ECLI:NL:RBALM:2004:AQ6891
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.E. van Wees
- A.C.M. Heerdink
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van arbeidsongeschiktheid en WAO-uitkering van apothekersassistente
In deze zaak gaat het om de beoordeling van de arbeidsongeschiktheid van eiseres, die op 4 februari 2002 als gevolg van gewrichtsklachten uitviel voor haar werk als apothekersassistente. De verweerder, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, heeft eiseres bij besluit van 20 januari 2003 met ingang van 3 februari 2003 in aanmerking gebracht voor een WAO-uitkering, berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, wat heeft geleid tot een rechtszaak. De rechtbank heeft de zaak op 29 juli 2004 behandeld, waarbij eiseres in persoon aanwezig was, bijgestaan door haar advocaat, mr. S.J.A. Mulder.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de medische beoordeling door de verzekeringsarts voldoende zorgvuldig is geweest. De bezwaarverzekeringsarts heeft de belastbaarheid van eiseres beoordeeld en geconcludeerd dat er geen medische reden is voor urenbeperking. Echter, de rechtbank heeft ook geconstateerd dat het arbeidskundig onderzoek niet aan de vereisten voldeed. De arbeidsdeskundige had functies geselecteerd die de belastbaarheid van eiseres overschreden, zonder overleg met de verzekeringsarts. Dit leidde tot de conclusie dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd was en in strijd was met de Algemene wet bestuursrecht.
De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en verweerder opgedragen een nieuw besluit te nemen. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die op EUR 650,50 zijn vastgesteld, en is het griffierecht van EUR 31,-- vergoed. De rechtbank heeft benadrukt dat tegen deze uitspraak binnen zes weken hoger beroep openstaat bij de Centrale Raad van Beroep te Utrecht.