ECLI:NL:RBALM:2011:BR2169

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
11 juli 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
121939 / KG ZA 11-152
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • W.K.F. Hangelbroek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van vrijwaring in kort geding met betrekking tot koopovereenkomst onroerende zaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 11 juli 2011 uitspraak gedaan in een kort geding waarin [Eiseres] [gedaagde c.s.] heeft opgeroepen in vrijwaring. De vordering van [Eiseres] was gericht tegen [gedaagde sub 1] en Carbumatic B.V. en had betrekking op een koopovereenkomst van een onroerende zaak gelegen aan het Henry Dunantplein in Nijverdal. [Eiseres] vorderde dat de voorzieningenrechter [gedaagde c.s.] zou veroordelen tot nakoming van de verplichtingen die voortvloeien uit de koopovereenkomst, alsook tot betaling van de proceskosten in de vrijwaringprocedure.

De voorzieningenrechter heeft overwogen dat niet is gebleken dat de koopovereenkomst onderdeel uitmaakt van de samenwerkingsovereenkomst tussen [Eiseres] en [gedaagde sub 1]. Tevens is vastgesteld dat er geen rechtsverhouding bestaat tussen [Eiseres] en [gedaagde c.s.] die de oproeping in vrijwaring rechtvaardigt. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de feiten die door [Eiseres] zijn aangevoerd niet als vaststaand kunnen worden aangenomen, aangezien deze door [gedaagde c.s.] gemotiveerd zijn betwist.

Daarom heeft de voorzieningenrechter de vordering van [Eiseres] afgewezen en haar veroordeeld in de kosten van de procedure, die zijn begroot op € 1.087,--. Dit vonnis is uitgesproken in het openbaar, waarbij de voorzieningenrechter, mr. W.K.F. Hangelbroek, aanwezig was, samen met de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector civiel recht
zaaknummer: 121939 / KG ZA 11-152
datum vonnis: 11 juli 2011 (g)
Vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Almelo, rechtdoende in kort geding, in de vrijwaringzaak van:
De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid,
[Eiseres],
gevestigd te [vestigingsplaats],
eiseres,
verder te noemen [eiseres],
advocaat: mr. C. Borstlap te Zwolle,
tegen
de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid,
1. [gedaagde sub 1],
2. Carbumatic B.V.,
beiden gevestigd te [vestigingsplaats],
verweerders,
gezamenlijk verder te noemen [gedaagde c.s.],
advocaat: mr. A.J. Fioole te Amsterdam.
Het procesverloop
[Eiseres] heeft gevorderd als vermeld in de dagvaarding. De zaak is behandeld ter terechtzitting van 11 juli 2011. Ter zitting zijn verschenen namens [eiseres], [H], vergezeld door mr. C. Borstlap en [X] en namens [gedaagde c.s.], [F] en [K], vergezeld door mr. A.J. Fioole. De standpunten zijn toegelicht. Het vonnis is bepaald op vandaag.
De beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing
[Eiseres] heeft [gedaagde c.s.] opgeroepen in vrijwaring in de hoofdzaak met nummer
121600/ KG ZA 11-134. In de hoofdzaak vordert [naam] (hierna: [F]) van [eiseres] nakoming van de koopovereenkomst van het pand aan het Henry Dunantplein in Nijverdal.
In de vrijwaringzaak heeft [eiseres] gevorderd -zakelijk weergeven- dat de voorzieningenrechter bij vonnis, voor zover mogelijk bij voorraad, zo mogelijk gelijktijdig met het vonnis in de hoofdzaak, [gedaagde sub 1] en Carbumatic B.V ieder hoofdelijk:
• veroordeelt tot al datgene waartoe [eiseres] als gedaagde in de hoofdzaak bij dat vonnis jegens [F] mocht worden veroordeeld, met inbegrip van de proceskosten
• veroordeelt in de kosten van het geding in deze vrijwaringprocedure.
[Eiseres] stelt daartoe dat zij wordt aangesproken door [F] tot nakoming van de koopovereenkomst van de onroerende zaak gelegen aan het Henry Dunantplein in Nijverdal door betaling van de koopprijs. [Eiseres] betwist deze koopovereenkomst niet, maar stelt dat deze overeenkomst door [eiseres] is aangegaan in het kader van de samenwerking tussen [eiseres] en [gedaagde sub 1]. In deze samenwerking zorgde [eiseres] voor de aankoop van panden en verzorgde [gedaagde sub 1] de financiering van deze aankopen. Carbumatic B.V., onderdeel van de [naam]-groep, verkreeg de juridische eigendom van deze aankopen. [Eiseres] stelt dat [gedaagde sub 1] de koopprijs voor de onroerende zaak in Nijverdal dient te betalen.
[Gedaagde c.s.] betwist dat de overeenkomst onderdeel is van de samenwerkingsovereenkomst tussen partijen en concludeert tot afwijzing van de vordering met veroordeling van [eiseres] in de proceskosten.
De voorzieningenrechter overweegt dat blijkens de strekking van artikel 210 Rv, als maatstaf voor toewijsbaarheid van de vordering tot vrijwaring geldt het antwoord op de vraag of tussen [eiseres] enerzijds en [gedaagde c.s.] anderzijds een rechtsverhouding bestaat op grond waarvan [eiseres] voor hetgeen zij in de hoofdzaak moeten betalen een verhaalsrecht heeft op [gedaagde c.s.]
De voorzieningenrechter overweegt dat niet is gebleken dat de koopovereenkomst met betrekking tot het pand aan het Henry Dunantplein in Nijverdal onderdeel is van de samenwerkingsovereenkomst tussen [eiseres] en [gedaagde sub 1]. Niet is gebleken dat tussen [eiseres] en [gedaagde c.s.] een rechtsverhouding bestaat die de oproeping in vrijwaring van [gedaagde c.s.] rechtvaardigt. Binnen het beperkte kader van een kort geding kunnen de door [eiseres] aan zijn incidentele vordering ten grondslag gelegde feiten niet als vaststaand worden aangenomen, nu deze voor [gedaagde c.s.] in alle onderdelen gemotiveerd en gedocumenteerd zijn betwist. De voorzieningenrechter zal de vordering van [eiseres] afwijzen. Voorts zal de voorzieningenrechter [eiseres] als de in het ongelijk gestelde partij veroordelen in de kosten aan de zijde van [gedaagde c.s.] Deze kosten worden begroot op:
vast recht € 560,--
salaris advocaat € 527,--
totaal € 1087,--
De beslissing
De voorzieningenrechter:
I. wijst af het gevorderde;
II. veroordeelt [eiseres] in de kosten, tot op deze uitspraak aan de zijde van de [gedaagde c.s.] begroot op € 560,-- aan verschotten en € 527,-- wegens salaris van de advocaat.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. W.K.F. Hangelbroek, voorzieningenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 juli 2011, in tegenwoordigheid van de griffier.