ECLI:NL:RBALM:2011:BQ7307
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Leidinggeven aan onjuiste aangifte omzetbelasting met benadeling van de staatskas
In deze zaak heeft de rechtbank Almelo op 6 juni 2011 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opzettelijk onjuist of onvolledig doen van aangifte voor de omzetbelasting. De verdachte heeft gedurende een lange periode, van maart 2004 tot en met februari 2009, leiding gegeven aan het indienen van onjuiste aangiften door de vennootschap [firmanaam]. Dit gebeurde met het kennelijke doel om minder belasting af te dragen dan verschuldigd, wat resulteerde in een benadeling van de staatskas van ongeveer € 1.000.000,--. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, ondanks waarschuwingen van de Belastingdienst en signalen van medewerkers, zijn verantwoordelijkheden niet heeft genomen en opzettelijk onjuiste gegevens heeft doorgegeven.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen maanden. De rechtbank overwoog dat de ernst van de feiten en de omvang van de belastingfraude een onvoorwaardelijke gevangenisstraf rechtvaardigen. De verdachte had, gezien zijn deskundigheid als fiscaal jurist, anders moeten handelen en de signalen van onjuistheden moeten opmerken en corrigeren. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie, die een zwaardere straf had geëist, afgewezen en een lichtere straf opgelegd, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak.
De uitspraak is gedaan na een openbare terechtzitting op 23 mei 2011, waarbij de rechtbank kennis heeft genomen van de vordering van de officier van justitie en de verdediging van de verdachte. De rechtbank heeft de tenlastelegging beoordeeld en vastgesteld dat de verdachte het primair tenlastegelegde feit heeft begaan, terwijl hij niet kon aantonen dat hij niet opzettelijk handelde. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het medeplegen van het opzettelijk onjuist of onvolledig doen van aangifte, meermalen gepleegd, en heeft de strafbaarheid van het bewezenverklaarde vastgesteld op basis van de relevante wetgeving.