ECLI:NL:RBAMS:2007:BA0006
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.M. Beins
- W.M. de Vries
- H. van Breda
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak tegen verdachte door rechtbank Amsterdam
Op 4 januari 2007 heeft de Rechtbank Amsterdam, achtste meervoudige strafkamer C, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geregistreerd onder parketnummer 13/525151-06. De rechtbank heeft beraadslaagd naar aanleiding van de terechtzittingen die plaatsvonden op 5 oktober 2006 en 21 december 2006. In deze zaak was de verdachte aangeklaagd voor een feit dat in de dagvaarding was omschreven. De rechtbank heeft de telastelegging in zijn geheel als bijlage aan het vonnis gehecht, waardoor deze als hier ingevoegd geldt.
Tijdens de zittingen heeft de rechtbank de bewijsvoering zorgvuldig gewogen. De officier van justitie had de verdachte beschuldigd van het telastegelegde feit, maar de rechtbank kwam tot de conclusie dat het telastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bewijsmiddelen niet voldoende overtuigend waren om de schuld van de verdachte vast te stellen. Dit leidde tot de beslissing om de verdachte vrij te spreken van alle beschuldigingen.
De rechtbank heeft in haar vonnis benadrukt dat de verdachte, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie op het [adres], feitelijk verblijvende aldaar, niet schuldig bevonden werd aan de hem ten laste gelegde feiten. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. S.A. Krenning, en vond plaats op de openbare terechtzitting van 4 januari 2007.