ECLI:NL:RBAMS:2007:BA1919
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- U.W. baron Bentinck
- G.A. Bouter-Rijksen
- R.M. Troost
- Rechtspraak.nl
Beslissingen in proforma zitting liquidatie Endstra
Op 29 maart 2007 vond een proforma zitting plaats in de Rechtbank Amsterdam, waar de zaak tegen de verdachte werd behandeld. De verdachte was niet verschenen, maar had eerder afstand gedaan van zijn recht om aanwezig te zijn. De rechtbank besloot het onderzoek te hervatten in de stand waarin het zich bevond na de schorsing op 27 maart 2007. De voorzitter meldde dat de behandeling van het bezwaarschrift tegen de onthouding van stukken door het openbaar ministerie zou worden verwezen naar een andere combinatie van rechters. Dit was om te voorkomen dat de huidige combinatie over informatie beschikte die mogelijk niet bekend was bij de verdediging. De nieuwe zitting was gepland voor 5 april 2007, met de mogelijkheid dat deze in de 'bunker' zou plaatsvinden, afhankelijk van de beschikbaarheid van de ruimte.
De rechtbank nam ook kennis van de mededeling van de officier van justitie over het toevoegen van een proces-verbaal van het verhoor van de verdachte aan het dossier, en dat de raadsman betrokken zou worden bij eventuele confrontaties. Daarnaast werd er informatie gedeeld over het veiligstellen van DNA-materiaal van de verdachte en de bijbehorende rapportages.
De rechtbank deed enkele belangrijke beslissingen: het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis werd afgewezen, omdat de verdenking en bezwaren nog steeds aanwezig waren. Het onderzoek werd geschorst voor onbepaalde tijd, met een maximum van negentig dagen, vanwege de drukke agenda van de rechtbank. De media-beperkingen voor de verdachte werden opgeheven, maar andere beperkingen bleven van kracht. De stukken werden overgedragen aan de rechter-commissaris voor verdere behandeling. De voorzitter gaf opdracht tot oproeping van de verdachte voor een nader te bepalen tijdstip, met tijdige kennisgeving aan de raadsman.