit onder de betreffende voorwaarden, als zij dit had geweten, aldus Authentic Force. Voorts is het gehuurde na de renovatie volgens Authentic Force niet in de juiste staat opgeleverd. Authentic Force verwijst voorts naar hetgeen zij in conventie heeft gesteld omtrent de reacties van Ymere op verzoeken om informatie.
14. Ymere voert gemotiveerd verweer tegen deze vordering. Volgens Ymere heeft Authentic Force geen schade geleden, althans kan zij niet aansprakelijk zijn voor die schade, en mist de vordering van Authentic Force elke juridische grondslag. Ymere wijst er op dat de opzichter reeds op 30 juni 2006 telefonisch aan Authentic Force heeft medegedeeld dat de renovatie langer dan 25 werkdagen zou gaan duren. Authentic Force heeft nooit verzocht om vervangende bedrijfsruimte, aldus Ymere. Voor zover Authentic Force schade heeft geleden heeft zij volgens Ymere daardoor niet voldaan aan haar schadebeperkingsplicht. Het bedrag van € 500,- was niet gerelateerd aan de duur van de renovatie maar aan de geschatte kosten voor herinrichting van woningen, zodat een aanspraak op € 2.700,- in elk geval ongegrond is. Ymere voert aan dat zij in elk geval aan haar verplichtingen heeft voldaan door het bedrag van € 500,- aan te vullen tot € 1.297,68. Voorts voert Ymere aan dat eventuele schade voor Authentic Force het gevolg is van oorzaken die toerekenbaar zijn aan de aannemer, welke schade niet aan Ymere is toe te rekenen omdat zij niet aansprakelijk is op grond van artikel 6:171 BW wegens het feit dat Ymere en de aannemer onvoldoende als een eenheid kunnen worden beschouwd.
Beoordeling in reconventie
15. Waar nodig zal hierna nader worden ingegaan op de stellingen en verweren van partijen. Geoordeeld wordt als volgt.
16. Uit hetgeen Authentic Force in haar processtukken, daarbij overgelegde brieven en tijdens de comparitie heeft verklaard begrijpt de kantonrechter dat zij zich op het standpunt stelt te hebben gedwaald bij het aangaan van de onder 1.2 bedoelde renovatie-overeenkomst, in het bijzonder ten aanzien van de duur van de periode waarin zij niet over het gehuurde kon beschikken.
17. Tussen partijen is niet in geschil dat Authentic Force als gevolg van de in opdracht van Ymere uitgevoerde werkzaamheden aan en om het gehuurde niet over het gehuurde heeft kunnen beschikken gedurende de periode 22 mei 2006 tot 13 december 2006. Dat zijn 28 weken en dit is een aanmerkelijk langere periode dan de (ongeveer) vijf weken als overeengekomen in de renovatie-overeenkomst. Voorts is gesteld noch gebleken dat de aannemer als gevolg van weersomstandigheden niet heeft kunnen werken.
18. Ook zonder dat dit door Authentic Force expliciet naar voren is gebracht moet het voor Ymere duidelijk zijn dat de bereidheid van Authentic Force om akkoord te gaan met een renovatie-overeenkomst voor een belangrijk deel zal afhangen van de duur van de werkzaamheden (de periode waarin het gehuurde daardoor niet kan worden gebruikt), de vraag of vervangende ruimte ter beschikking wordt gesteld en – al dan niet in verband daarmee – de hoogte van de in het vooruitzicht gesteld vergoeding. Voor Authentic Force behoren deze elementen tot de kern van de renovatie-overeenkomst. Authentic Force mocht daarbij vertrouwen op de mededelingen van Ymere als zijnde de professionele partij en opdrachtgeefster van het renovatieproject.
19. Voldoende staat vast dat Authentic Force de onder 1.2 bedoelde renovatie-overeenkomst niet, althans niet met die inhoud, zou hebben gesloten indien zij een juiste voorstelling van zaken zou hebben gehad omtrent de werkelijke duur van de periode waarin zij het gehuurde niet zou kunnen gebruiken. Het ligt voor de hand dat zij in dit laatste geval wel aanspraak zou hebben gemaakt op vervangende ruimte, dan wel aanspraak zou hebben gemaakt op een hogere vergoeding om de kosten van vervangende ruimte op te vangen dan wel in verband met de gevolgen van het feit dat de vereniging gedurende lange tijd niet over een ruimte zou kunnen beschikken. Dat betekent dat Authentic Force heeft gedwaald bij de totstandkoming van de renovatie-overeenkomst.
20. Ook indien, zoals door Ymere is aangevoerd, Ymere bij het aangaan van de renovatie-overeenkomst niet op de hoogte was van het feit dat de renovatie aanzienlijk langer dan vijf weken zou gaan duren komt aan Authentic Force een beroep op dwaling toe, omdat er in dat geval sprake is van een geval als bedoeld in artikel 6:228 lid 1 onder c BW.
21. Voor zover Ymere heeft bedoeld te stellen dat naar verkeersopvattingen, de aard van de overeenkomst of de omstandigheden van het geval de dwaling voor rekening van Authentic Force behoort te blijven wordt die stelling afgewezen. Ymere had het als opdrachtgever immers zelf in de hand om te bepalen welke aannemer zij welke opdracht gaf en welke zekerheid zij bedong ten aanzien van het nakomen van de afspraken met die aannemer, terwijl er van uit gegaan moet worden dat zij ook tijdens het renovatieproces daarover de regie voerde. Het ligt niet voor de hand om de negatieve gevolgen van de daarbij door Ymere gemaakte keuzes voor risico van Authentic Force te laten komen. Om dezelfde reden is er evenmin sprake geweest van een uitsluitend – van de wil van Ymere onafhankelijke – toekomstige omstandigheid.
22. Door Authentic Force is niet de vernietigbaarheid van de renovatie-overeenkomst ingeroepen, maar zij heeft aanspraak gemaakt op een hogere vergoeding ter compensatie van de nadelige gevolgen van de dwaling, althans van de langere duur van de renovatie. De kantonrechter zal daarom met toepassing van artikel 6:230 lid 2 BW de gevolgen van de overeenkomst wijzigen ter opheffing van dit nadeel.
23. Bij de beoordeling van de negatieve gevolgen van de dwaling dient het gederfde huurgenot als zodanig buiten beschouwing te worden gelaten nu verplichting van Authentic Force tot het betalen van huur gedurende (vrijwel) de gehele periode is komen te vervallen als gevolg van de onder 1.7 bedoelde brief.
24. Uit de tekst van de renovatie-overeenkomst volgt dat de daarin overeengekomen vergoeding van € 500,- was bedoeld als een tegemoetkoming in de herinrichtingskosten van het gehuurde. Die kosten zullen niet hoger zijn geworden, zodat ook zij buiten beschouwing dienen te blijven. Deze strekking van de overeengekomen vergoeding van € 500,- verzet zich eveneens tegen een extrapolatie als door Authentic Force bepleit, waarbij de vergoeding wordt verhoogd evenredig aan de feitelijke verlenging van de renovatieperiode.
25. Uit het voorgaande volgt dat moet worden beoordeeld wat in het onderhavige geval een redelijke aan Authentic Force toekomende vergoeding zou zijn geweest, er van uitgaande dat vooraf bekend zou zijn geweest dat het gehuurde geen 5 maar 28 weken niet kon worden gebruikt (en daarvoor ook niet behoefde te worden betaald). Daarbij gaat de kantonrechter er van uit dat er twee mogelijkheden zouden zijn geweest. De eerste mogelijkheid zou zijn geweest dat Authentic Force wel vervangende ruimte had bedongen dan wel een vergoeding ter bestrijding van de kosten daarvoor (zoals een mogelijk verschil in huurprijs). De tweede mogelijkheid zou zijn geweest dat Authentic Force een compensatie had bedongen voor het stopzetten, althans voor een aanmerkelijke beperking van haar activiteiten gedurende de renovatieperiode. In beide gevallen zou Ymere een hogere vergoeding verschuldigd zijn geweest, althans zou zij meer kosten hebben moeten maken dan zij thans heeft gemaakt.
26. Blijkens haar statuten heeft Authentic Force ten doel het doen beoefenen en bevorderen van activiteiten op het gebied van muziek, kunst en educatie. Dit doel tracht zij te bereiken door het organiseren van lezingen, congressen, manifestaties e.d., het opzetten van ateliers en workshops, door promotie (onder meer door het samenstellen van een krantje en folders) en het bevorderen van deelname aan cursussen. Het feit dat een dergelijke vereniging gedurende een lange tijd niet beschikt over een eigen ruimte heeft negatieve gevolgen die zich slecht in geld laten uitdrukken, temeer daar Authentic Force – kennelijk omdat zij steeds hoopte op korte termijn het gehuurde weer te kunnen betrekken – geen andere ruimte heeft betrokken. Het feit dat Authentic Force in dit verband geen aantoonbare kosten heeft gemaakt betekent niet dat er niet méér negatieve gevolgen zijn geweest dan het enkele derven van het huurgenot.
27. Het nadeel als gevolg van de instandhouding van de renovatie-overeenkomst als bedoeld in artikel 6:230 BW valt naar haar aard niet (meer) te berekenen. De kantonrechter zal dat nadeel daarom naar redelijkheid en billijkheid begroten op de (extra) vergoeding die redelijk zou (kunnen) zijn geweest indien de (veel) langere duur van de renovatie vooraf bekend was geweest, uitgaande van hetgeen hiervoor onder 23. en 24. is overwogen. Die (extra) vergoeding wordt begroot op € 50,00 per week. Dit betekent dat Ymere aan Authentic Force – na verrekening van de vergoeding voor herinrichtingskosten ad € 500,00 – nog een bedrag van € 1.400,- zal dienen te voldoen.
28. Dat Authentic Force schade heeft geleden wegens het op 13 december 2006 niet in juiste staat opleveren van het gehuurde is bij gebrek aan nadere onderbouwing door Authentic Force niet komen vast te staan. Om dezelfde reden is niet komen vast te staan dat Authentic Force meer schade heeft geleden dan hiervoor bedoeld.
29. Het beroep van Ymere op (het niet voldoen aan) de verplichting tot schadebeperking door Authentic Force wordt afgewezen, nu dat zou hebben betekend dat Authentic Force jegens Ymere alsnog aanspraak op vervangende ruimte zou hebben gemaakt. Het ligt niet voor de hand dat de totale kosten voor Ymere in dat geval lager zouden zijn geweest. Voorts had ook Ymere, toen zij zag dat de renovatie aanmerkelijk langer ging duren, vervangende ruimte kunnen aanbieden.
30. Gelet op het voorgaande kunnen de overige stellingen van partijen verder buiten behandeling blijven.
31. Dit betekent dat de vordering van Authentic Force in reconventie wordt toegewezen zoals hieronder wordt bepaald.
De proceskosten in conventie en in reconventie
32. Gelet op de uitkomst van de procedure en de daarin gebleken omstandigheden zullen de proceskosten tussen partijen in zowel conventie als in reconventie worden gecompenseerd met dien verstande dat elke partij de eigen kosten draagt.
BESLISSING
De kantonrechter:
in conventie
I. veroordeelt Authentic Force om aan Ymere te betalen:
- € 2.461,21 wegens achterstallige huur gerekend tot en met november 2008;
- de wettelijke rente over € 2.461,21 vanaf heden tot aan de dag der voldoening;
in reconventie
II. veroordeelt Ymere om aan Authentic Force te betalen € 1.120,00 wegens aanvullende renovatie-vergoeding;
In conventie en reconventie
III. wijst af het meer of anders gevorderde;
IV. compenseert de proceskosten tussen partijen met dien verstande dat elke partij de eigen kosten draagt;
V. verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. C.L.J.M. de Waal, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 23 februari 2009 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter