ECLI:NL:RBALM:2007:BA6290
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Opheffing van erfdienstbaarheid na demping van sloot
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 30 mei 2007 uitspraak gedaan over de opheffing van een erfdienstbaarheid na de demping van een sloot. De eisers, [Eiser 1] en [Eiser 2], hebben een erfdienstbaarheid die hen het recht geeft om via het perceel van de gedaagde, [Gedaagde 1] en [Gedaagde 2], naar de openbare weg te gaan. De rechtbank heeft in een tussenvonnis op 14 maart 2007 een comparitie van partijen gelast, die op 17 april 2007 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze comparitie is de situatie besproken, waarbij de rechtbank heeft vastgesteld dat de erfdienstbaarheid al jarenlang bestaat en dat de omstandigheden rondom deze erfdienstbaarheid zijn veranderd door de demping van de sloot en de aanleg van een nieuw pad.
De rechtbank heeft overwogen dat erfdienstbaarheden bedoeld zijn om langdurig te bestaan, maar dat de redelijkheid en billijkheid in deze situatie vragen om een heroverweging van de erfdienstbaarheid. De rechtbank heeft de belangen van beide partijen afgewogen. De gedaagde, [Gedaagde], heeft aangegeven dat hij zich vrijelijk kan bewegen over het nieuwe pad en dat hij zijn scootmobiel kan gebruiken om de openbare weg te bereiken. De rechtbank heeft echter ook geconstateerd dat de gedaagde niet voldoende heeft aangetoond dat hij niet op een andere manier zijn vuilcontainers kan plaatsen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de huidige erfdienstbaarheid niet langer kan blijven bestaan, gezien de gewijzigde omstandigheden. De rechtbank heeft de erfdienstbaarheid opgeheven en de gedaagde veroordeeld in de proceskosten. De vordering van de eisers om het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren is afgewezen, omdat de opheffing van een erfdienstbaarheid niet leent voor een tenuitvoerlegging bij voorraad. Dit vonnis is uitgesproken door mr. A.E. Zweers in het openbaar.