ECLI:NL:RBALK:2011:BP1025
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Uitleg van de huurovereenkomst tussen huurder en verhuurder Westomij B.V.
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Alkmaar op 12 januari 2011 uitspraak gedaan in een geschil tussen [huurder] en Westomij B.V. over de uitleg van een huurovereenkomst. De huurder, die sinds 1972 een staanplaats huurt op een recreatiepark, vorderde dat de huurovereenkomst na 31 december 2010 zou voortduren. De verhuurder, Westomij B.V., stelde dat de overeenkomst op die datum eindigde en niet kon worden verlengd. De huurder had in 2009 schriftelijk aangegeven de overeenkomst voor vijf jaar te willen verlengen, maar Westomij weigerde dit te erkennen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurovereenkomst, zoals vastgelegd in artikel 10.1, eindigt op 31 december 2010, maar dat deze kan worden verlengd met een periode van vijf jaar, mits de huurder tijdig, uiterlijk in september 2009, schriftelijk om verlenging verzoekt. De rechter concludeerde dat de huurder gebruik had gemaakt van deze mogelijkheid en dat de huurovereenkomst dus doorloopt tot 31 december 2015. De kantonrechter oordeelde dat Westomij de huurder gedurende deze periode als rechtmatig huurder moet behandelen.
Daarnaast heeft de kantonrechter Westomij veroordeeld in de proceskosten, die voor de huurder zijn vastgesteld op € 598,93, inclusief een bedrag voor het salaris van de gemachtigde. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. J.H. Gisolf, kantonrechter, en is van belang voor de uitleg van huurovereenkomsten en de rechten van huurders.