ECLI:NL:RBALM:2008:BC6921
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.H. van der Veer
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van een gedaagde voor betalingsverplichtingen van een BV
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Almelo, stond de vraag centraal of gedaagde Y aansprakelijk was voor de betalingsverplichtingen van zijn besloten vennootschap (BV) aan eiseres X. De rechtbank oordeelde dat Y niet als contractspartij kon worden aangemerkt, ondanks dat hij privé belang had bij de uitkomsten van de overeenkomst tussen X en Y B.V. De rechtbank stelde vast dat Y had te bewijzen dat hij namens Y B.V. had gecontracteerd met X, wat hij niet kon doen. De verklaring van Y's accountant, Kamphuis, ondersteunde de stelling dat de zaak primair betrekking had op de franchiseovereenkomst van de Welkoop winkel te Oldenzaal, en dat Y's privépositie niet aan de orde was geweest tijdens de onderhandelingen. X had op zijn beurt te bewijzen dat Y had toegezegd in te staan voor de betalingsverplichtingen, maar de rechtbank concludeerde dat de verklaringen van de getuigen Van A en B niet bevestigden dat Y een dergelijke toezegging had gedaan. De rechtbank oordeelde dat het enkele feit dat Y betalingen had verricht vanaf zijn privé-rekening niet voldoende was om aan te nemen dat hij aansprakelijk was voor de schulden van Y B.V. Uiteindelijk wees de rechtbank de vordering van X af en veroordeelde X in de proceskosten, omdat hij niet in zijn bewijsopdracht was geslaagd. Het vonnis werd uitgesproken op 9 januari 2008.