ECLI:NL:RBAMS:2008:BD8476
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing voorlopige voorziening voor ernstig zieke illegaal verblijvende vreemdeling
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter op 19 juni 2008 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening, ingediend door een ernstig zieke vreemdeling die al ongeveer 20 jaar in Amsterdam verblijft zonder geldige verblijfstitel. De vreemdeling had op 12 juni 2008 bezwaar gemaakt tegen een besluit van de verweerder, waarin zijn aanvraag voor een voorziening op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) was afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat de vreemdeling geen geldige verblijfstitel had, waardoor hij niet AWBZ-verzekerd was.
De rechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat er sprake is van een spoedeisend belang bij het verkrijgen van zorg, gezien de ernstige medische situatie van de verzoeker. Echter, de rechter oordeelde dat de procedure voor het verkrijgen van een verblijfstitel eerst gevolgd moest worden, voordat er recht op zorg kan worden geclaimd. De rechter wees erop dat de vreemdeling de mogelijkheid heeft om rechtsmiddelen aan te wenden indien de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) niet tijdig beslist op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, met de mogelijkheid voor de verzoeker om zich opnieuw tot de Sector Bestuursrecht Algemeen te wenden als er binnen twee weken geen zicht is op een oplossing voor zijn zorgbehoefte. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een geldige verblijfsstatus voor toegang tot zorg op basis van de AWBZ.