ECLI:NL:RBALM:2012:BY5505
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toelating schuldsanering wegens kwade trouw en onvoldoende controle over gokverslaving
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 11 september 2012 uitspraak gedaan in een verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling. De verzoeker, een alleenstaande man van 38 jaar, had een aanzienlijke schuldenlast van € 101.366,33, waarvan een groot deel was ontstaan door een lening van € 50.000,-- die hij had afgesloten om een café te beginnen, wat nooit is gerealiseerd. De rechtbank oordeelde dat de schulden te kwader trouw waren ontstaan, aangezien de verzoeker geen duidelijkheid had gegeven over de totstandkoming van de lening en deze was aangewend voor zijn gokverslaving. De rechtbank stelde vast dat de verzoeker onvoldoende had aangetoond dat hij zich had ingespannen om zijn financiële situatie te verbeteren en dat hij zijn verplichtingen uit de regeling niet naar behoren zou kunnen nakomen. Bovendien was er onvoldoende bewijs dat de verzoeker zijn gokverslaving onder controle had, ondanks de begeleiding die hij had ontvangen. De rechtbank concludeerde dat het verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling moest worden afgewezen op grond van artikel 288 lid 1 van de Faillissementswet, en dat een beroep op de hardheidsclausule niet kon worden ingewilligd. De rechtbank benadrukte dat er toezicht op de financiën van de verzoeker noodzakelijk was om te voorkomen dat hij nieuwe schulden zou maken.