ECLI:NL:RBALM:2010:BO8228

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
22 december 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08-700464-09
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor gewapende woningovervallen in Hengelo

In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 22 december 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die betrokken was bij twee gewapende woningovervallen in Hengelo. De overvallen vonden plaats op 13 en 19 november 2009. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaren en zes maanden, met aftrek van het voorarrest. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen de slachtoffers onder bedreiging met vuurwapens heeft gedwongen tot afgifte van geld en goederen. De rechtbank nam in haar overwegingen mee dat de slachtoffers de overvallen als zeer beangstigend hebben ervaren en dat dergelijke feiten een ernstige inbreuk maken op de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers. De rechtbank hield rekening met de jeugdige leeftijd van de verdachte en zijn verminderde toerekeningsvatbaarheid ten tijde van de feiten, zoals blijkt uit rapportages van deskundigen. De vorderingen tot schadevergoeding van de benadeelde partijen werden deels toegewezen, waarbij de rechtbank oordeelde dat de verdachte aansprakelijk was voor de schade die door zijn handelen was veroorzaakt. De rechtbank verklaarde de verdachte strafbaar voor de feiten en legde een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op, alsook schadevergoedingen aan de benadeelde partijen.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector strafrecht
parketnummer: 08/700464-09.
datum vonnis: 22 december 2010.
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo tegen:
[verdachte 4],
geboren op [1989] in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats],
nu verblijvende in P.I. Overijssel, HvB Karelskamp te Almelo.
1. Het onderzoek op de terechtzitting
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 19 februari 2010, 4 mei 2010, 29 juni 2010, 27 augustus 2010, 9 november 2010 en
8 december 2010. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. C. Hofstee en van hetgeen door de verdachte en diens raadsvrouw mr. P.S. Wibbelink, advocaat te Almelo, naar voren is gebracht.
De benadeelde partijen/slachtoffers, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], waren op de zitting aanwezig. Zij hebben geen gebruik gemaakt van hun spreekrecht.
2. De tenlastelegging
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte samen met een ander of anderen twee gewapende woningovervallen heeft gepleegd, danwel dat hij bij één van die overvallen medeplichtig is geweest.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:
1.
hij op of omstreeks 13 november 2009 in de gemeente Hengelo (O)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de
[adres] heeft weggenomen een aanzienlijk geldbedrag en/of
siera(a)d(en) en/of (een) mobiele telefoon(s), en/althans/in elk geval enig
(ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of de
firma [firmanaam], en/althans/in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of een of meer van
zijn familielid/leden, genaamd [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of
[slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s):
- (ieder) een vuurwapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp
op/tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of [slachtoffer 4] heeft/hebben
geduwd/gedrukt en/of gericht (gehouden), en/of
- de hand(en) voor de mond/het gezicht van die [slachtoffer 3]heeft gedrukt
(gehouden), en/of
- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die
[slachtoffer 4] heeft/hebben gedwongen (geknield) op de grond/een bank plaats
te nemen en/of daarbij/vervolgens tegen die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die [slachtoffer 4] heeft/hebben gezegd/
geroepen: "Omdraaien, hoofd naar beneden, naar beneden blijven kijken en niet
omkijken" en/althans soortgelijke (dreigende) bewoording(en), en/of
- de handen/armen en/of benen/enkels van die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 4] met (een) tie rip(s) en/of snoer/koord en/of riem heeft/hebben
vastgebonden; (zakendossier 2)
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij op of omstreeks 13 november 2009 in de gemeente Hengelo (O)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door
geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of
[slachtoffer 3]en/of die [slachtoffer 4] heeft gedwongen tot de afgifte van een
(aanzienlijke) geldbedrag(en) en/of een of meer siera(a)d(en) en/of (een)
mobiele telefoon(s) en/of een digitale) camera, en/althans/in elk geval van
enig (ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1]
en/of de firma [firmanaam] en/althans/in elk geval aan een ander of anderen
dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s):
- (ieder) een vuurwapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp
op/tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of [slachtoffer 4] heeft/hebben
geduwd/gedrukt en/of gericht (gehouden), en/of
- de hand(en) voor de mond/het gezicht van die [slachtoffer 3]heeft gedrukt
(gehouden), en/of
- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die
[slachtoffer 4] heeft/hebben gedwongen (geknield) op de grond/een bank plaats
te nemen en/of daarbij/vervolgens tegen die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die [slachtoffer 4] heeft/hebben gezegd/
geroepen: "Omdraaien, hoofd naar beneden, naar beneden blijven kijken en niet
omkijken" en/althans soortgelijke (dreigende) bewoording(en), en/of
- de handen/armen en/of benen/enkels van die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 4] met (een) tie rip(s) en/of snoer/koord en/of riem heeft/hebben
vastgebonden; (zakendossier 2)
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, MEER SUBSIDIAIR, terzake dat
[verdachte 2] en/of [verdachte 1] op of omstreeks 13 november 2009 in de
gemeente Hengelo (O),
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de
[adres] heeft weggenomen een aanzienlijk geldbedrag en/of
siera(a)d(en) en/of (een) mobiele telefoon(s), en/althans/in elk geval enig
(ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of de
firma [firmanaam], en/althans/in elk geval aan een ander of anderen dan aan
die [verdachte 2] en/of die [verdachte 1] en/of zijn/hun mededader(s) en/of aan
verdachte,
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of een of meer van
zijn familielid/leden, genaamd [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of N.
[slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat die
[verdachte 2] en/of die [verdachte 1] en/of zijn/hun mededader(s):
- (ieder) een vuurwapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp
op/tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of [slachtoffer 4] heeft/hebben
geduwd/gedrukt en/of gericht (gehouden), en/of
- de hand(en) voor de mond/het gezicht van die [slachtoffer 3]heeft gedrukt
(gehouden), en/of
- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die
[slachtoffer 4] heeft/hebben gedwongen (geknield) op de grond/een bank plaats
te nemen en/of daarbij/vervolgens tegen die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die [slachtoffer 4] heeft/hebben gezegd/
geroepen: "Omdraaien, hoofd naar beneden, naar beneden blijven kijken en niet
omkijken" en/althans soortgelijke (dreigende) bewoording(en), en/of
- de handen/armen en/of benen/enkels van die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 4] met (een) tie rip(s) en/of snoer/koord en/of riem heeft/hebben
vastgebonden
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte en/of zijn mededader(s)
op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 oktober 2009 tot
en met 13 november 2009 in gemeente Hengelo (O) en/of elders in Nederland
(telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft
en/of (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest door die [verdachte 2] en/of
die [verdachte 1] en/of zijn/hun mededader(s) die woning aan de [adres]
aan te wijzen en/of te vertellen dat in die woning (veel) geld te vinden zou
zijn en/althans informatie te verstrekken met betrekking tot de plaats van het
misdrijf en/of de plaats van het misdrijf (voor) te verkennen; (zakendossier 2)
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, NOG MEER SUBSIDIAIR, terzake dat
[verdachte 2] en/of [verdachte 1] op of omstreeks 13 november 2009 in de
gemeente Hengelo (O),
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2]
en/of [slachtoffer 3]en/of die [slachtoffer 4] heeft gedwongen tot de afgifte van
een (aanzienlijke) geldbedrag(en) en/of een of meer siera(a)d(en) en/of (een)
mobiele telefoon(s) en/of een digitale) camera, en/althans/in elk geval van
enig (ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1]
en/of de firma [firmanaam] en/althans/in elk geval aan een ander of anderen
dan aan die [verdachte 2] en/of die [verdachte 1] en/of zijn/hun mededader(s) en/of aan
verdachte,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat die
[verdachte 2] en/of die [verdachte 1] en/of zijn/hun mededader(s):
- (ieder) een vuurwapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp
op/tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of [slachtoffer 4] heeft/hebben
geduwd/gedrukt en/of gericht (gehouden), en/of
- de hand(en) voor de mond/het gezicht van die [slachtoffer 3]heeft gedrukt
(gehouden), en/of
- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die
[slachtoffer 4] heeft/hebben gedwongen (geknield) op de grond/een bank plaats
te nemen en/of daarbij/vervolgens tegen die [slachtoffer 1] en/of
[slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of die [slachtoffer 4] heeft/hebben gezegd/
geroepen: "Omdraaien, hoofd naar beneden, naar beneden blijven kijken en niet
omkijken" en/althans soortgelijke (dreigende) bewoording(en), en/of
- de handen/armen en/of benen/enkels van die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 4] met (een) tie rip(s) en/of snoer/koord en/of riem heeft/hebben
vastgebonden
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte en/of zijn mededader(s)
op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 oktober 2009 tot
en met 13 november 2009 in gemeente Hengelo (O) en/of elders in Nederland
(telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft
en/of (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest door die [verdachte 2] en/of
die [verdachte 1] en/of zijn/hun mededader(s) de woning (van de familie Den Oudsten
aan de [adres]) aan te wijzen en/of te vertellen dat in die
woning (veel) geld te vinden zou zijn en/althans informatie te verstrekken met
betrekking tot de plaats van het misdrijf en/of de plaats van het misdrijf
(voor) te verkennen; (zakendossier 2)
2.
hij op of omstreeks 19 november 2009 in de gemeente Hengelo (O)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning aan de
[adres] heeft weggenomen een (aanzienlijke) geldbedrag(en) en/of een of
meer kluis/zen en/of een of meer siera(a)d(en)/juwe(e)l(en), en/althans/in elk
geval enig goed en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5]
en/of [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 5], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s):
- die [slachtoffer 5] meermalen, althans eenmaal, met kracht met een (vuur)wapen,
althans met een hard voorwerp, op/tegen het hoofd heeft/hebben geslagen,
en/of
- (ieder) een vuurwapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp
op/tegen het hoofd en/of lichaam van die [slachtoffer 5] heeft/hebben geduwd/gedrukt
en/of gericht (gehouden), en/of
- die [slachtoffer 5] bij het hoofd heeft vast gegrepen/gepakt en/of (daarbij/
vervolgens) een hand over/tegen de neus en/of de mond van die [slachtoffer 5] heeft
geduwd/gedrukt (gehouden), en/of
- de handen/armen en/of de benen/enkels van die [slachtoffer 5] met (een) tie
rip(s) heeft/hebben vastgebonden; (zakendossier 1)
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 2 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij op of omstreeks 19 november 2009 in de gemeente Hengelo (O),
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 5] heeft gedwongen tot de
afgifte van een (aanzienlijke) geldbedrag(en) en/of een of meer kluis/zen
en/of een of meer siera(a)d(en)/juwe(e)l(en), en/althans/in elk geval enig
goed en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s):
- die [slachtoffer 5] meermalen, althans eenmaal, met kracht met een (vuur)wapen,
althans met een hard voorwerp, op/tegen het hoofd heeft/hebben geslagen,
en/of
- (ieder) een vuurwapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp
op/tegen het hoofd en/of lichaam van die [slachtoffer 5] heeft/hebben geduwd/gedrukt
en/of gericht (gehouden), en/of
- die [slachtoffer 5] bij het hoofd heeft vast gegrepen/gepakt en/of (daarbij/
vervolgens) een hand over/tegen de neus en/of de mond van die [slachtoffer 5] heeft
geduwd/gedrukt (gehouden), en/of
- de handen/armen en/of de benen/enkels van die [slachtoffer 5] met (een) tie
rip(s) heeft/hebben vastgebonden; (zakendossier 1)
3. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte terzake van het sub 1 meer subsidiair en sub 2 primair tenlastegelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaren onvoorwaardelijk met aftrek van het voorarrest, met onttrekking aan het verkeer van het inbeslaggenomen mes en met teuggave aan verdachte van de inbeslaggenomen kleding. Ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen heeft de officier van justitie geconcludeerd tot niet ontvankelijkheid, nu het schadebedrag niet op eenvoudige wijze is vast te stellen.
4. De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in haar vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
5.1 De beoordeling van het bewijs
Evenals de officier van justitie, de verdachte en diens raadsvrouw, acht de rechtbank de sub 1 meer subsidiair en sub 2 primair tenlastegelegde feiten bewezen .
5.2 De conclusie
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte sub 1 primair en subsidiair is tenlastegelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het sub 1 meer subsidiair en sub 2 primair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
[verdachte 2] en [verdachte 1] op 13 november 2009 in de
gemeente Hengelo (O), tezamen en in vereniging met anderen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de
[adres] hebben weggenomen een geldbedrag en sieraden en mobiele telefoons, en enig ander goed, toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of de firma [firmanaam], en aan een ander of anderen dan aan die [verdachte 2] en die [verdachte 1] en hun mededaders en aan
verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld
en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of een of meer van
zijn familielid/leden, genaamd [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en/of
[slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en
gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en
aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat die
[verdachte 2] en/of die [verdachte 1] en/of hun mededaders:
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op/tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]en [slachtoffer 4] heeft/hebben
geduwd/gedrukt en/of gericht (gehouden), en
- de hand voor de mond van die [slachtoffer 3]heeft gedrukt (gehouden), en
- die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 3]en die [slachtoffer 4] heeft/hebben gedwongen op de
grond/een bank plaats te nemen en tegen die [slachtoffer 3]heeft/hebben gezegd/
geroepen: "Omdraaien, hoofd naar beneden, naar beneden blijven kijken en niet
omkijken" en/of
- de handen/armen en/of benen/enkels van die [slachtoffer 1] en die [slachtoffer 4] met tie rips of een riem heeft/hebben vastgebonden,
tot het plegen van welk misdrijf verdachte en zijn mededader in of omstreeks de periode van 1 oktober 2009 tot en met 13 november 2009 in de gemeente Hengelo (O) opzettelijk inlichtingen hebben verschaft door die [verdachte 2] en die [verdachte 1] die woning aan de [adres] aan te wijzen en te vertellen dat in die woning veel geld te vinden zou
zijn en informatie te verstrekken met betrekking tot de plaats van het misdrijf.
2.
hij op 19 november 2009 in de gemeente Hengelo (O)
tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning aan de [adres] heeft weggenomen een geldbedrag en kluizen en sieraden/juwelen, toebehorende aan [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6],
welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld
en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 5], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte
en/of zijn mededaders:
- die [slachtoffer 5] meermalen, met kracht met een wapen op het hoofd heeft/hebben geslagen,
en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp tegen het hoofd van die [slachtoffer 5]
heeft/hebben gedrukt en gericht, en
- die [slachtoffer 5] bij het hoofd heeft/hebben vastgepakt en daarbij een hand over de neus en de mond van die [slachtoffer 5] heeft geduwd en
- de armen en de enkels van die [slachtoffer 5] met tie rips heeft/hebben vastgebonden.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte sub 1 meer subsidiair en sub 2 primair meer of anders is tenlastegelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
6. De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld bij de artikelen 47, 48, 49 en 312 Sr. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1 meer subsidiair het misdrijf:
Medeplegen van medeplichtigheid aan diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
feit 2 primair het misdrijf:
Diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
7. De strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.
8. De op te leggen straf of maatregel
8.1 De gronden voor een straf of maatregel
In de maand november 2009 heeft een groep personen, in wisselende samenstelling, een tweetal brute gewapende overvallen op woningen gepleegd. Verdachte heeft aan één van die overvallen actief deelgenomen en is bij de andere overval medeplichtig geweest. In beide gevallen werden de slachtoffers in de beschermde omgeving van hun woning door de overvallers, die waren voorzien van maskers of bivakmutsen en waren gewapend met op vuurwapens gelijkende voorwerpen, gedwongen tot afgifte van geld en/of goederen, waarbij de wapens op de slachtoffers gericht werden gehouden en waarbij op enkele van de slachtoffers fors fysiek geweld werd toegepast. Bij deze brutale overvallen neemt de rechtbank ondermeer in aanmerking het gemak waarmee verdachte en zijn mededaders zijn overgegaan tot het plegen van deze ernstige feiten. Verdachte heeft telkens zijn eigen financiële motieven voorop laten staan en geen enkel oog gehad voor met name de psychische schade die hij door zijn toedoen bij de slachtoffers teweeg zou brengen. De slachtoffers hebben de overvallen, blijkens hun verklaringen bij de politie, als zeer beangstigend ervaren en het mag als een feit van algemene bekendheid worden beschouwd dat feiten als deze een grove aantasting van de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers inhouden en te verwachten valt dat die slachtoffers nog geruime tijd zullen lijden onder de psychische gevolgen van deze traumatische ervaringen. Bovendien brengen dergelijke feiten in de samenleving maatschappelijke gevoelens van onveiligheid en onrust met zich mee. Ten voordele van verdachte strekt dat hij, blijkens het uittreksel uit de documentatie, afgezien van een veroordeling in 2008 ter zake enkele vermogensdelicten, niet eerder voor soortgelijke ernstige feiten is veroordeeld. Bij het bepalen van de straf zal de rechtbank rekening houden met verdachtes jeugdige leeftijd, verdachtes verminderde toerekeningsvatbaarheid ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde, zoals blijkt uit de pro justitia rapportage van drs. J.P.M. van der Leeuw, klinisch psycholoog en drs. F. Nhass, psychiater, verdachtes ondergeschikte rol in het sub 1 meer subsidiair bewezen verklaarde feit en het feit dat verdachte omtrent de toedracht van de feiten bij de politie volledig openheid van zaken heeft gegeven.
Voor wat betreft de hoogte van de op te leggen straf heeft de rechtbank bij haar overwegingen de oriëntatiepunten straftoemeting betrokken, zoals deze voor feiten als de onderhavige zijn vastgesteld.
Met betrekking tot het betoog van de raadsvrouw dat bij de strafoplegging rekening dient te worden gehouden met het feit dat verdachtes handelen in grote mate is ingegeven door de angst die hij voor zijn medeverdachten [verdachte 2] en [verdachte 1] had en hij door die angst min of meer gedwongen werd mee te doen aan de overvallen, overweegt de rechtbank dat, mede gelet op de inhoud van de meerdere na elkaar door verdachte zelf afgelegde verklaringen bij de politie, van een zodanige druk niet is gebleken. Voorts is niet gebleken dat er voor verdachte geen mogelijkheid bestond om zich aan zijn strafbaar handelen te onttrekken. In dit verband merkt de rechtbank nog op dat zij zich niet aan de indruk kan onttrekken dat verdachtes strafbaar gedrag in overwegende mate werd ingegeven door zijn drang naar geld.
De rechtbank is, alles overwegende, van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf van navermelde duur een passende en geboden reactie vormt.
Dat die straf lager is dan die van zijn mededader Wasser, is gelegen in verdachtes verminderde toerekeningsvatbaarheid ten tijde van het plegen van de feiten, alsmede in het feit dat verdachte, blijkens zijn uittreksel uit de justitiële documentatie, anders dan zijn mededader, niet eerder terzake geweldsgerelateerde feiten is veroordeeld.
Anders dan de raadsvrouw heeft bepleit, heeft de rechtbank bij het bepalen van na te melden straf, geen rekening gehouden met het feit dat een onbevoegde hulpofficier van justitie het bevel tot verlening van de inverzekeringstelling van verdachte namens de officier van justitie heeft ondertekend. In dit verband overweegt de rechtbank dat zij constateert dat sprake is van handelen in strijd met artikel 59 lid 1 van het Wetboek van Strafvordering, maar dat zij daaraan in deze zaak geen verdere consequenties zal verbinden, nu verdachte door dit verzuim niet in enig rechtens te respecteren belang wordt geschaad.
8.2 Het beslag
De rechtbank overweegt dat het inbeslaggenomen mes vatbaar is voor onttrekking aan het verkeer, nu dit mes aan verdachte toebehoort en van zodanige aard is dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang en het mes bij gelegenheid van het onderzoek naar de door verdachte begane feiten is aangetroffen, terwijl het mes kan dienen tot het begaan van soortgelijke feiten.
Met betrekking tot de overige inbeslaggenomen voorwerpen, welke hierna in het dictum worden genoemd, overweegt de rechtbank dat deze dienen te worden teruggegeven aan verdachte.
9.1 De schade van benadeelden
[slachtoffer 1], wonende te Hengelo (O), [adres],
[slachtoffer 2], wonende te Hengelo (O), [adres],
[slachtoffer 3], wonende te Hengelo (O), [adres] en
[slachtoffer 4], wonende te Hengelo (O), [adres],
hebben zich voorafgaand aan het onderzoek op de zitting, op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces.
De vordering van [slachtoffer 1] bestaat uit de volgende posten:
waarde van gestolen persoonlijke bezittingen € 560,--;
waarde van gestolen goed dat in bewaring was gegeven € 5.800,--;
smartengeld € 1.750,--;
schade aan bedrijf [firmanaam] € 15.000.--;
kosten rechtsbijstand € 600,--,
één en ander te verhogen met de wettelijke rente.
De vordering van [slachtoffer 2] bestaat uit de volgende posten:
waarde gestolen juwelen/sieraden € 19.675,--;
waarde vernielde pop € 80,--;
waarde gestolen telefoon € 90,--;
smartengeld € 1.750,--;
kosten rechtsbijstand € 600,--,
één en ander te verhogen met de wettelijke rente.
De vordering van [slachtoffer 3]bestaat uit de volgende posten:
smartengeld € 1.750,--;
dagwaarde mobiele telefoon € 50,--;
kosten rechtsbijstand € 150,--,
één en ander te verhogen met de wettelijke rente.
De vordering van [slachtoffer 4] bestaat uit de volgende posten:
smartengeld € 1.750,--;
kosten rechtsbijstand € 150,--,
één en ander te verhogen met de wettelijke rente.
De benadeelde partijen hebben tevens verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De officier van justitie en de verdediging stellen zich op het standpunt dat vorenvermelde vorderingen, wegens de gecompliceerdheid ervan, zich niet lenen voor een afdoening in dit strafgeding, zodat de benadeelde partijen in hun vordering niet ontvankelijk dienen te worden verklaard.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn voornoemde benadeelde partijen ieder in hun vordering ontvankelijk en zijn die vorderingen tot na te noemen bedragen gegrond,
omdat is komen vast te staan dat verdachte door het bewezen verklaarde feit sub 1 meer subsidiair rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de slachtoffers.
De rechtbank acht het door alle benadeelde partijen gevorderde bedrag van € 1.750,-- terzake immateriële schade gegrond en voldoende aannemelijk gemaakt.
Ook de gevorderde bedragen ter zake rechtsbijstand acht de rechtbank ten aanzien van alle benadeelde partijen gegrond. Deze vorderingen zijn door de gemachtigde van de benadeelde partijen voldoende onderbouwd en aannemelijk gemaakt.
Tevens acht de rechtbank de vorderingen van de benadeelde partij [slachtoffer 1], voor een bedrag van € 5.000,-- (buit) en die van de benadeelde partij [slachtoffer 3], voor een bedrag van € 50,-- (mobiel), gegrond en aannemelijk gemaakt.
De rechtbank zal de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] voor het overige deel van hun vordering te weten, respectievelijk € 16.360,-- en € 19.845,-- niet ontvankelijk verklaren nu, naar het oordeel van de rechtbank, dit deel van de vordering telkens niet op eenvoudige wijze is vast te stellen en zich dus niet leent voor afdoening in dit strafgeding. De benadeelde partijen kunnen dit deel van hun vordering slechts aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
10. De schadevergoedingsmaatregel
Uit het voorgaande volgt dat de verdachte tegenover de benadeelde partijen naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het feit sub 1 meer subsidiair is toegebracht. De rechtbank acht het van belang dat er aanvullende waarborgen komen dat verdachte de toegewezen vorderingen van de benadeelde partijen ook daadwerkelijk voldoet. De rechtbank zal daarom ook ten aanzien van alle vorderingen de maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen.
11. De toegepaste wettelijke voorschriften
De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 10, 27, 36d, 36f en 57 Sr.
12. De beslissing
De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het sub 1 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen, dat verdachte het sub 1 meer subsidiair en sub 2 primair tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1 meer subsidiair het misdrijf:
Medeplegen van medeplichtigheid aan diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
feit 2 primair het misdrijf:
Diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1 meer subsidiair en 2 primair bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van drie jaren en zes maanden.
- bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
Schadevergoeding
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1], voornoemd van een bedrag van € 6.750,-- (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
13 november 2009) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op € 600,--, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit sub 1 meer subsidiair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 6.750,-- ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 68 dagen zal worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2], voornoemd van een bedrag van € 1.750,-- (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
13 november 2009) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op € 600,--, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit sub 1 meer subsidiair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.750,-- ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 27 dagen zal worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 3], voornoemd van een bedrag van € 1.800,-- (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
13 november 2009) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op € 150,--, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit sub 1 meer subsidiair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.800,-- ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 28 dagen zal worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan);
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 4] van een bedrag van € 1.750,-- (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 november 2009) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op € 150,--, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit sub 1 meer subsidiair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.750,-- ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 27 dagen zal worden toegepast, (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan);
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoelde bedragen daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partijen de bedragen te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partijen de verschuldigde bedragen heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van die bedragen komt te vervallen;
Bepaalt dat voornoemde benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], voor een deel van respectievelijk € 16.360,-- en € 19.845,-- niet ontvankelijk zijn in hun vordering en dat de benadeelde partijen dat deel van hun vordering bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Beslag
- verklaart onttrokken aan het verkeer, het onder verdachte inbeslaggenomen mes;
- gelast de teruggave aan verdachte van een zwarte handschoen (Thinsulate), een paar handschoenen, een muts, een zwarte jas, een broek (Hummel), een paar handschoenen (Bike), een paar zwarte sokken, een panty en een zwart vest met capuchon.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Wentink, voorzitter, mr. F.C. Berg en mr. M.H. van der Lecq, rechters, in tegenwoordigheid van P.G.M. Klaassen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 22 december 2010.
Mr. Wentink is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.