Uitspraak
RECHTBANK ALMELO
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De vordering van de officier van justitie
4.De voorvragen
5.De beoordeling van het bewijs
Ik vroeg aan [verdachte] waar hij een pistool voor nodig had. [verdachte] vertelde dat hij de burgemeester wilde neerschieten. Hij wees daarbij op De Waag en vertelde dat daar de burgemeester was geweest. Ik zei [verdachte] dat ik hem al meerdere malen had horen zeggen dat hij anderen dood ging maken. [verdachte] zei toen: “Luister [getuige 1]. Ik geef ze vrijdag, zaterdag, zondag en maandag, dan wil ik een vergunning, schadevergoeding, een bos bloemen en excuses ontvangen, anders schiet ik ze allemaal neer””. [24] .
[verdachte] kwam op 16 juni 2008 agressief en met een bepaald doel, namelijk de heer [slachtoffer 6], bij ons binnen. Hij zei wat zijn missie was. Hij zei: “[slachtoffer 6] dood, ik dood, klaar”. Hij had voortdurend vuurwapens in zijn hand en had deze op ons gericht” [25] .
Er waren bij de gijzeling twee wapens aanwezig. [verdachte] maakte duidelijk dat hij de heer [slachtoffer 6] zochten dat de heer [slachtoffer 6] dood moest. Dit heeft hij meerdere keren gezegd. Hij was daarop gefixeerd” [27] .
Op de dag van het haringfeest zou ik wel tegen mijn zoon gezegd kunnen hebben: “Deze moet je allemaal dood maken, [slachtoffer 6], [naam], zoveel mensen in Almelo” [31] . Op de vraag van de verhoorder of verdachte iets heeft gezegd in het gemeentehuis over iemand dood maken, zegt verdachte: “Ik heb dat gezegd. Ik zei roep [slachtoffer 6] maar. Ik maak eerst [slachtoffer 6] dood en dan mijzelf” [32] , en “
Ik zeg ik heb het gedaan. Verbrand. Ze wilden niet, ik heb verbrand. Zo simpel is het. Als het niet simpel is wat moet ik dan doen anders? Geef mij maar toestemming, geef mij nog twee wapens, laat mij maar [slachtoffer 6] taktaktak neerschieten. Wat moet ik anders” [33] .
6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
7.De strafbaarheid van de verdachte
8.De op te leggen straf of maatregel
9.De schade van benadeelden
11.De toegepaste wettelijke voorschriften
12.De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het sub 2 primair, sub 4 primair en sub 5 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen, dat verdachte het sub 1, sub 2 subsidiair, sub 3, sub 4 subsidiair en sub 6 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte sub 1, sub 2 subsidiair, sub 3, sub 4 subsidiair en sub 6 meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
gevangenisstraf van negen jaren
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partijen [slachtoffer 1], [slachtoffer 4], [slachtoffer 3], [slachtoffer 2], [slachtoffer 5] en [leasemaatschappij] BV, telkens van een bedrag van
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoelde bedragen daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partijen die bedragen te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partijen de verschuldigde bedragen heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van die bedragen komt te vervallen;