ECLI:NL:RBALM:2000:AA4882
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Stoové
- A. Inden
- R. Rademaker
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechter-commissaris in strafzaak
Op 10 februari 2000 heeft de Arrondissementsrechtbank te Almelo uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek tegen rechter-commissaris mr. Melaard. Het verzoek was ingediend door mr. P.H. Doedens, de raadsman van de verdachte, die stelde dat de rechter-commissaris de schijn van partijdigheid had gewekt. Dit zou zijn ontstaan doordat de rechter-commissaris getuigen voorafgaand aan hun verhoor had beëdigd, wat volgens de raadsman niet geoorloofd was en druk op de getuigen zou hebben gelegd. De rechtbank heeft het verzoek tot wraking beoordeeld aan de hand van de feiten en omstandigheden van de zaak.
De rechtbank overwoog dat de rechter-commissaris, belast met de waarheidsvinding, de getuigen onder ede had gehoord om de betrouwbaarheid van hun verklaringen te waarborgen. De rechtbank concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die de conclusie rechtvaardigden dat de rechter-commissaris partijdig was. De rechter-commissaris had gehandeld in het belang van het onderzoek en had geen onwenselijke druk op de getuigen gelegd. De rechtbank wees het wrakingsverzoek af, waarbij zij benadrukte dat de rechter-commissaris uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er objectieve aanwijzingen zijn voor vooringenomenheid.
De beslissing werd genomen door de meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit mr. Stoové als voorzitter en mrs. Inden en Rademaker. De griffier mr. Gerritsen was ook aanwezig bij de uitspraak. De beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier, waarmee de afwijzing van het wrakingsverzoek officieel werd bekrachtigd.