ECLI:NL:RBAMS:2006:AZ5624
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- R. Orobio de Castro
- J.O. Rutten
- Rechtspraak.nl
Gebruik van overheidslogo door Greenpeace in voorlichtingscampagne niet onrechtmatig
In deze zaak heeft de Staat der Nederlanden een kort geding aangespannen tegen Greenpeace Licensing B.V., Stichting Greenpeace Nederland en Stichting Greenpeace Council. De Staat vorderde een verbod op het gebruik van het logo van de voorlichtingscampagne met het thema 'Rampen vallen niet te plannen, voorbereidingen wel. Denk vooruit.' door Greenpeace. De Staat stelde dat het gebruik van het logo door Greenpeace misleidend was en inbreuk maakte op zijn auteursrechten en merkrechten. Greenpeace voerde verweer en stelde dat het gebruik van het logo onder de vrijheid van meningsuiting viel en dat het gebruik niet onrechtmatig was.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het gebruik van het logo door Greenpeace niet onrechtmatig was. De rechter stelde vast dat Greenpeace Nederland het logo gebruikte in het kader van een campagne die gericht was op het onder de aandacht brengen van milieuproblematiek, en dat dit gebruik onder de parodie-exceptie van de Auteurswet viel. De rechter oordeelde dat het gebruik van het logo niet als merkinbreuk kon worden aangemerkt, omdat Greenpeace het logo niet gebruikte ter aanduiding van de herkomst van haar diensten, maar als blikvanger voor haar politieke en maatschappelijke actie.
De vordering van de Staat werd afgewezen, en de Staat werd veroordeeld in de proceskosten van Greenpeace Licensing en Greenpeace Council, alsook van Greenpeace Nederland. De rechter benadrukte het belang van de vrijheid van meningsuiting, vooral in de context van een verkiezingscampagne, en concludeerde dat het gebruik van het logo door Greenpeace gerechtvaardigd was, ondanks de kritiek die het op de Staat uitoefende.