ECLI:NL:RBALM:2011:BU9102
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging koopovereenkomst woning wegens psychische stoornis
In deze zaak gaat het om de vernietigbaarheid van een koopovereenkomst van een woning, waarbij de gedaagde, als gevolg van een psychische stoornis, stelt dat hij niet in staat was om de overeenkomst rechtsgeldig aan te gaan. De rechtbank Almelo heeft op 14 december 2011 uitspraak gedaan in deze kwestie. De eisers, die de woning verkochten, hebben de gedaagde aangeklaagd voor het niet nakomen van de koopovereenkomst, waarbij een contractuele boete van € 14.800,- werd geëist. De gedaagde had de koopovereenkomst ontbonden op basis van een financieringsvoorbehoud, maar de eisers betwistten de geldigheid van deze ontbinding en stelden dat de gedaagde niet had voldaan aan de voorwaarden van de overeenkomst.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde niet voldoende bewijs heeft geleverd voor zijn claim van een psychische stoornis ten tijde van de koop. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde zelf de onderhandelingen had gevoerd en dat er geen medisch bewijs was overgelegd dat zijn geestelijke toestand op dat moment aantoonde dat hij niet in staat was om de overeenkomst aan te gaan. De rechtbank concludeerde dat de gedaagde niet had aangetoond dat zijn wil om de rechtshandeling te verrichten ontbrak, en dat de koopovereenkomst niet nadelig was voor hem.
Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat de ontbinding van de koopovereenkomst door de gedaagde niet op de juiste wijze was ingeroepen, maar dat de eisers erkenden dat zij tijdig op de hoogte waren gesteld van de ontbinding. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde voldoende inspanningen had geleverd om financiering te verkrijgen en dat hij terecht de ontbindende voorwaarde had ingeroepen. De vordering van de eisers tot betaling van de contractuele boete werd afgewezen, en de rechtbank veroordeelde de eisers in de proceskosten.