ECLI:NL:RBALK:2012:BV9281
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van WIA-uitkering bij whiplashklachten en onzorgvuldig medisch onderzoek
In deze zaak heeft de Rechtbank Alkmaar op 23 februari 2012 uitspraak gedaan in het geschil tussen eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. S.M. de Waard, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, verweerder. Eiser had een WIA-uitkering aangevraagd, maar deze was door verweerder geweigerd op basis van de vaststelling dat eiser minder dan 35% arbeidsongeschikt was. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard door verweerder. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op 30 juni 2008 uitviel voor zijn werkzaamheden als vrachtwagenmonteur door hoofdpijnklachten en dat hij op 30 augustus 2008 betrokken raakte bij een aanrijding, wat leidde tot nekklachten. Ondanks het ontbreken van afwijkingen bij MRI-onderzoek, heeft eiser langdurige klachten ervaren en is hij onder behandeling geweest bij verschillende zorgverleners. De verzekeringsarts en bezwaarverzekeringsarts hebben whiplash (WAD I/II) gediagnosticeerd, maar eiser betwistte de zorgvuldigheid van het medisch onderzoek, met name het niet opvragen van informatie bij de behandelende sector.
De rechtbank oordeelde dat het medisch onderzoek onzorgvuldig was, omdat de verzekeringsarts het Verzekeringsgeneeskundig protocol Whiplash associated disorder I/II niet had toegepast. Dit protocol bevat belangrijke aandachtspunten voor de beoordeling van de functionele mogelijkheden van iemand met whiplash. De rechtbank concludeerde dat de functionele mogelijkheden van eiser niet adequaat waren beoordeeld, wat leidde tot de beslissing dat het bestreden besluit niet in stand kon blijven. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen, waarbij de functionele mogelijkheden van eiser opnieuw beoordeeld dienen te worden. Tevens werd verweerder veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan eiser.