Parketnummers: 13/525290-07 en 13/012776-04 (tul)
Datum uitspraak: 15 april 2008
van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op het adres [adres], thans gedetineerd in het Huis van Bewaring “Zwaag” te Zwaag.
De rechtbank heeft beraadslaagd naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 1 april 2008.
Aan verdachte is telastegelegd, zoals gewijzigd ter terechtzitting, dat
hij in of omstreeks de periode van 13 maart 2007 tot en met 19 september 2007 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het plegen van een of meer misdrij(f)(ven), omschreven in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht, immers heeft hij, verdachte op een of meer tijdstippen in voornoemde periode (telkens) één of meermalen een afbeelding en/of een gegevensdrager, bevattende één of meer afbeeldingen van seksuele gedragingen, te weten een of meer afbeeldingen en/of beeldfiles en/of een of meer bestanden van een cd-rom en/of een of meer gegevensdragers/harde schijf/schijven en/of van een computer en/of afbeeldingen en/of (video)films(files) vanaf een of meer internetsites zoals hierna beschreven, bij welke vorenbedoelde afbeelding(en) (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar
was betrokken (telkens) verspreid en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of in bezit gehad, te weten in elk geval - zakelijk weergegeven-
- ( in voornoemde periode, althans op of omstreeks 13 maart 2007) een zogenaamde rar bestand heeft gedownload van/via een computer met daarop (ongeveer) 46 kinderpornografische fotobestanden met daarop (telkens) een naakt meisje in de leeftijd tussen de 4 en 8 jaar oud die naakt is en seksuele handelingen moet ondergaan gepleegd door een naakte volwassen vrouw en/of man, zoals het likken aan de vagina en/of masturberen en/of klaarkomen boven het meisje en/of het verrichten van seksuele handelingen tussen een volwassen man en vrouw in bijzijn van voornoemde meisje ( zoals omschreven in de documentnamen Natulka018 en/of P1010099 en/of P1010123, bladzijde 11 en 12 van het dossier)
en/of
- ( in voornoemde periode, althans op of omstreeks 19 september 2007) (op een harddisk)
* 8 kinderpornografische afbeeldingen en/of 8 kinderpornografische icoontjes, die deel uitmaken van serie’s van kinderpornografische afbeeldingen en/of kinderpornografische filmopnames en/of 8 serie’s van kinderpornografische afbeeldingen die deel uitmaken van serie’s van kinderpornografische afbeeldingen en/of 8 kinderpornografische filmopnames
met daarop
- afbeeldingen van meisjes in de geschatte leeftijd tussen de 6 en 12 jaar oud waaronder
- een jonge meisje in de geschatte leeftijd van ongeveer 6 a 8 jaar oud, welke zichzelf aan het vingeren was en/of
- een jong meisje, welke vaginaal en/of oraal gepenetreerd werd door een volwassen man en/of
- jonge meisjes, in de geschatte leeftijd van ongeveer 10 a 12 jaar oud, welke zichzelf aan het douchen waren en/of
- meerdere afbeeldingen van jonge meisjes, welke geheel gekleed waren, welke afbeeldingen deel uitmaakten van serie's van afbeeldingen waarbij het jonge meisje uiteindelijk geheel ontkleed is en seksuele handelingen verricht met zichzelf
en/of
* een filmbestand waarin drie jonge kinderen seksuele handelingen met elkaar verrichtten waaronder een jongen in de geschatte leeftijd van ongeveer 10 a 12 jaar oud, een jongen in de geschatte leeftijd van ongeveer 12 a 14 jaar oud en een meisje in de geschatte leeftijd van ongeveer 6 a 8 jaar oud waarbij er verschillende seksuele handelingen werden verricht tussen de drie jonge kinderen onderling, zoals pijpen, aftrekken, anaal, vaginaal en oraal geslachtsverkeer en/of waarbij het meisje beide jongens heeft afgetrokken en/of het meisje beide jongens pijpte en/of het meisje door beide jongens vaginaal is gepenetreerd (zoals omschreven in blz 93 en 94 van het dossier);
(artikel 240b lid 2 Wetboek van Strafrecht)
hij in of omstreeks de periode van 13 maart 2007 tot en met 19 september 2007 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, één of meermalen een afbeelding en/of een gegevensdrager, bevattende één of meer afbeeldingen van seksuele gedragingen, te weten een of meer afbeeldingen en/of beeldfiles en/of een of meer bestanden van een cd-rom en/of een of meer gegevensdragers/harde schijf/schijven en/of van een computer en/of afbeeldingen en/of (video)films(files) vanaf een of meer internetsites zoals hierna beschreven, bij welke vorenbedoelde afbeelding(en) (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken (telkens) heeft verspreid en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of in bezit heeft gehad,te weten in elk geval - zakelijk weergegeven-
- ( in voornoemde periode, althans op of omstreeks 13 maart 2007) een zogenaamde rar bestand heeft gedownload van/via een computer met daarop (ongeveer) 46 kinderpornografische fotobestanden met daarop (telkens) een naakt meisje in de leeftijd tussen de 4 en 8 jaar oud die naakt is en seksuele handelingen moet ondergaan gepleegd door een naakte volwassen vrouw en/of man, zoals het likken aan de vagina en/of masturberen en/of klaarkomen boven het meisje en/of het verrichten van seksuele handelingen tussen een volwassen man en vrouw in bijzijn van voornoemde meisje (zoals omschreven in de documentnamen Natulka018 en/of P1010099 en/of P1010123, bladzijde 11 en 12 van het dossier)
en/of
- ( in voornoemde periode, althans op of omstreeks 19 september 2007) (op een harddisk)
* 8 kinderpornografische afbeeldingen en/of 8 kinderpornografische icoontjes, die deel uitmaken van serie’s van kinderpornografische afbeeldingen en/of kinderpornografische filmopnames en/of 8 serie’s van kinderpornografische afbeeldingen die deel uitmaken van serie’s van kinderpornografische afbeeldingen en/of 8 kinderpornografische filmopnames
met daarop
- afbeeldingen van meisjes in de geschatte leeftijd tussen de 6 en 12 jaar oud waaronder
- een jonge meisje in de geschatte leeftijd van ongeveer 6 a 8 jaar oud, welke zichzelf aan het vingeren was en/of
- een jong meisje, welke vaginaal en/of oraal gepenetreerd werd door een volwassen man
en/of
- jonge meisjes, in de geschatte leeftijd van ongeveer 10 a 12 jaar oud, welke zichzelf aan het douchen waren en/of
- meerdere afbeeldingen van jonge meisjes, welke geheel gekleed waren, welke afbeeldingen deel uitmaakten van serie's van afbeeldingen waarbij het jonge meisje uiteindelijk geheel ontkleed is en seksuele handelingen verricht met zichzelf
en/of
* een filmbestand waarin drie jonge kinderen seksuele handelingen met elkaar verrichtten waaronder een jongen in de geschatte leeftijd van ongeveer 10 a 12 jaar oud, een jongen in de geschatte leeftijd van ongeveer 12 a 14 jaar oud en een meisje in de geschatte leeftijd van ongeveer 6 a 8 jaar oud waarbij er verschillende seksuele handelingen werden verricht tussen de drie jonge kinderen onderling, zoals pijpen, aftrekken, anaal, vaginaal en oraal geslachtsverkeer en/of waarbij het meisje beide jongens heeft afgetrokken en/of het meisje beide jongens pijpte en/of het meisje door beide jongens vaginaal is gepenetreerd ( zoals omschreven in blz 93 en 94 van het dossier);
( artikel 240b lid 1 Wetboek van Strafrecht)
3. Waardering van het bewijs
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
Ten aanzien van het primair telastegelegde:
in de periode van 13 maart 2007 tot en met 19 september 2007 te Amsterdam, een gewoonte heeft gemaakt van het plegen van misdrijven, omschreven in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht, immers heeft hij, verdachte op tijdstippen in voornoemde periode telkens meermalen een afbeelding van seksuele gedragingen, te weten afbeeldingen of films(files) vanaf een of meer internetsites zoals hierna beschreven, bij welke vorenbedoelde afbeeldingen telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
telkens in bezit gehad, te weten in elk geval - zakelijk weergegeven-
- in voornoemde periode op een harddisk
* 8 kinderpornografische afbeeldingen, die deel uitmaken van series van kinderpornografische filmopnames met daarop
- afbeeldingen van meisjes in de geschatte leeftijd tussen de 6 en 12 jaar oud waaronder
- een jong meisje in de geschatte leeftijd van ongeveer 6 a 8 jaar oud, welke zichzelf aan het vingeren was en
- een jong meisje, welke vaginaal en oraal gepenetreerd werd door een volwassen man en
- jonge meisjes, in de geschatte leeftijd van ongeveer 10 a 12 jaar oud, welke zichzelf aan het douchen waren en
- meerdere afbeeldingen van jonge meisjes, welke geheel gekleed waren, welke afbeeldingen deel uitmaakten van series van afbeeldingen waarbij het jonge meisje uiteindelijk geheel ontkleed is en seksuele handelingen verricht met zichzelf en
* een filmbestand waarin drie jonge kinderen seksuele handelingen met elkaar verrichtten waaronder een jongen in de geschatte leeftijd van ongeveer 10 a 12 jaar oud, een jongen in de geschatte leeftijd van ongeveer 12 a 14 jaar oud en een meisje in de geschatte leeftijd van ongeveer 6 a 8 jaar oud waarbij er verschillende seksuele handelingen werden verricht tussen de drie jonge kinderen onderling, zoals pijpen, aftrekken, anaal, vaginaal en oraal geslachtsverkeer en waarbij het meisje beide jongens heeft afgetrokken en het meisje beide jongens pijpte en het meisje door beide jongens vaginaal is gepenetreerd;
Voorzover in de telastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
Motivering deelvrijspraak/bespreking bewijsverweren
De rechtbank stelt voorop dat voor bezit als bedoeld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) vereist is (voorwaardelijk) opzet, hetgeen tot uitdrukking komt in een zekere (beschikkings)macht. Voor digitale gegevens is daartoe een element van bewuste vastlegging van het materiaal vereist. Het enkele bekijken van digitale kinderpornografie levert derhalve in zijn algemeenheid nog geen strafrechtelijk verwijtbaar “bezit” op.
RAR-bestand
Anders dan de officier van justitie en met de raadsman is de rechtbank van oordeel dat niet kan worden bewezen dat verdachte het in de telastelegging omschreven RAR-bestand in bezit heeft gehad als in artikel 240b Sr bedoeld, nu dit bestand weliswaar is gedownload, maar niet op de harde schijf van verdachte is aangetroffen noch is vastgesteld dat verdachte dit bestand eerder op enigerlei wijze bewust heeft vastgelegd (en daarna verwijderd).
Film
Ten aanzien van de film die in een standaardmap onder “Mijn documenten\Mijn afbeeldingen” is aangetroffen, is de rechtbank van oordeel dat hier sprake is van bezit. Hoewel verdachte heeft verklaard dat hij zich niet bezighield met films en zich ook niets van deze film kan herinneren, kan uit de vindplaats op de harde schijf worden afgeleid dat hier een bewuste vastlegging door verdachte aan is voorafgegaan.
8 kinderpornografische afbeeldingen
Ten aanzien van de 8 kinderpornografische afbeeldingen, die deel uitmaken van series van kinderpornografische filmopnames, heeft de raadsman aangevoerd dat niet kan worden bewezen dat verdachte deze in bezit heeft gehad. De raadsman heeft in dit verband gewezen op het feit dat de bedoelde filmpjes niet zijn aangetroffen op de harde schijf. De afbeeldingen zijn niet aangetroffen in een standaardmap, maar in een onderdeel van het programma Media Player, het zogenaamde Art cache bestand.
De rechtbank overweegt hieromtrent als volgt.
De 8 kinderpornografische afbeeldingen die op de computer van verdachte zijn aangetroffen maken deel uit van series van kinderpornografische filmopnames.
Uit de ter terechtzitting afgelegde verklaring van de getuige-deskundige [getuige 1] volgt, voor zover hier van belang, het volgende. Wanneer met behulp van het programma Media Player van Windows filmpjes worden bekeken, dan maakt het programma automatisch snapshots/afbeeldingen (JPG-files) aan van de bewegende beelden. Van elk filmpje wordt één afbeelding gemaakt. Media-player biedt deze service aan ter vergemakkelijking van het gebruik van het programma, zodat eerder bekeken beelden sneller weer kunnen worden opgeroepen. Zodra het programma Media Player na het bekijken en verwijderen van de filmpjes opnieuw wordt geopend, komen deze afbeeldingen namelijk automatisch als kleine icoontjes op het scherm in beeld. Door het klikken op een icoontje kan opnieuw en eenvoudig het achterliggende filmpje worden bekeken. De JPG-files die automatisch worden aangemaakt door het programma Media Player worden bewaard in de Art Cache onder de submap Local MLS. Dit is weliswaar een verborgen map, maar voor een meer getrainde computergebruiker zijn de bestanden als JPG-file (afbeelding) makkelijk zichtbaar te maken. Verdachte heeft volgens de getuige-deskundige de filmpjes, nadat hij ze met behulp van het programma Media Player heeft bekeken, vermoedelijk met het schoonmaakprogramma BC-wipe verwijderd, aangezien de filmbestanden zelf niet meer zijn aangetroffen op de harde schijf.
Naar het oordeel van de rechtbank volgt uit deze verklaring van de deskundige omtrent het programma Media Player – dat door verdachte en zijn raadsman niet is betwist en de rechtbank voor juist houdt - dat het voor verdachte kenbaar moet zijn geweest dat er na het downloaden, bekijken en verwijderen van de filmpjes, nog immer kinderpornografisch materiaal op zijn harde schijf beschikbaar was. Immers, door het verschijnen van de icoontjes in zijn beeldscherm moet dat voor verdachte voldoende duidelijk zijn geweest. Daar komt nog bij dat verdachte er ook bekend mee was dat, na verwijdering van via het internet gedownload en bekeken materiaal, dit materiaal mogelijkerwijs toch nog ergens op de harde schijf te vinden is. Om deze reden heeft hij ook immers het (definitieve) schoonmaakprogramma BC-wipe geïnstalleerd.
Verdachte heeft voorts aangegeven gedurende een aantal maanden op regelmatige basis bezig te zijn geweest met het bewust zoeken van kinderporno op het internet, downloaden en bekijken daarvan waarna hij het verwijderde. Hieruit volgt dat hij beschikkingsmacht had over de bestanden, waaronder de onderhavige acht aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen.
Uit al het voorgaande leidt de rechtbank af dat sprake is geweest van bezit als bedoeld in artikel 240b Sr.
De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
5. De strafbaarheid van de feiten
De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
6. De strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.
7. Motivering van de straffen en maatregelen
De officier van justitie heeft bij requisitoir gevorderd dat verdachte ter zake van het door haar onder primair bewezengeachte feit zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twintig maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan tien maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 (twee) jaren) met als bijzondere voorwaarden dat verdachte gedurende 12 maanden onder elektronisch toezicht wordt geplaatst, verdachte een behandeling bij de Waag volgt en het verdachte gedurende de proeftijd verboden is om te beschikken over een internetaansluiting.
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals van een en ander ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft een gewoonte gemaakt van het in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal. Het betreft afbeeldingen van jonge kinderen. De rechtbank rekent het verdachte zwaar aan dat hij door zijn handelen, zij het indirect, betrokken is bij en medeverantwoordelijk is voor het grove misbruik van deze kinderen, die worden gedwongen tot het poseren voor dergelijke afbeeldingen en/of tot het meewerken aan dan wel ondergaan van handelingen die op ernstige wijze inbreuk maken op hun lichamelijke integriteit. Verdachte heeft een bijdrage geleverd aan het in stand houden van de vraag naar deze beelden. Het mag als algemeen bekend worden verondersteld dat kinderen door genoemd misbruik psychische schade kunnen oplopen, hetgeen ook vele jaren later nog diepe sporen nalaat.
Blijkens het Uittreksel Justitiële Documentatie van verdachte d.d. 21 september 2007 is verdachte eerder veroordeeld voor dergelijke feiten. Verdachte liep uit dien hoofde in een proeftijd en stond onder toezicht van de Reclassering, hetgeen hem klaarblijkelijk niet ervan heeft weerhouden opnieuw tot het plegen van de onderhavige feiten over te gaan. De in het kader van dit toezicht opgelegde behandeling bij een psychiater heeft voorts ook niet de gewenste resultaten opgeleverd. Verdachte heeft ter terechtzitting toegegeven daar debet aan te zijn, nu hij geen open kaart heeft gespeeld en zijn pedofilie voor de behandelend psychiater verborgen heeft gehouden. Tot een specialistische behandeling als bij een instelling als De waag is het om die reden ook niet gekomen. Eerst bij zijn politieverhoor in de onderhavige zaak is bij hem het inzicht ontstaan dat het zo niet langer kan. Hij onderkent thans zijn probleem en wil daar nu wel serieus aan gaan werken, aldus verdachte.
De rechtbank heeft kennis genomen van de inhoud van de over verdachte opgemaakte Pro Justitia Rapportages door respectievelijk [naam GZ psycholoog], GZ psycholoog d.d. 20 november 2007 en [naam psychiater], psychiater, d.d. 12 november 2007 die beiden, kort samengevat, concluderen dat verdachte lijdt aan pedofilie, voyeurisme en aan een dysthyme stoornis. De psycholoog acht verdachte voor het telastegelegde licht verminderd toerekeningsvatbaar en de psychiater verminderd toerekeningsvatbaar. Volgens de psycholoog is de kans op recidive verhoogd; de psychiater schat de kans op herhaling hoog in. De rapporteurs hebben de mogelijkheid overwogen te adviseren de behandeling van verdachte te doen plaatsvinden in het kader van TBS, aangezien verdachte is gerecidiveerd terwijl hij nog in een proeftijd liep van een vergelijkbaar delict en hij de behandelend psychiater en de reclassering langdurig om de tuin heeft geleid. Nu verdachte er echter blijk van heeft gegeven zijn problemen onder ogen te zien en te willen aanpakken, mag worden verwacht dat behandeling (door een gespecialiseerde polikliniek zoals De Waag) onder toezicht van de reclassering effectief zal blijken te zijn en de kans op recidive kan worden verkleind. De psychiater heeft verder nog aangegeven dat er maatregelen gesteld moeten worden zoals het blokkeren van internet.
Voorts heeft de rechtbank acht geslagen op het adviesrapport van Reclassering Nederland, regio Amsterdam, opgemaakt op 14 maart 2008, waaruit blijkt dat zij adviseren tot het opleggen van elektronisch toezicht nu verdachte voldoet aan de voorwaarden hiervoor.
Op grond van het voorgaande acht de rechtbank het van groot belang dat de verdachte zal worden behandeld. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij nu, anders dan voorheen, gemotiveerd is om zich te laten behandelen. Verdachte heeft ter terechtzitting ook uitdrukkelijk verklaard zich thans wel volledig te zullen inzetten voor een behandeling. Derhalve zal de rechtbank, gelijk de officier van justitie heeft gevorderd, een gedeelte van na te noemen gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen. Daarmee beoogt de rechtbank invloed uit te oefenen op het toekomstige gedrag van verdachte en na te noemen bijzondere voorwaarden mogelijk te maken.
De inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerpen, te weten: een portable computer (registratienummer [nummer]) en een computer (registratienummer [nummer]), die aan verdachte toebehoren, dienen te worden verbeurd verklaard en zijn daarvoor vatbaar, aangezien met behulp van die voorwerpen het primair bewezen geachte is begaan.
Onttrekking aan het verkeer
Het inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerp, te weten: een harde schijf (registratienummer [nummer]), dat aan verdachte toebehoort, dient onttrokken te worden aan het verkeer en is daarvoor vatbaar, aangezien met behulp van dit voorwerp het feit is begaan en het ongecontroleerde bezit van dit voorwerp in strijd is met het algemeen belang.
Tenuitvoerlegging voorwaardelijke veroordeling
Bij de stukken bevindt zich de op 11 januari 2008 ter griffie van deze rechtbank ontvangen vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam in de zaak met parketnummer 13/012776-04, betreffende het onherroepelijk geworden vonnis d.d. 24 maart 2006 van de rechtbank Amsterdam, waarbij verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden, met bevel dat van deze straf een gedeelte, groot vijf maanden niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat veroordeelde zich voor het einde van een op twee jaar bepaalde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gebleken is dat verdachte zich voor het einde van voornoemde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, zoals naar voren komt uit de verdere inhoud van dit vonnis. De rechtbank ziet hierin aanleiding de tenuitvoerlegging van dat voorwaardelijk strafdeel te gelasten.
8. Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf en maatregelen zijn gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 36b, 36c, 240b van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het primair telastegelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 3 is aangegeven.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is telastegelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezenverklaarde levert op:
een gewoonte maken van het in bezit hebben van een afbeelding of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand, die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van twintig maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot tien maanden, van deze gevangenisstraf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van twee jaar vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
Tevens kan de tenuitvoerlegging worden gelast indien veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat veroordeelde zich (onverwijld) stelt en dat hij gedurende de proeftijd blijft onder toezicht en leiding van de Reclassering Nederland en zich gedurende die proeftijd gedraagt naar de door of namens die instelling te geven aanwijzingen, zolang deze instelling dat noodzakelijk oordeelt, ook indien en voorzover dit inhoudt:
- het volgen van een behandeling bij de Waag of soortgelijke instelling;
- het verbod om gedurende de proeftijd te beschikken over een internetaansluiting.
- een plaatsing onder electronisch toezicht gedurende een periode van 12 (twaalf) maanden.
Verklaart verbeurd:
- een portable computer (registratienummer [nummer])
- een computer (registratienummer [nummer]).
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
- een harde schijf (registratienummer [nummer]).
Gelast de teruggave aan [verdachte] van:
- een zwarte Samsung telefoon
- een diskette
- 21 videobanden
- een boek
- een Usb stick 256 mb
- een Usb stick 2 gb
- een memorystick 64 mb
- een memorystick 128 mb
- een Usb stick 54 mbps.
Ten aanzien van de vordering tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 13/012776-04. Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voorzover deze voorwaardelijk is opgelegd bij voornoemd vonnis d.d. 24 maart 2006, zijnde een gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden.
Dit vonnis is gewezen door
mr. D. van den Brink, voorzitter,
mrs. M.G. Tarlavski-Reurslag en A.M. van der Linden-Kaajan, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. Pandelitschka, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 15 april 2008.