ECLI:NL:RBALM:2008:BD5753

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
25 juni 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
94299 / KG ZA 08-137
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • M. Stoové
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontruiming van opvanglocatie door het COA na weigering van gedaagden om passende woning te betrekken

In deze zaak vorderde het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) de ontruiming van een opvanglocatie in Markelo, waar gedaagden verbleven. De gedaagden, die een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd hadden gekregen, hadden een passend woningaanbod van de gemeente Landsingerland geweigerd. Het COA beëindigde de voorzieningen per 18 april 2008, maar gedaagden weigerden de opvanglocatie te verlaten, ondanks dat zij op 13 juni 2008 een huurovereenkomst voor een andere woning hadden getekend. De voorzieningenrechter oordeelde dat er sprake was van passende woonruimte en dat de voorzieningen terecht per 13 juni 2008 waren beëindigd. De rechter gaf gedaagden tot 1 juli 2008 de tijd om de opvanglocatie te ontruimen. De zaak werd behandeld op 16 juni 2008, waarbij het COA werd vertegenwoordigd door mr. C. de la Fuente en gedaagden door mr. F.S. van Nierop. De voorzieningenrechter oordeelde dat het COA ontvankelijk was in haar vordering en dat er sprake was van spoedeisend belang. Gedaagden werden veroordeeld in de proceskosten, die op € 852,80 werden begroot. Het vonnis werd uitgesproken op 25 juni 2008.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector Civiel
zaaknummer: 94299 / KG ZA 08-137
datum vonnis: 25 juni 2008 (af)
Vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Almelo, rechtdoende in kort geding, in de zaak van:
Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers,
gevestigd te Rijswijk,
eiser,
verder te noemen het COA,
procureur: mr. R. Kroon,
advocaat: mr. C. de la Fuente te Den Haag,
tegen
1. [naam],
wonende te Markelo,
en
2. [naam],
wonende te Markelo,
gedaagden,
verder te noemen gedaagden,
advocaat: mr. F.S. van Nierop te Utrecht.
Het procesverloop
Het COA heeft gevorderd als vermeld in de dagvaarding.
De zaak is behandeld ter terechtzitting van 16 juni 2008. Ter zitting zijn verschenen: namens het COA mr. De la Fuente en [namen gedaagden] vergezeld door mr. Van Nierop. De standpunten zijn toegelicht.
Ter zitting is door het COA de dagvaarding jegens gedaagde [naam], met instemming van deze gedaagde, ingetrokken.
Het vonnis is bepaald op vandaag.
Vaststaande feiten
1. In deze zaak staat het navolgende vast.
- Aan gedaagden en hun minderjarige kinderen is een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd verleend.
- Gedaagden verblijven momenteel in de Terugkeerlocatie Markelo aan het adres [adres] te Markelo.
- Op gedaagden is de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (verder Rva 2005) van toepassing.
- Artikel 7, lid 1, sub a Rva 2005 bepaalt dat de opvang eindigt:
“Indien op de asielaanvraag inwilligend is beslist: op de dag waarop naar het oordeel van het COA passende huisvesting buiten een centrum kan worden gerealiseerd”.
- Dit artikel is ook van toepassing op vreemdelingen aan wie een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd is verleend.
- Gedaagden hebben zich zelfstandig ingeschreven in de gemeente Landsingerland. Deze gemeente heeft gedaagden een woning aangeboden. Gedaagden hebben geweigerd deze woning te betrekken.
- Bij beschikking van 18 april 2008 heeft het COA de opvang (en de verstrekkingen) beëindigd.
- Tegen deze beschikking is beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zitting houdende te Utrecht.
- Bij brief van 6 mei 2008 zijn gedaagden verzocht de woning aan het adres [adres] te Markelo te verlaten, aan welk verzoek gedaagden geen gehoor hebben gegeven.
- Op 13 juni 2008 hebben gedaagden een huurovereenkomst getekend voor een woning in de gemeente Pijnacker-Nootdorp.
Standpunt partijen
2. Standpunt het COA
Het COA verzoekt veroordeling van gedaagden de Terugkeerlocatie Markelo aan het adres [adres] te Markelo binnen drie dagen na betekening van het in dit kort geding te wijzen vonnis te ontruimen en ontruimd te houden met al het hunnen en de hunnen, met machtiging van het COA om dit vonnis, na betekening, ten uitvoer te doen leggen met behulp van de sterke arm indien gedaagden aan deze veroordeling niet voldoen en met veroordeling in de proceskosten.
Het COA is van mening dat er sprake is van spoedeisend belang. Gedaagden handelen al langere tijd onrechtmatig jegens het COA door zonder recht en titel in de opvang te verblijven. Gelet op de druk op de opvang, de financiële belangen van het COA en het politiek-maatschappelijke krachtenveld waarin het COA opereert, bestaat er geen ruimte om een statushouder, die zonder recht of titel in de opvang verblijft, gedurende de gehele duur van een bodemprocedure in de opvang te laten. Voorts stelt het COA dat aan gedaagden een passende woning is aangeboden door de gemeente Landsingerland en dat gedaagden met hun weigering deze woning te betrekken, hun recht op opvang hebben verspeeld.
3. Standpunt gedaagden
Gedaagden vragen zich of er wel spoedeisend belang is, nu de als passend aangeboden woning nog verbouwd had moeten worden en zij derhalve nog enige tijd in de Terugkeerlokatie Markelo hadden dienen te verblijven. Er is dus geen (financieel) nadeel voor het COA ontstaan. Bovendien hebben gedaagden per 13 juni 2008 een huurovereenkomst ondertekend. Voorts achten gedaagden de aangeboden woning in de gemeente Landsingerland niet passend. Zij verwachten dat het beroep tegen de beschikking van het COA, waarin de voorzieningen zijn beëindigd, een redelijke kans van slagen heeft, waarbij mede als reden heeft te gelden dat het niet in het belang van de kinderen is om weer te moeten verhuizen.
De beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing
4. De voorzieningenrechter is van oordeel dat het COA ontvankelijk is in haar vordering. De spoedeisendheid van de vordering blijkt uit hetgeen door haar is gesteld. Gedaagden hebben met de door hen opgeworpen vraag of er wel sprake is van spoedeisend belang deze gestelde feiten niet voldoende betwist. Bovendien oordeelt de voorzieningenrechter dat de enkele toezegging van gedaagden dat zij per 1 juli 2008 de woonruimte zullen verlaten, niet voldoende zekerheid biedt om het COA het spoedeisend belang te ontzeggen.
5. Voorts stelt de voorzieningenechter vast dat niet in geschil is dat het Rva 2005 op gedaagden van toepassing is. Voorts is niet in geschil dat gedaagden per 13 juni 2008 een aanbod voor passende woonruimte hebben aanvaard. De voorzieningenrechter is van oordeel dat met die aanvaarding gegeven is dat er sprake is van passende huisvesting en de (opvang)voorzieningen derhalve in ieder geval per die datum terecht zijn beëindigd. Dat gedaagden na het tekenen van de huurovereenkomst nog enige tijd nodig stellen te hebben voor het inrichten van deze nieuwe woonruimte, is niet onbegrijpelijk. Dat neemt echter niet weg dat zij thans zonder recht of titel verblijven op [adres] te Markelo, zijnde de Terugkeerlokatie. De voorzieningrechter zal derhalve bepalen dat gedaagden de woning aan [adres] te Markelo uiterlijk 1 juli 2008 dienen te hebben verlaten.
6. Ten overvloede merkt de voorzieningenrechter op dat, gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, bespreking van de kans van slagen van het beroep tegen de beschikking van het COA d.d. 18 april 2008 achterwege kan worden gelaten. Immers, zelfs indien gedaagden gevolgd zouden moeten worden in hun stelling dat de voorzieningen ten onrechte per
18 april 2008 zijn beëindigd, dan blijft staan dat zij sinds 13 juni 2008 zonder recht of titel in hun huidige woning verblijven.
7. Gedaagden zullen als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van dit geding.
De beslissing
De voorzieningenrechter:
I. Veroordeelt gedaagden uiterlijk 1 juli 2008 te ontruimen en ontruimd te houden de Terugkeerlocatie Markelo aan het adres [adres] te Markelo met al het hunnen en de hunnen, met machtiging van het COA om dit vonnis, na betekening, ten uitvoer te doen leggen met behulp van de sterke arm indien gedaagden aan deze veroordeling niet voldoen.
II. Veroordeelt gedaagden in de kosten van dit geding, tot op deze uitspraak aan de zijde van het COA begroot op € 325,80 aan verschotten en € 527,- aan salaris van de procureur.
III. Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
IV. Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. Stoové, voorzieningenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 juni 2008, in tegenwoordigheid van de griffier.