Sector civiel recht
CVZ/HW
KG nummer: 139191/KG ZA 12-257
datum: 23 augustus 2012
Vonnis van de voorzieningenrechter, rechtdoende in kort geding
toev.nr. 4JJ2782
[NAAM EISER],
wonende te Schagen,
EISER IN CONVENTIE IN KORT GEDING,
VERWEERDER IN RECONVENTIE IN KORT GEDING,
advocaat mr. M.M. van Eeten te Den Helder,
de stichting STICHTING VOLKSHUISVESTINGSGROEP WOONCOMPAGNIE,
gevestigd te Hoorn en kantoor houdende te Schagen,
GEDAAGDE IN KORT GEDING,
EISERES IN RECONVENTIE IN KORT GEDING,
advocaat mr. E. de Ruiter te Rotterdam.
Partijen zullen verder worden genoemd "Eiser" respectievelijk "Wooncompagnie".
1. HET VERLOOP VAN HET GEDING
Ter terechtzitting van 14 augustus 2012 zijn verschenen Eiser in persoon vergezeld van mr. Van Eeten voornoemd alsmede namens Wooncompagnie mevrouw
[naam 1] vergezeld van mr. De Ruiter voornoemd.
Eiser heeft in conventie gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding.
Wooncompagnie heeft de vordering bestreden en een eis in reconventie ingesteld. Eiser heeft tegen die vordering verweer gevoerd.
Na verder debat hebben partijen de stukken, waaronder van de zijde van Eiser de originele dagvaarding en van de zijde van Wooncompagnie een pleitnotitie, overgelegd en vonnis gevraagd.
De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast beschouwd.
in conventie en in reconventie
2.1 Eiser huurt sinds 1985 van Wooncompagnie een woning aan de [adres 1] te Schagen. Dit betreft een flatwoning.
2.2 Eiser wil graag een andere woning en heeft zich enige jaren geleden als woningzoekende bij Wooncompagnie laten inschrijven. Hij staat thans in augustus 2012 drie jaar en 10 maanden als woningzoekende ingeschreven.
2.3 Eiser heeft op verschillende vrijkomende huurwoningen gereageerd, maar is tot op heden nog niet voor een andere woning in aanmerking gekomen.
2.4 De moeder van Eiser huurde sinds 1966 een woning van Wooncompagnie aan de [adres 2] te Schagen. De moeder van Eiser is op 6 mei 2012 overleden.
2.5 Eiser is de enig erfgenaam van zijn moeder.
2.6 Eiser heeft vóór 1 juli 2012 bij Wooncompagnie verzocht of hem de woning van zijn moeder toegewezen zou kunnen worden.
2.7 Wooncompagnie heeft dit geweigerd.
2.8 Met ingang van 1 juli 2012 is het woonruimteverdeelsysteem dat Wooncompagnie hanteerde gewijzigd.
2.9 Met ingang van 31 juli 2012 is de huurovereenkomst met betrekking tot de [adres 2] van rechtswege geëindigd door het overlijden van de moeder van Eiser.
3. DE VORDERING EN DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
in conventie en in reconventie
3.1 Eiser vordert in conventie - verkort weergegeven - dat Wooncompagnie wordt veroordeeld aan hem de woning aan de [adres 2] te Schagen toe te wijzen, met veroordeling van Wooncompagnie in de kosten van dit geding.
3.2 Eiser legt aan zijn vordering ten grondslag dat Wooncompagnie onrechtmatig jegens hem handelt. Hij stelt dat Wooncompagnie zich ten onrechte uitsluitend verschuilt achter haar woonruimteverdeelsysteem, terwijl zij zich geen dan wel onvoldoende rekenschap geeft van de belangen van Eiser alsmede van de bijzondere omstandigheden die in dit geval van toepassing zijn.
3.3 Wooncompagnie heeft verweer gevoerd. Zij heeft zich op het standpunt gesteld dat zij gebonden is aan de toepasselijke regels, waarvan slechts in zeer uitzonderlijke gevallen kan worden afgeweken en dat een dergelijke uitzonderlijk geval zich in casu niet voordoet. Voorts heeft zij aangevoerd dat het vaker voorkomt dat kinderen in de woning van hun overleden ouders willen trekken en dat zij geen precedent wenst te scheppen.
3.4 In reconventie vordert Wooncompagnie - samengevat - dat Eiser wordt veroordeeld de woning aan de [adres 2] te Schagen te ontruimen alsmede tot doorbetaling van de achterstallige en lopende huur, met veroordeling van Eiser in de kosten van dit geding.
3.5 Wooncompagnie legt aan haar vordering ten grondslag dat Eiser onrechtmatig handelt jegens haar, aangezien de huurovereenkomst met betrekking tot de woning inmiddels is geëindigd en Eiser de woning tot op heden nog niet aan haar heeft opgeleverd. Ook voert zij aan dat Eiser als enig erfgenaam van zijn moeder niet heeft voldaan aan de verplichting om de huurovereenkomst op te zeggen en de lopende huur voor deze woning te voldoen.
3.6 Eiser heeft verweer gevoerd op de gronden zoals hij in conventie heeft aangevoerd.
3.7 Voor zover voor de beslissing van belang zal hierna inhoudelijk op de verschillende standpunten van partijen worden ingegaan.
4. DE GRONDEN VAN DE BESLISSING
in conventie en in reconventie
4.1 Gelet op de grote samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie, zullen deze gezamenlijk worden beoordeeld en beslist.
4.2 De vraag die voorligt is of Wooncompagnie gehouden kan worden om de woning aan de [adres 2] te Schagen aan Eiser toe te wijzen. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan Wooncompagniet daartoe niet worden veroordeeld. Daarbij wordt het volgende in overweging genomen. Op grond van de toepasselijke wettelijke bepalingen is de huur met betrekking tot de woning aan de [adres 2] te Schagen met ingang van 31 juli 2012 geëindigd, zijnde aan het einde van de tweede maand na het overlijden van de moeder van Eiser. Wooncompaganie heeft op basis van het huidige woonruimteverdeelsysteem slechts beperkte mogelijkheden om af te wijken van de geldende afspraken met de gemeente over toewijzing van de sociale huurwoningen, tot welke categorie de woning aan de [adres 2]behoort. De uitzonderingen bij toewijzing komen meestal voort uit medische of sociale urgentie. De omstandigheid dat Eiser in zijn huidige woning overlast ervaart van de bovenbuurman vormt levert niet een dergelijke urgentie op.
4.3 Wooncompagnie is gehouden om op transparante wijze een toewijzingsbeleid te hanteren met betrekking tot de woningen die zij beheert. Daarin past niet het in strijd met de geldende regels toewijzen van een woning aan een nieuwe huurder zonder deze woning aan te bieden op de woningmarkt. Desgevraagd heeft Wooncompagnie bevestigd dat zij deze woning nog niet heeft aangeboden omdat de huur niet was opgezegd, zodat de huur aanvankelijk nog niet was beëindigd en omdat de woning nog niet door Eiser aan Wooncompagnie is opgeleverd. Zij heeft verklaard dat na het opleveren van de woning het ongeveer circa twee maanden duurt voordat de woning opnieuw te huur wordt aangeboden omdat er een energielabel moet worden afgegeven voor de vrijgekomen woning.
4.4 Door Wooncompagnie is voorts benadrukt dat het gemiddeld vijf jaar duurt voor een ingeschreven woningzoekende voor een dergelijke eengezinswoning in aanmerking komt, terwijl woningen in de [straatnaam] sowieso erg geliefd zijn bij woningzoekenden. Onder die omstandigheden is het nog maar zeer de vraag of Eiser, gelet op zijn plaats op de lijst van woningzoekenden, wel al voor deze woning in aanmerking zou kunnen komen. Dat Eiser bij toewijzing van de woning een flatwoning zou achterlaten voor een nieuwe huurder, maakt dit niet anders aangezien de woningen in de wijk waar Eiser een woning huurt minder in trek zijn.
4.5 Door Eiser is onvoldoende weersproken dat de woningen in de [straatnaam] inderdaad erf geliefd zijn bij woningzoekenden. De, omstandigheid dat Eiser indien hij de woning moet ontruimen kosten zal moeten maken om de spullen van zijn moeder op te slaan, doet aan het systeem van toewijzing niets af. Uiteraard staat het Eiser vrij om, indien hij de woning heeft ontruimd en de woning door Wooncompagnie te huur wordt aangeboden, op deze woning te reageren, net als iedere andere woningzoekende.
4.6 Gelet op het vorenstsaande wordt de vordering van Eiser in conventie afgewezen. Hieruit volgt dat de vordering van Wooncompagnie in reconventie om Eiser te veroordelen de woning te ontruimen kan worden toegewezen. Nu Wooncompagnie (naar zij heeft verklaard per abuis) in de brief van 28 juni 2012 heeft verklaard dat de huur zou eindigen met ingang 31 augustus 2012, ziet de voorzieningenrechter aanleiding om Eiser tot die datum de tijd te geven de woning te ontruimen.
4.7 Ook de gevorderde betaling van de achterstallige huur over juli 2012 en de schadevergoeding voor het gebruik van de woning (gelijk aan de maandhuur) over de maand augustus 2012 zijn toewijsbaar. Vaststaat dat deze huurtermijnen door Eiser, als enig erfgenaam van zijn moeder, niet zijn voldaan, terwijl hij de woning nog niet aan Wooncompagnie heeft opgeleverd. De gevorderde wettelijke rente over deze bedragen is toewijsbaar op de wijze als hierna te vermelden.
4.8 Ook de gevorderde schadevergoeding voor het geval Eiser de woning niet uiterlijk op 31 augustus 2012 aan Wooncompagnie heeft opgeleverd, kan worden toegewezen, op de wijze als hierna te vermelden.
4.9 Eiser zal als de zowel in conventie als in reconventie in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van dit geding. De kosten van de reconventie zullen worden begroot op nihil nu deze vordering voortvloeit uit het in conventie door Wooncompagnie gevoerde verweer.
- weigert de gevorderde voorziening;
- veroordeelt Eiser in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van Wooncompagnie begroot op [euro] 575,-- aan verschotten en op [euro] 816,- aan salaris advocaat;
- veroordeelt Eiser om uiterlijk per 31 augustus 2012 de woning gelegen aan de [adres 2] te Schagen te ontruimen en te verlaten met alle zich daarin en/of daarop bevindende personen en/of zaken, voor zover deze laatste niet het eigendom van Wooncompagnie zijn en onder afgifte van alle sleutels in goede staat ter vrije en algehele beschikking van Wooncompagnie te stellen;
- veroordeelt Eiser aan Wooncompagnie te voldoen een bedrag van [euro] 700,54 (zevenhonderd euro en vierenvijftig cent) te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt Eiser voorts, voor het geval hij genoemde woning niet uiterlijk op 31 augustus 2012 heeft ontruimd en ter beschikking heeft gesteld van Wooncompagnie, om vanaf 1 september 2012 aan Wooncompagnie tot het tijdstip van de daadwerkelijke ontruiming de som van [euro] 350,27 per maand te betalen en voor een gedeelte van de maand een pro rata berekend gedeelte van dat bedrag, telkens te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf de vervaldag van de betreffende termijn tot aan de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt Eiser in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van Wooncompagnie begroot op nihil;
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
- weigert de meer of anders gevorderde voorziening.
Gewezen door mr. H. Warnink, voorzieningenrechter van de Rechtbank te Alkmaar en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 23 augustus 2012 in tegenwoordigheid van C. Vis-van Zanden, griffier.