ECLI:NL:RBALK:2012:BW9486
Rechtbank Alkmaar
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Tussenbeschikking op vordering tot teruggave van in beslag genomen boten na beslissing in strafzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Alkmaar op 18 juni 2012 een tussenbeschikking gedaan naar aanleiding van een klaagschrift ex artikel 552a Sv, ingediend door N.V. [VERZOEKER]. Deze vordering betreft de teruggave van twee boten van het merk Liberty, type 560 en 610, die op 8 april 2011 in beslag zijn genomen. De rechtbank had eerder op 1 november 2011 een vonnis gewezen tegen [belanghebbende], waarbij deze vrijgesproken werd van heling van de boten, omdat het Craft Identification Number (CIN) van beide boten was verwijderd, waardoor de herleidbaarheid naar de oorspronkelijke eigenaar niet meer mogelijk was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de aangifte van diefstal door [aangever] op 26 april 2011 is gedaan, en dat de boten op 8 april 2011 zijn aangetroffen. De rechtbank heeft in haar eerdere vonnis beslist dat de boten aan het verkeer dienen te worden onttrokken, omdat de identificatienummers niet meer konden worden vastgesteld. [VERZOEKER], als verzekeraar van [aangever], heeft het klaagschrift ingediend, stellende dat zij als rechthebbende moet worden aangemerkt, nu zij [aangever] heeft schadeloosgesteld voor de diefstal.
De rechtbank heeft in deze tussenbeschikking geoordeeld dat het klaagschrift tijdig is ingediend en dat er aanleiding is voor nader onderzoek naar de mogelijkheid om de boten opnieuw te identificeren. De rechtbank heeft de beslissing aangehouden in afwachting van dit onderzoek, waarbij ook de vraag aan de orde komt of de boten weer op legale wijze in het verkeer kunnen worden gebracht. De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het klaagschrift ongegrond is, maar de rechtbank heeft dit standpunt niet overgenomen. De rechtbank heeft de beslissing aan de officier van justitie opgedragen om het onderzoek te verrichten.