ECLI:NL:RBAMS:2003:AI1381
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- T. van Peijpe
- J.F.A. Graafland
- H.G. Schoots
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de gedifferentieerde premie ingevolge de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 21 augustus 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen S-Color B.V. en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres, S-Color B.V., heeft beroep ingesteld tegen het besluit van verweerder, dat de gedifferentieerde premie ingevolge de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) voor het jaar 1999 heeft vastgesteld op 1,16%. Deze premie was gebaseerd op WAO-uitkeringen die in 1997 aan twee werknemers van eiseres waren verstrekt. Eiseres heeft aangevoerd dat het bestreden besluit niet voldoende gemotiveerd was en dat er sprake was van schending van het gelijkheidsbeginsel en van de artikelen 6 en 14 van het EVRM en IVBPR.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres, noch haar gemachtigde, eerder kennis kon nemen van de medische gegevens van de betrokken werknemers, wat een belangrijk punt in de procedure was. Na de toezending van deze gegevens heeft de gemachtigde van eiseres geen aanleiding gezien voor een nadere inhoudelijke motivering van het beroep. De rechtbank heeft vervolgens geoordeeld dat de door verweerder genomen besluiten niet onrechtmatig waren en dat er geen aanleiding was om verweerder te veroordelen in de proceskosten.
De rechtbank heeft in haar overwegingen ook aandacht besteed aan de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep, die stelt dat in procedures als deze de medische besluitenregeling niet onverkort toegepast hoeft te worden, mits de werkgever de mogelijkheid heeft om via een gemachtigde, die arts of advocaat is, de belangen adequaat te behartigen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep van eiseres ongegrond is en het verzoek om proceskostenvergoeding is afgewezen.