RECHTBANK ALMELO
Parketnummer: 08/711052-06
STRAFVONNIS
Uitspraak: 4 december 2007.
De rechtbank te Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo, tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [woonplaats],
thans verblijvende in het huis van bewaring te Almelo.
terechtstaande terzake dat:
hij op of omstreeks 15 december 2006, te Almelo en/of te Zwolle en/althans (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, aan een persoon, genaamd [slachtoffer 1], opzettelijk en al dan niet met voor¬bedachten rade, zwaar lichamelijk letsel (te weten een breuk van het neusbeen en/of een breuk van de oogkas en/of een breuk van het tongbeen en/of een verscheuring van het schildkraakbeen van het strottenhoofd en/of een of meer (uitgebreide) bloeduitstortingen in/aan het gezicht en/of in/aan het hoofd en/of in/aan de hals en/of rond het strottenhoofd), althans zodanig (ernstig) letsel in/aan het hoofd en/of het strottenhoofd ten gevolge waarvan die [slachtoffer 1] bewusteloos is geraakt en/of gebleven, heeft toegebracht, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s), tezamen en in vereniging, althans alleen, opzettelijk en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg, die [slachtoffer 1] (in de woning van verdachte en/of zijn mededader(s) aan de [adres]) meermalen, althans eenmaal (telkens) (met kracht) in/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/althans (elders) op/tegen het (boven)lichaam getrapt en/of geschopt en/of gestompt en/of geslagen;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij op of omstreeks 15 december 2006, te Almelo en/of te Zwolle en/althans (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade mishandelend, een persoon, genaamd [slachtoffer 1], opzettelijk en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg, (in de woning van verdachte en/of zijn mededader(s) aan de [adres]) meermalen, althans eenmaal (telkens) (met kracht) in/tegen het gezicht en/ofop/tegen het hoofd en/althans (elders) op/tegen het (boven)lichaam heeft getrapt en/of geschopt en/of gestompt en/of geslagen, tengevolge waarvan die [slachtoffer 1] zwaar lichamelijk letsel (te weten een breuk van het neusbeen en/of een breuk van de oogkas en/of een breuk van het tongbeen en/of een verscheuring van het schildkraakbeen van het strottenhoofd en/of een of meer (uitgebreide) bloeduitstortingen in/aan het gezicht en/of in/aan het hoofd en/of in/aan de hals en/of rond het strottenhoofd), althans zodanig (ernstig) letsel in/aan het hoofd en/of het strottenhoofd ten gevolge waarvan die [slachtoffer 1] bewusteloos is geraakt en/of gebleven, heeft bekomen;
hij op of omstreeks 15 december 2006, te Almelo en/of te Holten en/althans (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade een persoon, genaamd [slachtoffer 1], van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben/is/zijn verdachte en/of zijn mededader(s) met dat opzet en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg (nadat die [slachtoffer 1] als gevolg van het onder 1. genoemde feit (zwaar) gewond en/of bewusteloos was geraakt)
• die [slachtoffer 1] gedurende een (groot) aantal uren (zwaar) gewond en/of in bewusteloze toestand in de woning van verdachte en/of zijn mede¬dader(s) laten liggen en/of aan zijn lot overgelaten en/of geen (medische) hulp/ verzorging geboden en/of ingeschakeld, en/of die [slachtoffer 1] meermalen, althans eenmaal (telkens) (met kracht) in/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/althans (elders) op/tegen het (boven)lichaam getrapt en/of geschopt en/of gestompt en/of geslagen en/of een of meer knietjes in/tegen het gezicht en/althans tegen het hoofd gegeven en/of (daarbij) (tegen die [slachtoffer 1]) gezegd: "Jij hebt mij voor het laatst gezien", althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
• (tegen die [slachtoffer 1]) gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 1] aan het eind van de dag niet meer zou leven en/of dat die [slachtoffer 1] en/of zijn personenauto in de fik zou worden gestoken, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
• (voorzien van handschoenen) die [slachtoffer 1] naar een personenauto (Volvo) gedragen en/of die [slachtoffer 1] in die auto getild/geduwd/gelegd en/of een jerrycan met benzine, althans een brandbare stof, klaar gezet en/of in die auto gezet, en/of
• die personenauto (met daarin die [slachtoffer 1] en/of die jerrycan met benzine, althans een brandbare stof) naar een parkeerplaats (in Holten) gereden/gebracht en/of (aldaar) die auto (met daarin die [slachtoffer 1]) geparkeerd en/of benzine, althans een brandbare stof, in/over die auto gesprenkeld/gegooid en/of die benzine/brandbare stof aangestoken, althans brand gesticht in/aan die auto (waarin die [slachtoffer 1] zich bevond), waardoor (een deel van) die auto (waarin die [slachtoffer 1] zich bevond) en/of die [slachtoffer 1] in brand is geraakt, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 2 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij op of omstreeks 15 december 2006, te Almelo en/of te Holten en/althans (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk brand heeft gesticht in/aan een personenauto (merk Volvo) met daarin een persoon, genaamd [slachtoffer 1], immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar opzettelijk
• (tegen die [slachtoffer 1]) gezegd: "Jij hebt mij voor het laatst gezien" en/of - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 1] aan het eind van de dag niet meer zou leven en/of dat die [slachtoffer 1] en/of zijn personenauto in de fik zou worden gestoken, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
• (voorzien van handschoenen) die [slachtoffer 1] naar die personenauto gedragen en/of die [slachtoffer 1] in die auto getild/geduwd/gelegd en/of een jerrycan met benzine, althans een brandbare stof, klaar gezet en/of in die auto gezet, en/of
• die personenauto (met daarin die [slachtoffer 1] en/of die jerrycan met benzine, althans een brandbare stof) naar een parkeerplaats (in Holten) gereden/ gebracht en/of (aldaar) die auto (met daarin die [slachtoffer 1]) geparkeerd en/of benzine, althans een brandbare stof, in/over die auto gesprenkeld/gegooid en/of die benzine/brandbare stof aangestoken, in elk geval opzettelijk (open) vuur in aanraking gebracht met (het interieur van) die auto, althans met (een) brandbare stof(fen), ten gevolge waarvan (het interieur van) die auto (waarin die [slachtoffer 1] zich bevond) en/of die [slachtoffer 1] geheel of gedeeltelijk is verbrand, in elk geval brand is ontstaan (in/aan die auto), terwijl daarvan levensgevaar voor die [slachtoffer 1] te duchten was en dat feit de dood van die [slachtoffer 1] ten gevolge heeft gehad;
hij op of omstreeks 15 december 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een personenauto (merk Volvo) heeft weggenomen twee kratten bier en/of één of meer CD's en/of één of meer pennen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel;
hij in of omstreeks de periode van 1 september 2006 tot en met 23 december 2006, te Almelo en/althans (elders) in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 2], te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag van 1000,- euro, in elk geval van enig geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), met zijn mededader(s), althans alleen, (via een chatsite) (meermalen) contact heeft/hebben gelegd/onderhouden met die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 2] bij verdachte en/of zijn mededader(s) in de woning (aan de [adres]) heeft/hebben uitgenodigd en/of (daarbij) aan die [slachtoffer 2] heeft/hebben laten weten dat "het nu wel voor niets kon", althans woorden van gelijke aard of strekking en/of die [slachtoffer 2] in genoemde woning binnengelaten en ontvangen en/of (kort daarna) die [slachtoffer 2] (meermalen) (met kracht) op/tegen het hoofd en/althans (elders) op/tegen het (boven)lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of geschopt en/of een of meer knietje(s) in de ribben en/althans (elders) tegen het (boven)lichaam heeft/hebben gegeven en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer 2] heeft/hebben gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 2] voor het einde van die week 1000,- euro moest brengen en/of aan verdachte en/of zijn mededader(s) moest geven en/of dat die [slachtoffer 2] gewoon moest betalen omdat anders goederen uit zijn woning zouden worden weggenomen en/of het interieur van zijn woning zou worden vernield en/of dat de vrouw van die [slachtoffer 2] zou worden ingelicht over het daten en/of het chatcontact van die [slachtoffer 2] met verdachte en/of zijn mededader(s) en/of dat die [slachtoffer 2] (nog meer) klappen zou krijgen en/of een kaartje met daarop de tekst "Afspraak is afspraak. [voornaam verdachte], de oppas van [chatnaam echtgenote verdachte]" heeft/hebben geschreven en/of bij die [slachtoffer 2] heeft/hebben bezorgd en/of die [slachtoffer 2] op straat heeft/hebben aangesproken en/of gevraagd wanneer die [slachtoffer 2] die 1000,- euro kwam brengen en/of (daarbij) die [slachtoffer 2] verteld dat verdachte en/of zijn mededader(s) erg boos was/waren, althans (telkens) woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 4 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 1 september 2006 tot en met 23 december 2006, te Almelo en/althans (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 2], heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van 1000,- euro, in elk geval van enig geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of een of meer van zijn mededader(s) (via een chatsite) (meermalen) contact heeft/hebben gelegd/onderhouden met die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 2] bij verdachte en/of zijn mededader(s) in de woning (aan de [adres]) heeft/hebben uitgenodigd en/of (daarbij) aan die [slachtoffer 2] heeft/hebben latenweten dat "het nu wel voor niets kon", althans woorden van gelijke aard of strekking en/of die [slachtoffer 2] in genoemde woning binnengelaten en ontvangen en/of (kort daarna) die [slachtoffer 2] (meermalen) (met kracht) op/tegen het hoofd en/althans (elders) op/tegen het (boven)lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of geschopt en/of een of meer knietje(s) in de ribben en/althans (elders)
tegen het (boven)lichaam heeft/hebben gegeven en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer 2] heeft/hebben gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 2] voor het einde van die week 1000,- euro moest brengen en/of aan verdachte en/of zijn mededader(s) moest geven en/of dat die [slachtoffer 2] gewoon moest betalen omdat anders goederen uit zijn woning zouden worden weggenomen en/of het interieur van zijn woning zou worden vernield en/of dat de vrouw van die [slachtoffer 2] zou worden ingelicht over het daten en/of het chatcontact van die [slachtoffer 2] met verdachte en/of zijn mededader(s) en/of dat die [slachtoffer 2] (nog meer) klappen zou krijgen en/of een kaartje met daarop de tekst "Afspraak is afspraak. [voornaam verdachte], de oppas van [chatnaam echtgenote verdachte]" heeft/hebben geschreven en/of bij die [slachtoffer 2] heeft/hebben bezorgd
en/of die [slachtoffer 2] op straat heeft/hebben aangesproken en/of gevraagd wanneer die [slachtoffer 2] die 1000,- euro kwam brengen en/of (daarbij) die [slachtoffer 2] verteld dat verdachte en/of zijn mededader(s) erg boos was/waren, althans (telkens)
woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking;
A.
hij in of omstreeks de periode van 1 september 2006 tot en met 28 september 2006, te Almelo en/althans (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen en/althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 3] ("whiteman") heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van 300 euro, in elk geval van enig geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of een of meer van zijn mededader(s) (via een chatsite) (meermalen) contact heeft/hebben gelegd/onderhouden met die [slachtoffer 3] en/of die [slachtoffer 3] bij verdachte en/of zijn mededader(s) in de woning (aan de [adres]) heeft/hebben uitgenodigd en/of voorgesteld dat die [slachtoffer 3] met een bosje bloemen (opnieuw) langs zou komen bij verdachte en/of zijn mededader(s) en/of die [slachtoffer 3] in die woning binnen gelaten en/of ontvangen en/of (kort
daarna) dreigend voor die [slachtoffer 3] is/zijn gaan staan en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd: "Als jij niet betaalt" en/of "We lopen nu naar de pinautomaat. Je gaat daar geld pinnen en anders weten we je auto te staan en die steken we in de fik", althans woorden van gelijke
(dreigende) aard en/of strekking en/of met die [slachtoffer 3] is/zijn meegelopen naar een pinautomaat en/of - toen die [slachtoffer 3] geld stond te pinnen - op korte afstand achter/bij die [slachtoffer 3] is/zijn gaan staan en/of (na het pinnen) met die [slachtoffer 3] is/zijn meegelopen (terug) naar de
woning van verdachte en/of zijn mededader(s) en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd: "Ik hoop voor jou dat [naam echtgenote verdachte] er tevreden mee is en bied je excuses maar aan haar aan", althans woorden van gelijke aard en/of strekking;
B.
hij in of omstreeks de periode van 29 september 2006 tot en met 23 december 2006,
te Almelo en/althans (elders) in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 3] ("whiteman"), te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag van 1000,- euro, in elk geval van enig geldbedrag, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), met zijn mededader(s), althans alleen, (via een chatsite en/of MSN en/of
telefonisch) (meermalen) contact heeft/hebben gelegd/onderhouden met die [slachtoffer 3] en/of die [slachtoffer 3] bij verdachte en/of zijn mededader(s) in de woning (aan de [adres]) heeft/hebben uitgenodigd en/of - toen die [slachtoffer 3] liet weten dat hij niet wilde komen - tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 3] langs moestkomen en 1000,- euro moest brengen en/of dat verdachte en/of zijn mededader(s) die [slachtoffer 3] wel wist(en) te vinden en/of wist(en) te wonen als hij die avond niet langs zou komen en/of dat verdachte en/of zijn mededader(s) het privételefoonnummer van die [slachtoffer 3] wist(en) en/of wist(en) dat die [slachtoffer 3] samen woonde en/althans een relatie had en/of een dochter had en/of naar de woning van die [slachtoffer 3] heeft/hebben gebeld en/of met de dochter en/of de vrouw van die [slachtoffer 3] heeft/hebben gesproken en/of tegen de vrouw van die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd dat verdachte en/of zijn mede¬dader(s) intiem (seksueel) contact met die [slachtoffer 3] heeft/hebben gehad en een enge ziekte had(den) opgelopen en/of die [slachtoffer 3] heeft/ hebben meegedeeld dat hij het gevraagde geld echt moest komen brengen, omdat verdachte en/of zijn mededader(s) in het verleden al eens eerder een vriendje aan het mes had(den) gestoken en/of (uiteindelijk) akkoord is/zijn gegaan met het voorstel van die [slachtoffer 3] om de gevraagde 1000,- euro in de maand januari 2007 te betalen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in of omstreeks van 1 september 2006 tot en met 12 september 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade mishandelend, een persoon, genaamd [slachtoffer 4] ("Rambo 77"), opzettelijk en al dan niet na kalm
beraad en rustig overleg, (in de woning van verdachte en/of zijn mededader(s) aan de [adres]), meermalen, althans eenmaal (telkens) (met kracht) in/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/althans (elders) op/tegen het (boven)lichaam heeft gestompt en/of geslagen en/of getrapt en/of geschopt en/of een of meer knietjes tegen het (boven)lichaam heeft gegeven en/of (daarbij) (stevig) heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of tegengehouden, tengevolge waarvan die [slachtoffer 4] enig lichamelijk letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
Gelet op het onderzoek ter terechtzitting;
Gehoord de vordering van de officier van justitie;
Gelet op de verdediging door en namens verdachte gevoerd;
De rechtbank heeft de eventuele in de tenlastelegging begane kennelijke schrijffouten verbeterd, in de bewezenverklaring.
Verdachte wordt daardoor in zijn verdediging niet geschaad.
De rechtbank is door de inhoud van wettige bewijsmiddelen -die in de gevallen waarin de wet aanvulling van dit (verkorte) vonnis met de bewijsmiddelen vereist, in een aan dit vonnis te hechten bijlage zullen worden opgenomen- waarop na te melden beslissing steunt, tot de overtuiging gekomen en acht wettig bewezen dat verdachte het sub 1 primair, sub 2 primair, sub 3, sub 4 primair, sub 5 onder A en B en sub 6 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 15 december 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander, aan een persoon, genaamd [slachtoffer 1], opzettelijk en met voorbedachten rade, zwaar lichamelijk letsel (te weten een breuk van het neusbeen en/of een breuk van de oogkas en/of een breuk van het tongbeen en/of een verscheuring van het schildkraakbeen van het strottenhoofd en/of (uitgebreide) bloeduitstortingen in/aan het gezicht en het hoofd en de hals en rond het strottenhoofd), ten gevolge waarvan die [slachtoffer 1] bewusteloos is geraakt, heeft toegebracht, immers hebben verdachte en zijn mededader, opzettelijk en na kalm beraad en rustig overleg, die [slachtoffer 1] (in de woning van verdachte en zijn mededader aan de [adres]) met kracht in het gezicht en tegen het hoofd en elders tegen het lichaam getrapt en geslagen;
hij op 15 december 2006, te Almelo en elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk en met voorbedachten rade een persoon, genaamd [slachtoffer 1], van het leven heeft beroofd, immers hebben verdachte en zijn mededaders met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, nadat die [slachtoffer 1] zwaar gewond en bewusteloos was geraakt, -die [slachtoffer 1] gedurende een aantal uren zwaar gewond en in bewusteloze toestand in de woning van verdachte en zijn mededaders laten liggen en aan zijn lot overgelaten en geen (medische) hulp/verzorging
geboden en ingeschakeld, en -die [slachtoffer 1] met kracht geslagen en een of meer knietjes in/tegen het gezicht gegeven en tegen die [slachtoffer 1] gezegd: "Jij hebt mij voor het laatst gezien", en -tegen die [slachtoffer 1] gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 1] aan het eind van de dag niet meer zou leven en dat die [slachtoffer 1] en zijn personenauto in de fik zouden worden gestoken,
-voorzien van handschoenen die [slachtoffer 1] naar een personenauto (Volvo) gedragen en die [slachtoffer 1] in die auto geduwd en een jerrycan met benzine klaar gezet en in die auto gezet, en
-die personenauto met daarin die [slachtoffer 1] en die jerrycan met benzine, naar een parkeerplaats (in Holten) gereden en aldaar die auto met daarin die [slachtoffer 1] geparkeerd en benzine in die auto gesprenkeld en die benzine aangestoken, waardoor die auto waarin die [slachtoffer 1] zich bevond in brand is geraakt, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
hij op 15 december 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een personenauto (merk Volvo) heeft weggenomen, twee kratten bier en CD’s en pennen, toebehorende aan [slachtoffer 1], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel;
hij in de periode van 1 september 2006 tot en met 23 december 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededader voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door geweld en bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 2], te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag van 1000,- euro, toebehorende aan die [slachtoffer 2], via een chatsite meermalen contact heeft onderhouden met die [slachtoffer 2] en die [slachtoffer 2] bij verdachte en zijn mededader in de woning (aan de [adres]) heeft uitgenodigd en aan die [slachtoffer 2] heeft laten weten dat "het nu wel voor niets kon" en die
[slachtoffer 2] in genoemde woning binnengelaten en ontvangen en daarna die [slachtoffer 2] met kracht tegen het hoofd heeft geslagen en knietjes in de ribben heeft gegeven en vervolgens tegen die [slachtoffer 2] heeft gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 2] voor het einde van die week 1000,- euro moest brengen en aan verdachte en zijn mededader moest geven en dat die [slachtoffer 2] gewoon moest betalen omdat anders goederen uit zijn woning zouden worden weggenomen en het interieur van zijn woning zou worden vernield en dat die [slachtoffer 2] nog meer klappen zou krijgen en een kaartje met daarop de tekst "Afspraak is afspraak. [voornaam verdachte], de oppas van [chatnaam echtgenote verdachte]" heeft geschreven en heeft bezorgd en die [slachtoffer 2] op straat heeft aangesproken en gevraagd wanneer die [slachtoffer 2] die 1000,- euro kwam brengen en daarbij die [slachtoffer 2] verteld dat verdachte en zijn mededader erg boos waren,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 1 september 2006 tot en met 28 september 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 3] ("whiteman") heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van 300 euro, toebehorende aan die [slachtoffer 3], welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en/of zijn mededader contact heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 3] en die [slachtoffer 3] bij verdachte en zijn mededader in de woning (aan de [adres]) heeft/hebben uitgenodigd en voorgesteld dat die [slachtoffer 3] met een bosje bloemen (opnieuw) langs zou komen bij verdachte en zijn mededader en die [slachtoffer 3] in die woning binnen gelaten en ontvangen en dreigend voor die [slachtoffer 3] is/zijn gaan staan en daarbij tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd: "Als jij niet betaalt" en "We lopen nu naar de pinautomaat. Je gaat daar geld pinnen en anders weten we je auto te staan en die steken we in de fik" en met die [slachtoffer 3] is/zijn
meegelopen naar een pinautomaat en - toen die [slachtoffer 3] geld stond te pinnen - bij die [slachtoffer 3] is/zijn gaan staan en na het pinnen met die [slachtoffer 3] is/zijn meegelopen terug naar de woning van verdachte en zijn mededader en daarbij tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd: "Ik hoop voor jou dat [voornaam echtgenote verdachte] er tevreden mee is en bied je excuses maar aan haar aan".
hij in de periode van 29 september 2006 tot en met 23 december 2006, tezamen en in vereniging met een ander te Almelo, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededader voorgenomen misdrijf om, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld een persoon, genaamd [slachtoffer 3] ("whiteman"), te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag van 1000,- euro, toebehorende aan die [slachtoffer 3] met zijn mededader, tegen die [slachtoffer 3]
heeft gezegd - zakelijk weergegeven - dat die [slachtoffer 3] langs moest komen en 1000,- euro moest brengen en dat verdachte en zijn mededader die [slachtoffer 3] wel wisten te vinden en wisten te wonen als hij die avond niet langs zou komen en die [slachtoffer 3] heeft meegedeeld dat hij het gevraagde geld echt moest komen brengen, omdat verdachte in het verleden al eens eerder een vriendje aan het mes had gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 1 september 2006 tot en met 12 september 2006, te Almelo, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk en met voorbedachten rade mis¬handelend, een persoon, genaamd [slachtoffer 4] ("Rambo 77"), opzettelijk na kalm beraad en rustig overleg (in de woning van verdachte en zijn mededaders aan de [adres]), met kracht tegen het hoofd en elders tegen het lichaam heeft gestompt en geslagen en stevig heeft vastgepakt en vastgehouden tengevolge waarvan die [slachtoffer 4] enig lichamelijk letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden;
Tot deze beslissing geven reden de in die bewijsmiddelen voorkomende feiten en omstandigheden, waarbij de inhoud van die bewijsmiddelen telkens alleen is gebezigd tot bewijs van het tenlastegelegde feit, waarop deze inhoud in het bijzonder betrekking heeft.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte sub 1 primair, sub 2 primair, sub 3, sub 4 primair, sub 5 onder A en B en sub 6 meer of anders is tenlastegelegd, zodat hij daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Het bewezen verklaarde levert op:
wat betreft sub 1 primair het misdrijf:
"Medeplegen van zware mishandeling, gepleegd met voorbedachten rade",
strafbaar gesteld bij artikel 303 jo, artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht;
wat betreft sub 2 primair het misdrijf:
strafbaar gesteld bij artikel 289 jo. artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht;
wat betreft sub 3 het misdrijf:
"Diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels",
strafbaar gesteld bij artikel 311 jo. artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht;
wat betreft sub 4 primair en sub 5 onder B telkens misdrijf:
"Poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen",
strafbaar gesteld bij artikel 317 jo. artikel 45 en 312 van het Wetboek van Strafrecht;
wat betreft sub 5 onder A het misdrijf:
"Afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen",
strafbaar gesteld bij artikel 317 jo. artikel 312 van het Wetboek van Strafrecht;
en wat betreft sub 6 het misdrijf:
"Medeplegen van mishandeling gepleegd met voorbedachten rade",
strafbaar gesteld bij artikel 301 jo. artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht;
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte, terzake sub 1 primair, sub 2 primair, sub 3, sub 4 primair, sub 5 onder A en onder B en sub 6 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijftien jaren onvoorwaardelijk, met aftrek van het voorarrest; terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege; toewijzing van de civiele vordering van [echtgenote slachtoffer 1] tot een bedrag van € 6.595,02 met niet ontvankelijkheid van het resterende deel van de vordering; verbeurdverklaring van een Mercedes personenauto, kenteken [kenteken 1], teruggave van een Volvo personenauto, kenteken [kenteken 2] en een Volkswagen Golf personenauto, kenteken [kenteken 3] aan de rechtmatige eigenaren.
Voor wat betreft de strafbaarheid van verdachte heeft de rechtbank in aanmerking genomen de door M.D. van Ekeren, psychiater en H.A. van Kampen, psycholoog, omtrent verdachte opgemaakte rapportage, welke, verkort en zakelijk weergegeven, ondermeer het navolgende inhoudt:
Betrokkene is een 42 jarige gemiddeld intelligente man die lijdt aan een gemengde persoon¬lijk¬heids¬stoornis met narcistische- en antisociale trekken. Voorts is sprake van alcoholafhankelijkheid en misbruik van cannabis. Betrokkene groeide op in een gezinsconstellatie waarin naar het zich laat aanzien sprake is geweest van affectieve en pedagogische verwaarlozing. Op grond van deze opvoedingsconstellatie beeft betrokkene een gebrekkige (seksuele) identiteit en is ook zijn zelfgevoel gebrekkig ontwikkeld gebleven, hetgeen betrokkene thans afweert in een sterk opgeblazen onaantast¬baar zelfbeeld, dat gepaard gaat met gekrenktheid, een devaluerende visie op anderen en het groten¬deels buiten zichzelf leggen van de oorzaken van zijn gedragingen. Betrokkene schraagt zijn zelf¬gevoel door bij de ander langs instrumentele weg erkenning af te dwingen, hij mist feitelijk het vermogen wezenlijk op de ander af te stemmen. Betrokkenes empathische en gewetensfuncties zijn lacunair te noemen. Voorts heeft betrokkene een sterk afgeweerd gevoelsleven: spanningen of gevoelens van boosheid worden nauwelijks gevoeld, maar geloochend, gebagatelliseerd, gedempt met middelen of gesomatiseerd.
Daar waar zich spanningen voordoen raken deze als het ware gestapeld en kunnen tot ontlading komen. De persoonlijkheidsproblematiek van betrokkene gaat gepaard met forse agressie¬regulatie¬problematiek.
Wat betreft de tenlastegelegde feiten sub 1 en 2 - indien bewezen- geldt dat sprake is van een door¬werking van de stoornis van betrokkene in de feiten. Wat betreft feit 3 - indien bewezen – geldt uitsluitend een opportunistisch motief en wordt geen doorwerking van de stoornis gezien. Wat betreft de feiten 4 en 5 - indien bewezen - geldt dat deze voornamelijk berekenend antisociaal bepaald zijn en is een meer gemengd opportunistische en narcistische gekrenkte dynamiek aan de orde. Bij feit 6 - indien bewezen – staat de bij de persoonlijkheidsstoornis passende narcistische gekrenktheid voorop en geldt aldus dat de stoornis een duidelijke rol heeft gespeeld.
Wat betreft de kans op herhaling van feiten als de onderhavige kan worden gesteld dat deze wat betreft de feiten 1, 2 en 6 aanzienlijk kan worden geacht. Gezien de bij de stoornis passende gekrenktheid van betrokkene, de gebrekkige (seksuele) identiteit met bijkomende kwetsbaarheid en de gestoorde agressieregulatie van betrokkene, is de kans groot dat zonder intensieve behandeling van deze problematiek, spanningen zich blijven opbouwen bij betrokkene en weer tot agressieve ontlading komen. Gelet op het recidivegevaar adviseren wij aan betrokkene een terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege op te leggen. Gezien de ernst van de stoornis, het ontbreken van ziektebesef en -inzicht, het ontbreken van enige behandelmotivatie en de noodzakelijke lange behandel¬duur, achten wij een behandeling in het kader van een terbeschikkingstelling met voorwaarden niet afdoende met het oog op het beperken van het recidivegevaar.
De rechtbank is op grond van de inhoud van vorenvermelde rapportage en de daarin opgenomen conclusie, welke zij tot de hare maakt, en van hetgeen verder ter terechtzitting omtrent de persoon van verdachte is gebleken, van oordeel dat verdachte ten tijde van het plegen van de sub 1 primair, 2 primair en 6 bewezen¬verklaarde feiten te dien aanzien slechts in verminderde mate toerekenings¬vatbaar was en ten tijde van het plegen van de sub 4 primair en 5 onder A en B bewezen¬verklaarde feiten in enigszins verminderde mate toerekeningsvatbaar was en dat, gezien de kans op recidive de veiligheid van anderen, danwel de algemene veiligheid van anderen, eisen dat verdachte ter beschikking wordt gesteld, met verpleging van overheidswege.
De rechtbank overweegt voorts wat de straf betreft, dat op grond van de aard van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd en de persoon van verdachte, zoals één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, aan verdachte, met inachtneming van het hiervoren¬overwogene, de straffen behoren te worden opgelegd, zoals deze hierna zullen worden bepaald, waarbij nog het volgende is overwogen:
Verdachte heeft op weerzinwekkende wijze een eind gemaakt aan het leven van een medemens en daarmee het slachtoffer het meest fundamentele recht waar een mens recht op heeft, te weten het leven, ontnomen. Na de heer [slachtoffer 1] thuis te hebben uitgenodigd heeft verdachte hem, in aanwezigheid van verdachtes echtgenote en minderjarige zoon, gedurende enkele uren aan buitensporige vormen van geweld en intimidatie blootgesteld. Daarna hebben de beide zonen van verdachte de heer [slachtoffer 1], zwaargewond in zijn eigen auto gedrukt. Na tevens een eerder die middag klaargezette jerrycan met benzine in de auto hebben gezet, zijn verdachte en zijn zonen de woning weer binnen gegaan en hebben daar samen met de echtgenote van verdachte een rolverdeling gemaakt en gewacht tot het donker was. Na in de woning nog wat te hebben gerookt en gedronken, heeft verdachte het slachtoffer naar een langs de A1 gelegen parkeerplaats gebracht alwaar hij de door hem in de auto gesprenkelde benzine in brand heeft gestoken, terwijl het toen nog in leven zijnde slachtoffer zich in die auto bevond. Vervolgens is verdachte bij zijn zonen, die achter verdachte aan waren gereden, in de auto gestapt, waarna zij de terugreis hebben aanvaard. Korte tijd later is het slachtoffer overleden. Verdachte heeft met vorenstaande handelwijze blijk gegeven van het ontbreken van iedere vorm van respect voor andermans leven. Vorenstaande klemt temeer nu het slachtoffer, voordat hij de dood vond, zeer waarschijnlijk enorme angsten heeft uitgestaan aangezien verdachte hem gedurende de dag duidelijk te verstaan had gegeven wat zijn uiteindelijke lot zou zijn. Door deze moord is de rechtsorde ernstig geschokt en het gewetenloze optreden van verdachte heeft grote beroering en verontwaardiging in de maatschappij teweeg gebracht. Bovenal is groot leed toegebracht aan de familie en naaste omgeving van het slachtoffer, hetgeen nog eens bevestiging vindt in de ter terechtzitting voorgelezen slachtofferverklaring van de echtgenote van het slachtoffer. Mede door verdachtes handelwijze is een echtgenoot en vader van twee dochters het leven op wrede wijze ontnomen. Het dient verdachte ernstig te worden aangerekend dat hij bij zijn daad ook zijn gezinsleden, waaronder zijn zonen, waarvan er zelfs nog één minderjarig was, heeft betrokken en van hen een actieve rol heeft verlangd. Hoewel hij zegt zich wel verantwoordelijk te voelen voor zijn gedragingen en het daaruit ontstane gevolg, is bij verdachte van enige empathie met de overledene geen of nauwelijks sprake. Voorts neemt hij een externaliserende houding aan door te stellen dat de schuld aan de dood van het slachtoffer, in belangrijke mate bij het slachtoffer zelf ligt.
Voorts heeft verdachte zich, naast een vermogensdelict en mishandeling met voorbedachten rade, stelselmatig aan gekwalificeerde vormen van afpersing en pogingen daartoe schuldig gemaakt. Herhaaldelijk werden er mannen bij verdachte en diens echtgenote thuis uitgenodigd om vervolgens, meestal in aanwezigheid van de kinderen, aan geweld en/of bedreigingen met geweld te worden blootgesteld. Zelfs nadat de heer [slachtoffer 1] was omgebracht zijn verdachte en zijn echtgenote met die afpersingspraktijk doorgegaan, hetgeen nog eens aangeeft hoe meedogenloos verdachte is geweest in zijn handelwijze.
Op feiten als de onderhavige dient naar het oordeel van de rechtbank, naast vorenvermelde terbeschikkingstelling met verpleging, gereageerd te worden met een vrijheidsstraf van lange duur.
De rechtbank overweegt verder dat vatbaar is voor verbeurdverklaring, na te melden Mercedes personenauto, nu met behulp van deze auto het sub 2 primair tenlastegelegde feit is begaan en deze auto aan verdachte toebehoort. De rechtbank heeft bij de beslissing tot verbeurdverklaring rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.
Civiele vordering
De rechtbank overweegt verder, dat [echtgenote slachtoffer 1], ter zake van feit 2, zich via het in artikel 51b van het Wetboek van Strafvordering voorgeschreven formulier als benadeelde partij heeft gevoegd in het strafproces en op de voet van artikel 51b van het Wetboek van Strafvordering opgave heeft gedaan van de vordering tot schadevergoeding als benadeelde partij tot een totaalbedrag van € 10.635,02, bestaande uit de volgende posten:
Begrafeniskosten € 2.697,57;
Nieuwe sloten woonhuis € 397,45;
Auto Volvo € 3.500,--
Onkosten psycholoog € 2.400,--
Misgelopen inkomsten € 1.640,--.
Naar het oordeel van de rechtbank is deze niet gemotiveerd door verdachte betwiste, vordering van de benadeelde partij ten dele gegrond, aangezien op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en het verhandelde ter terechtzitting is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door het sub 2 primair bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade is toegebracht.
De eenvoudig vast te stellen schade bedraagt minder dan het gevorderde bedrag, namelijk €. 6595,02 zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is, met niet-ontvankelijkheid van de benadeelde partij in het resterende deel van de vordering (onkosten psycholoog en misgelopen inkomsten) nu niet eenvoudig is vast te stellen of danwel in hoeverre de die gemaakte kosten een rechtstreeks gevolg zijn geweest van het door verdachte sub 2 begane feit.
De na te melden straffen en maatregel zijn gegrond, behalve op voormelde artikelen, op de artikelen 10, 27, 33, 33a , 37a, 37b, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
Verklaart bewezen, dat het sub 1 primair, sub 2 primair, sub 3, sub 4 primair, sub 5 onder A en B en sub 6 tenlastegelegde zoals boven omschreven door verdachte is begaan.
Verstaat, dat het aldus bewezen verklaarde oplevert de strafbare feiten zoals hierboven vermeld.
Verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte ter zake daarvan tot een gevangenisstraf voor de tijd van twaalf jaren.
Beveelt dat de tijd, die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
Gelast de terbeschikkingstelling van verdachte.
Beveelt dat de terbeschikkinggestelde van overheidswege zal worden verpleegd.
Verklaart verbeurd de inbeslaggenomen Mercedes personenauto, kenteken [kenteken 1].
Veroordeelt verdachte, terzake van het bewezen feit sub 2 primair tot betaling aan de benadeelde partij [echtgenote slachtoffer 1], wonende te [adres] van een bedrag groot: € 6.595,02, voorzover dit bedrag niet door een mededader zal zijn betaald.
Veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering.
Bepaalt dat voornoemde benadeelde partij voor een deel van € 4.040,-- niet-ontvankelijk is in haar vordering en dat de benadeelde partij dat deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte sub 1 primair, sub 2 primair, sub 3, sub 4 primair, sub 5 onder A en B en sub 6 meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij;
Gelast de teruggave van de volgende inbeslaggenomen voorwerpen, te weten: een Volvo personenauto, kenteken [kenteken 2] aan de erven van de heer [slachtoffer 1] en een Volkswagen Golf personenauto, [kenteken 3] aan verdachte.
Aldus gewezen door mr. Rikken, voorzitter, mrs. Stoové en Caminada, rechters, in tegenwoordigheid van Klaassen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 4 december 2007.