ECLI:NL:RBALM:2010:BM9518

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
23 juni 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/710915-09, 08/720273-10 en 08/801343-07
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in oplichtings- en verduisteringszaak met betrekking tot meerdere benadeelde partijen

In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 23 juni 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van oplichting en verduistering. De rechtbank heeft de verdachte integraal vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de verdachte strafbare feiten had gepleegd, deze niet kwalificeerden als oplichting, maar als flessentrekkerij, een misdrijf dat niet tenlastegelegd was. Voor verduistering is vereist dat de goederen waarop de verduistering betrekking heeft, op een andere manier dan door misdrijf zijn verkregen. Aangezien de verdachte de goederen door strafbare gedragingen onder zich had, kon er geen sprake zijn van verduistering.

De rechtbank heeft ook de vorderingen van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte was vrijgesproken. De officier van justitie had gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, maar deze vordering werd afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om kennis te nemen van de zaak. De rechtbank concludeerde dat er geen wettige en overtuigende bewijzen waren voor de tenlastegelegde feiten, waardoor de verdachte van alle beschuldigingen werd vrijgesproken.

De rechtbank heeft ook de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van bewijs in strafzaken en de noodzaak voor de officier van justitie om overtuigend bewijs te leveren voor de beschuldigingen die worden ingediend.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector strafrecht
parketnummers: 08/710915-09, 08/720273-10 en 08/801343-07 (tul)
datum vonnis: 23 juni 2010
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo tegen:
[verdachte],
geboren op [1980] in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats], [adres],
1. Het onderzoek op de terechtzitting
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van
9 juni 2010. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. A.H.J.M. Damen en van hetgeen door de verdachte en diens raadsvrouw mr. L. de Widt, advocaat te Almelo, naar voren is gebracht.
De benadeelde partij [benadeelde sub 4] was op de zitting aanwezig.
2. De tenlastelegging
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Ten aanzien van parketnummer 08/710915-09 feit 1:
personen en/of bedrijven heeft opgelicht.
Ten aanzien van parketnummer08/710915-09 feit 2:
goederen heeft verduisterd.
Ten aanzien van parketnummer08/720273-10 primair:
al dan niet samen met anderen personen en/of bedrijven heeft opgelicht.
Ten aanzien van parketnummer 08/720273-10 subsidiair:
al dan niet samen met anderen goederen heeft verduisterd.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte:
in de zaak met parketnummer 08/710915-09 dat
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 3 augustus
2009 tot en met 16 november 2009, in de gemeente Almelo, althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een)
ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam
en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen
en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- [benadeelde sub 1] heeft bewogen tot de afgifte van een barbeque en/of een
vleesschotel, in elk geval enig goed, en/of
- [benadeelde sub 2] en/of een of meerdere medewerker(s) van J.M.A. Benelux B.V.
heeft bewogen tot de afgifte van handdoeken, in elk geval enig goed, en/of
- [benadeelde sub 3] en/of een of meerdere medewerker(s) van [naam firma sub 3a]
heeft bewogen tot de afgifte van een wasautomaat en/of een droger
en/of een stofzuiger, in elk geval enig goed, en/of
- [benadeeld sub 4] en/of een of meerdere medewerker(s) van [naam firma sub 4a] heeft bewogen tot de afgifte van een Optonic Setje, in elk geval enig goed, en/of
- [benadeelde sub 5] en/of een of meerdere medewerker(s) van [naam firma sub 5a]
heeft bewogen tot de afgifte van 22, althans een aantal, jassen en/of 2,
althans een aantal overalls en/of 22, althans een aantal, klompen en/of 1
paar werkschoenen, in elk geval enig goed,
hebbende verdachte (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk
weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met
de waarheid:
- een onjuist en/of verouderd uitreksel van de Kamer van Koophandel getoond,
waarop zijn niet (langer) bestaande onderneming "[naam]"
genoemd werd, en/of
- het adres "[adres] te [woonplaats]" opgegeven als zijnde zijn
adres(gegevens), en/of
- een onjuist telefoonnummer opgegeven, en/of
- zich voorgedaan als een koper te goeder trouw,
waardoor voornoemd(e) perso(o)n(en) en/of medewerker(s) van voornoemd(e)
bedrij(f)(ven) (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 3 augustus
2009 tot en met 16 november 2009 in de gemeente Almelo, althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk
- een barbeque en/of een vleesschotel, in elk geval enig goed, geheel of ten
dele toebehorende aan [benadeelde sub 1], in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte, en/of
- een aantal handdoeken, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [benadeelde sub 2] en/of J.M.A. Benelux B.V, in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte, en/of
- een wasautomaat en/of een droger en/of een stofzuiger, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde sub 3] en/of [naam firma sub 3a] in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en/of
- een Optonic Setje, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [benadeelde sub 4] en/of [naam firma sub 4a], in elk geval aan een ander of anderen
dan aan verdachte, en/of
- 22, althans een aantal, jassen en/of 2, althans een aantal overalls en/of 22,
althans een aantal, klompen en/of 1 paar werkschoenen, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde sub 5] en/of [naam firma sub 5a],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,
welk(e) goed(eren) verdachte (telkens) anders dan door misdrijf, te weten op
rekening gekocht, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
in de zaak met parketnummer 08/720273-10 dat
hij in of omstreeks de periode van 5 februari 2009 tot en met 16 april 2009 te
Grafhorst, in de gemeente Kampen en/of in de gemeente Almelo en/althans
(elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of
door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van
verdichtsels, [benadeelde sub 6 en/of [benadeelde sub 7] en/althans de firma
Sneltapijt heeft bewogen tot de afgifte van een of meer rol(len) tapijt, in
elk geval van enig goed,
hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk -
zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in
strijd met de waarheid (via internet) contact opgenomen met die [benadeelde sub 6]
en/of die [benadeelde sub 7] en/althans de firma Sneltapijt in verband met de aankoop
van een of meer rol(len) tapijt en/of (vervolgens/daartoe) een overeenkomst
voor de (af)levering van die rol(len) tapijt overeengekomen en/of ondertekend
en/of die [benadeelde sub 6] en/of [benadeelde sub 7] en/of de firma Sneltapijt een kopie van
een rijbewijs en/of creditcard ten name van [naam] doen toekomen
en/of/aldus zich voor gedaan als koper(s) ter goeder trouw,
waardoor die [benadeelde sub 6] en/of [benadeelde sub 7] en/of die firma Sneltapijt werd
bewogen tot bovenomschreven afgifte;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 5 februari 2009 tot en met 16 april 2009 te
Grafhorst, in de gemeente Kampen en/of in de gemeente Almelo en/althans
(elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk een of meer rol(len) tapijt, in elk geval enig goed, geheel of ten
dele toebehorende aan [benadeelde sub 6] en/of [benadeelde sub 7] en/of de firma
Sneltapijt, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welk(e) goed(eren) verdachte en/of zijn mededader(s) anders dan
door misdrijf, te weten door die rol(len) tapijt op rekening te kopen, onder
zich had(den), wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
3. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het onder parketnummer 08/710915-09 onder 1, behalve voor het bij het eerste gedachtestreepje, tenlastegelegde, wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met aftrek van het voorarrest en met reclasseringstoezicht als bijzondere voorwaarde.
Ook vordert de officier van justitie toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen:
- [benadeelde sub 4] tot een bedrag van € 201,68,--
- [benadeelde sub 5] tot een bedrag van € 2.193,40 en
- J.M.A. Benelux BV tot een bedrag van € 16.449,66,
telkens met oplegging daarbij van de zogenaamde schadevergoedingsmaatregel als bedoeld in artikel 36f Wetboek van Strafrecht en met niet-ontvankelijk verklaring voor het overige.
Ten aanzien van het onder parketnummer 08/710915-09 sub 1 bij het eerste gedachtestreepje tenlastegelegde en het onder parketnummer 08/720273-10 primair en subsidiair tenlastegelegde is de officier van justitie van oordeel dat deze feiten niet wettig en overtuigend zijn bewezen zodat vrijspraak dient te volgen. In verband met die vrijspraak concludeert hij tot niet-ontvankelijk verklaring van de benadeelde partij Sneltapijt.nl.
Ten aanzien van parketnummer 08/710915-09 onder 2 is de officier van justitie van oordeel dat hij, behalve voor het bij het eerste gedachtestreepje tenlastegelegde, niet-ontvankelijk dient te worden verklaard.
Ook persisteert de officier van justitie bij zijn in de zaak onder parketnummer
08/801343-07 gedane vordering, te weten tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter van 26 november 2007 voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van
2 weken.
4. De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
5. De beoordeling van het bewijs
5.1 De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
In de zaak met parketnummer 08/720273-10 onder 1 en 2
De officier heeft vrijspraak gevraagd en de raadsvrouw heeft zich daarbij aangesloten.
In de zaak met parketnummer 08/710915-09 primair en subsidiair
De officier van justitie heeft, samengevat, onder meer betoogd dat de tenlastegelegde feitelijkheden, met uitzondering van het opgeven van een onjuist telefoonnummer, bewezen verklaard kunnen worden en het oplichtingsmiddel “aannemen van een valse hoedanigheid” opleveren. Dat geldt niet voor het geval van [benadeelde sub 1], maar daarbij kan de als feit 2 tenlastegelegde verduistering bewezenverklaard worden.
De raadsvrouw heeft geen bewijsverweer gevoerd.
5.2 Het oordeel van de rechtbank
In de zaak met parketnummer 08/720273-10 primair en subsidiair
De rechtbank acht, evenals de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat verdachte het primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, nu niet aan de hand van wettige bewijsmiddelen enige betrokkenheid van verdachte bij het tenlastegelegde kan worden vastgesteld.
In de zaak met parketnummer 08/710915-09 onder 1
De rechtbank acht, evenals de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen wat aan verdachte primair onder het eerste gedachtestreepje ([benadeelde sub 1]) is tenlastegelegd en zal hem daarvan vrijspreken.
De rechtbank dient voor elk van de overige in de tenlastelegging vermelde gevallen de vraag te beantwoorden of de tenlastegelegde feitelijke handelingen te bewijzen zijn en, zo ja, of deze een oplichtingsmiddel opleveren. De rechtbank onderschrijft in dat kader het standpunt van de officier van justitie dat het enkele zich voordoen als koper te goeder trouw, onvoldoende is om tot een bewezenverklaring van het aannemen van een valse hoedanigheid te komen.
De vraag of verdachte aan aangevers (telkens) een onjuist telefoonnummer heeft opgegeven, beantwoordt de rechtbank, evenals de officier van justitie en de verdediging, ontkennend omdat de bewijsmiddelen daarover niets inhouden. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat de in de aangiftes genoemde telefoonnummers op dat moment van hem waren en die verklaring wordt bevestigd door de aangevers die de aan hen opgegeven telefoonnummers hebben gebeld en al dan niet via een voicemail contact met verdachte kregen.
Voor het tonen van een onjuist en/of verouderd uittreksel van de Kamer van Koophandel en het in strijd met de waarheid opgeven van de [adres] in [woonplaats] als adres geldt het volgende. Bij de stukken bevindt zich geen uittreksel uit het handelsregister op basis waarvan de rechtbank kan vaststellen in welke periode verdachte als ondernemer onder de naam “[firmanaam]” op het adres [adres] in [woonplaats] ingeschreven heeft gestaan. Verdachte zelf heeft ter terechtzitting en bij de rechter-commissaris verklaard dat dit van 2 tot 20 september 2009 het geval is geweest. De rechtbank zal op basis van die verklaring van die periode uitgaan.
In het dossier zit verder een overzicht met verdachtes adresgegevens in de gemeentelijke basisadministratie. De rechtbank constateert dat hij in onder meer de periode van 26 augustus 2009 tot en met 21 december 2009 op de [adres] ingeschreven heeft gestaan.
Een en ander betekent dat verdachte de benadeelden [benadeelde sub 2]/Benelux B.V., [benadeelde sub 3/[naam firma sub 3a] en [benadeelde sub 4]/[naam firma sub 4a] tot afgifte van goederen heeft gebracht in de periode waarin hij daadwerkelijk onder de naam “[firma]” (in het handelsregister) bij de Kamer van Koophandel ingeschreven stond en/of als officieel adres de [adres] had. In die gevallen kan geen van de besproken tenlastegelegde feitelijkheden dus bewezen worden en levert evenmin het enkele feit dat verdachte zich als koper te goeder trouw zou hebben voorgedaan het aannemen van een valse hoedanigheid als bedoeld in art. 326 Sr, noch een ander bij dat artikel voorzien oplichtingsmiddel op. Verdachte dient van deze onderdelen van de tenlastelegging dus te worden vrijgesproken.
Resteert de vraag of in het geval van [naam firma sub 5a] een bewezenverklaring kan volgen. Ook die vraag beantwoordt de rechtbank ontkennend. In zijn aangifte verklaart [benadeelde sub 5] dat in de periode van 14 tot en met 19 augustus 2009 diverse bestellingen zijn gedaan door twee personen die zich voordeden als ondernemers van [naam firma], [adres] in [woonplaats]. De tenlastelegging spreekt echter niet over een dergelijke onderneming. Weliswaar volgt uit de bewijsmiddelen wel dat in die periode het adres [adres] in [woonplaats] onjuist was, maar nu geen van de overige feitelijkheden bewijsbaar zijn, acht de rechtbank die enkele onjuistheid onvoldoende om te komen tot een bewezenverklaring van welk oplichtingsmiddel ook.
In de zaak met parketnummer 08/710915-09 onder 2
Gegeven de vrijspraak van het onder 1 tenlastegelegde moet de rechtbank de vraag beantwoorden of van verduistering sprake is geweest. De rechtbank overweegt dat uit de bewijsmiddelen (aangiftes en de verklaring van verdachte ter zitting) het beeld naar voren komt van een verdachte die er een gewoonte van heeft gemaakt goederen te kopen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich van de beschikking over die goederen te verzekeren. Dat is een misdrijf dat in de volksmond als flessentrekkerij wordt betiteld. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard niet de intentie te hebben gehad te betalen en steeds te hebben geweten dat hij tot die betaling feitelijk ook niet in staat was. Illustratief voor die intentie is bijvoorbeeld de inkoop en onmiddellijke doorverkoop tegen een verkoopprijs lager dan de inkoopprijs van partijen handdoeken. Voor flessentrekkerij kan de rechtbank verdachte echter niet veroordelen omdat het misdrijf van artikel 326a Sr niet is tenlastegelegd. Die constatering staat aan een veroordeling van de wél tenlastegelegde verduistering in de weg omdat verdachte de in de tenlastelegging vermelde goederen dus niet anders dan door misdrijf onder zich had. Daarmee kan een essentieel bestanddeel van het tenlastegelegde misdrijf niet bewezen worden en dus dient ook voor dit feit vrijspraak te volgen.
5.3 De conclusie
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte onder parketnummer 08/710915-09 sub 1 en sub 2 en parketnummer 08/720273-10 primair en subsidiair is tenlastegelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
6. De schade van benadeelden.
[Benadeelde sub 4], wonende te [woonplaats], [adres], [benadeelde sub 5], wonende te [woonplaats], [adres], J.M.A. Benelux BV, gevestigd te [woonplaats], [adres] en de Sneltapijt.nl, gevestigd te [woonplaats], [adres] hebben zich voorafgaand aan het onderzoek op de zitting op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. Zij vorderen veroordeling van verdachte tot betaling van respectievelijk
€ 1.740,--, € 2.610,15, € 19.575,10 en € 20.560,--.
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun vorderingen, nu verdachte van de tenlastegelegde feiten wordt vrijgesproken. Daarnaast zal de rechtbank de benadeelde partijen veroordelen tot betaling van de kosten die de verdachte heeft gemaakt voor rechtsbijstand met betrekking tot deze vordering. De rechtbank begroot die kosten op nihil.
7. De vordering tenuitvoerlegging
De rechtbank is ten aanzien van de hiervoor omschreven vordering van de officier van justitie tot het geven van een last tot tenuitvoerlegging van oordeel dat die vordering behoort te worden afgewezen, omdat verdachte van alle tenlastegelegde feiten wordt vrijgesproken.
8. De beslissing
De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
verklaart niet bewezen dat verdachte het onder parketnummer 08/710915-09 sub 1 en sub 2 en onder parketnummer 08/720273-10 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
Schadevergoeding
bepaalt dat de benadeelde partijen [benadeelde sub 4], [benadeelde sub 5], J.M.A. Benelux BV en de Sneltapijt.nl, allen voornoemd, in het geheel niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen en dat zij hun vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Opheffing bevel voorlopige hechtenis
heft het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis op.
Tenuitvoerlegging vonnis met parketnummer 08/801343-07
wijst de vordering af.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.T.C. Jordaans, voorzitter, mr. J. Wentink en mr. A.M.G. Ellenbroek, rechters, in tegenwoordigheid van P.G.M. Klaassen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 23 juni 2010.