a. Babybike is uitvinder, producent en verkoper van een fietsstoel bedoeld om peuters en baby’s vanaf 6 weken op de fiets te vervoeren, hierna “Babybike fietsstoel”. De Babybike fietsstoel bestaat uit een op de fiets gemonteerd draagstel, waarop een autostoeltje van het merk Peg Perego wordt geplaatst. Het autostoeltje kan ook in de auto worden gebruikt.
b. Babybike brengt de Babybike fietsstoel sedert 1993 op de markt.
c. SCV is een stichting, opgericht door de overheid, die adviezen en voorlichting geeft over preventie van ongevallen in de privé sfeer. Opdrachtgevers zijn overheidsinstellingen en bedrijfsleven.
d. In 1993 verzoekt Babybike TNO de Babybike fietsstoel te testen. TNO voert een beperkte test op stevigheid en duurzaamheid uit omdat de bestaande certificeringnormen voor fietsstoeltjes niet van toepassing zijn op stoeltjes bestemd voor kinderen jonger dan 9 maanden. De Babybike fietsstoel doorstaat de (beperkte) test.
e. In 1993 voert “De Fietsersbond enfb” in opdracht van Babybike een klantentevredenheidsonderzoek uit. Conclusie van dat onderzoek is dat de meerderheid van de Babybike fietsstoel eigenaren tevreden is.
f. In de Kampioen van mei 1996 vermeldt de ANWB in een artikel over fietsstoeltjes over de Babybike fietsstoel onder meer:
“Het zitje is door de fabrikant gemaakt voor kinderen tot 9 maanden (9 kg). Langer gebruik raden we af omdat de ondersteuning dan niet meer voldoende is. Overigens zijn deskundigen van oordeel dat het onverstandig is baby’s van onder de 5 kg per fiets te vervoeren, onder meer omdat er ademhalingsproblemen kunnen ontstaan. (..) De rand van het voeteinde van de Babybike raakt het achterwerk, zodat je of op de voeten van de baby gaat zitten of tijdens het rijden steeds een paar voetjes voelt wroeten en ook de rand voelt. De Babybike blijkt bij slalomrijden ook nogal hinderlijk te slingeren, (..) Conclusie Voor de allerkleinsten - baby’s van ca. drie tot negen maanden – is de Babybike (..) een goede oplossing. Voor dat geld heb je ook meteen een goed autostoeltje.”
g. In 1995 publiceert SCV een brochure “Kijk op veilig 3, Fietsstoeltjes” waarin ondermeer wordt vermeld:
“Kinderen kunnen in een fietstoeltje vervoerd worden als ze zelfstandig kunnen gaan zitten. Hun nek en rug zijn dan stevig genoeg om het gehobbel op de fiets aan te kunnen. De leeftijd waarop ze zover zijn kan variëren, maar ligt meestal tussen de zes en twaalf maanden.”
h. In maart 1997 vermeldt de website van Ouders Online, naar aanleiding van een dodelijk ongeluk met een draagzak op de fiets, onder meer:
“De Stichting Consument en Veiligheid vraagt ouders zich nadrukkelijk te houden aan het volgende. Neem een kind pas mee op de fiets als het minstens zes maanden oud is (het moet op zichzelf stevig kunnen zitten). Veiliger is nog om het pas te doen als het kind een jaar oud is.”
i. In het voorjaar van 1999 publiceert SCV een brochure voor verkopers van fietsstoeltjes, genaamd “Wat vertel ik aan klanten? Campagne “Veilig op pad””. In deze brochure staat onder de kop “Baby’s op de fiets liever niet”:
“Vervoer een baby jonger dan 3 maanden liever niet op de fiets.
Beperk het fietsvervoer van baby’s tussen de 3 en de 9 maanden tot een minimum
Als er dan toch gekozen wordt voor het vervoer van een baby op de fiets, dan kan dat het beste in een baby-autostoeltje op de fiets of een fietskar achter de fiets”
j. In april 1999 publiceert SCV een brochure voor consumenten, genaamd “Fietszitjes”. Op pagina 4 van de brochure staat onder meer:
“Zodra kinderen in staat zijn zelfstandig te zitten, kunt u ze meenemen in een fietszitje. Meestal zijn ze dan tussen de zes en twaalf maanden oud. (..) Fietsstoeltjes zijn verkrijgbaar in twee uitvoeringen: voorstoeltjes voor aan het stuur en achterstoeltjes die op de bagagedrager steunen. (..) In zo’n zitje op de bagagedrager passen kinderen vanaf negen maanden tot ongeveer hun zesde jaar.”
Onder de kop “In plaats van een stoeltje” staat op pagina 10 van de brochure onder meer:
“Over de alternatieven voor fietsstoeltjes lopen de meningen van deskundigen uiteen. De veiligheidsrisico’s van deze manieren van vervoeren zijn nog onvoldoende bekend.
Waarschuwing
Baby’s met name die nog niet zelfstandig kunnen zitten zijn erg kwetsbaar. Consument en Veiligheid raadt daarom af ze mee te nemen op de fiets. Voor iets grotere kinderen is een fietsstoeltje een veilig vervoermiddel. Een paar algemene opmerkingen over de veiligheid van de meest gebruikte alternatieven (..)
Autostoeltje
Met speciale beugels kunt u een autostoeltje op de bagagedrager van de fiets bevestigen (..).”
k. Begin 1999 vermeldt SCV op haar website onder de kop “Veilig op pad met kleine kinderen” onder meer:
“Voor baby’s bestaan er eigenlijk geen echt goede fietsstoeltjes”
l. In de vraag- en antwoordrubriek op haar website, antwoord SCV op vragen van consumenten over het gebruik van autostoeltjes op de fiets onder meer;
- naar aanleiding van een vraag over een fietskar: “Beperk het fietsvervoer van baby’s totdat ze goed zelfstandig kunnen zitten tot ongeveer 9 maanden”;
- naar aanleiding van een vraag over gebruik van een autostoeltje op de fiets: “We zijn dus niet tegen het voorop of achterop vervoeren van baby’s, maar tegen het vervoeren van baby’s op de fiets!”;
- naar aanleiding van een vraag over het gebruik van een autostoeltje op de fiets voor een kind van 16 maanden: “Als uw zoontje goed zelfstandig kan zitten (zal ongetwijfeld wel het geval zijn met 16 maanden) dan mag hij achter op de fiets. Wat betreft het plastic kuipstoeltje bedoelt u hiermee een babystoeltje of een echt fietszitje van hard plastic? Het eerste babystoeltje raden wij af. Bovendien zal uw zoontje hier niet meer in passen. (..)”; en
- naar aanleiding van een vraag over het gebruik van autostoeltjes op de fiets voor kleine baby’s: “Zo’n autostoeltje achterop lijkt een uitkomst. Wij adviseren echter om een baby onder de 3 maanden niet in een autostoeltje te leggen. Daarna kunt u het wel doen, maar dan de eerste maanden alleen voor korte stukjes en in totaal niet meer dan 2 uur per dag.”.
m. Op 12 juli 2004 vermeldt SCV op haar website:
“Liever geen fietsvervoer van baby’s jonger dan 3 maanden.
Tussen de 3 en 9 maanden beperkt fiets-vervoer mogelijk met goede ondersteuning van het hoofdje.”
n. SCV is voorzitter van de “Europese commissie fietszitjes”, een commissie die zich bezig houdt met het vaststellen van normen voor fietsstoeltjes binnen Europa, waarin producenten van fietstoeltjes zijn vertegenwoordigd.
o. In 2004 heeft de Europese commissie fietszitjes nieuwe normen vastgesteld voor fietsstoeltjes voor kinderen vanaf 9 maanden, dan wel 9 kilo.
p. In Nederland is er naast Babybike, één andere producent, Steco Metaalwarenfabriek B.V., hierna “Steco”, die een draagstel voor op de fiets verkoopt waarop een autostoeltje kan worden gemonteerd. Op 17 januari 2005 schrijft Steco aan SCV:
“Naar aanleiding van ons gesprek deel ik u mede dat Steco de baby-mee sinds 1994 op de markt brengt. De afzet in dit voor bijna alle autostoeltjes geschikte product vindt plaats via rijwiel en babyspeciaalzaken en vertoont sinds 1996 een stabiel verloop van gemiddeld nog géén 1000 per jaar, hetgeen ver beneden onze verwachtingen is.”
2. De vordering