ECLI:NL:RBAMS:2002:AE5916
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- J.R. Branbergen
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige staking door grondwerktuigkundigen bij KLM
In deze zaak heeft de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V. (KLM) een kort geding aangespannen tegen vier gedaagden, die als grondwerktuigkundigen (GWK's) in dienst zijn bij KLM. De gedaagden hebben op 27 juli 2002 hun werkzaamheden gestaakt, wat KLM als onrechtmatig beschouwt. Tijdens de zitting op dezelfde dag heeft KLM gevorderd dat de gedaagden hun werkzaamheden onmiddellijk hervatten en zich onthouden van deelname aan wilde stakingen. KLM stelt dat de staking grote schade heeft veroorzaakt, zowel voor het bedrijf als voor de passagiers, en dat de staking niet tijdig was aangekondigd. De gedaagden hebben verklaard hun werk weer te willen hervatten, maar hebben geen inhoudelijk verweer gevoerd. KLM heeft haar vordering tot proceskosten ingetrokken. De staking is ontstaan uit een loonconflict, waarbij de GWK's aanspraak maken op een loonsverhoging van 40% op basis van een internationaal loononderzoek. KLM betwist deze aanspraak en stelt dat het overleg met de betrokken vakbonden nog gaande is. De voorzieningenrechter oordeelt dat de staking onrechtmatig is, omdat de procedurele regels niet zijn nageleefd en de staking grote schade heeft veroorzaakt. De vordering van KLM om de gedaagden te gebieden hun werkzaamheden te hervatten en zich te onthouden van verdere stakingen wordt toegewezen. Tevens wordt een dwangsom opgelegd voor elke overtreding van dit verbod.