ECLI:NL:RBALK:2010:BM6005

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
7 april 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
115707 - FA RK 09-1077
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot gezamenlijk gezag en geslachtsnaamwijziging van een geadopteerd kind

In deze zaak heeft de rechtbank Alkmaar op 7 april 2010 uitspraak gedaan in een verzoek van de vader tot gezamenlijk gezag en geslachtsnaamwijziging van het kind. De vader, die met de moeder van het kind is gehuwd, heeft het kind geadopteerd en is daarmee juridisch ouder geworden. De rechtbank overweegt dat op grond van artikel 1:251 BW moet worden aangenomen dat de vader gezamenlijk gezag heeft met de moeder. De vader wordt echter niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek om mede belast te worden met het gezag over het kind, omdat hij door de adoptie al juridisch ouder is geworden. Dit betekent dat het verzoek op basis van artikel 1:253t BW niet voor toewijzing in aanmerking komt, aangezien dit artikel het gezamenlijk gezag regelt van een ouder tezamen met een ander dan een ouder.

Daarnaast heeft de vader een verzoek tot geslachtsnaamwijziging ingediend, gebaseerd op artikel 1:253t lid 5 BW. De rechtbank oordeelt dat, omdat het verzoek tot gezag niet is gebaseerd op artikel 1:253t lid 1 BW, de vader ook niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn verzoek tot wijziging van de geslachtsnaam van het kind. De rechtbank benadrukt dat de procedure voor geslachtsnaamwijziging dient te worden gevolgd zoals vermeld in artikel 1:7 BW.

De rechtbank heeft geen mondelinge behandeling gehouden en heeft de beschikking gegeven op basis van de ingediende stukken. De beslissing is genomen door mr. W.C. Oosterbroek, lid van de enkelvoudige kamer voor de behandeling van burgerlijke zaken, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting. De vader en de moeder zijn niet-ontvankelijk verklaard in hun verzoeken tot gezamenlijk gezag en geslachtsnaamwijziging.

Uitspraak

RECHTBANK TE ALKMAAR
Sector civiel recht
BB
zaak- en rekestnummer: 115707/FA RK 09-1077
datum: 7 april 2010
Beschikking van de enkelvoudige kamer voor de behandeling van burgerlijke zaken
in de zaak van:
[NAAM VADER],
en
[NAAM MOEDER],
beiden wonende te Den Helder,
verzoekers,
advocaat: mr. K. Buck.
Partijen zullen verder ook worden aangeduid als de vader en de moeder.
HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Ter griffie van deze rechtbank is op 4 december 2009 het verzoekschrift van de vader en de moeder ingekomen, waarin wordt verzocht:
1. de achternaam van de minderjarige [naam kind 1], geboren te Ban Muang, Thailand op [geboortedatum](verder: [naam kind 1]) te wijzigen in [naam kind 2];
2. te bepalen dat de vader mede zal worden belast met het gezag over [naam kind 1].
In antwoord op een brief van de griffier van 4 maart 2010 hebben de vader en de moeder bij brief van 11 maart 2010 ter aanvulling van het verzoekschrift het volgende meegedeeld. De rechtsgrond waarop het verzoek met betrekking tot het gezamenlijk gezag is gebaseerd is artikel 253t van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Een verzoek verkrijging gezamenlijk gezag kan vergezeld gaan van een verzoek tot wijziging geslachtsnaam van het kind in de geslachtsnaam van de met het gezag belaste ouder of een ander. In geval van gezamenlijk gezag bij adoptie zijn er geen bijzondere voorzieningen getroffen voor het gezag van adoptiefouders over het geadopteerde kind. Bij het adoptieverzoek is conform artikel 1:5 lid 3 BW geen voorkeur voor de achternaam opgegeven en partijen achten het wenselijk dat [naam kind 1] de achternaam [naam kind 2] krijgt.
Er heeft geen mondelinge behandeling plaatsgevonden.
DE BEHANDELING VAN DE ZAAK
Naast de inhoud van voormelde brief van 11 maart 2010 is aan het verzoek het volgende ten grondslag gelegd. De vader en de moeder zijn gehuwd op 28 juli 1998 in Thailand. [naam kind 1] is geboren uit een eerder huwelijk van de moeder met [naam natuurlijke vader](verder: de natuurlijke vader). Er bestaat geen contact tussen [naam kind 1] en zijn natuurlijke vader. Sinds de echtscheiding van zijn ouders in april 1996 heeft [naam kind 1] zijn natuurlijke vader niet meer gezien. Het is onbekend of zijn natuurlijke vader nog in leven is. Bij beschikking van deze rechtbank van 11 juni 2008 is de (stiefouder)adoptie uitgesproken van [naam kind 1] door de vader. Die beschik-king is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente 's-Gravenhage op 6 november 2008. De moeder heeft het gezag over [naam kind 1]. Nu de adoptie is geregeld willen de vader, de moeder en [naam kind 1] dat [naam kind 1] de achternaam van de vader krijgt, omdat partijen van mening zijn dat het in het belang van [naam kind 1] is dat de reeds bestaande banden bevestigd worden door middel van een naamswijziging. Voorts zijn partijen van mening dat het in het belang van [naam kind 1] is dat de vader wordt belast met het gezamenlijk ouderlijk gezag over [naam kind 1], opdat de vader samen met de moeder beslissingen over [naam kind 1] kan nemen.
De rechtbank overweegt als volgt.
Op grond van de hierboven genoemde adoptie is de vader blijkens het bepaalde in artikel 1:229 BW (juridische) ouder geworden van [naam kind 1]. In de adoptiebepalingen is geen bijzon-dere voorziening getroffen voor het gezag van adoptiefouders over het geadopteerde kind. Deze voorziening was aanvankelijk niet nodig; omdat de adoptanten gehuwd moesten zijn en omdat zij door adoptie de ouders van het kind werden gold (en geldt) de regel: gedurende hun huwelijk oefenen de ouders het gezag gezamenlijk uit. Aangenomen werd dat adoptief-ouders van rechtswege gezamenlijk gezag uitoefenen over het geadopteerde kind, niet zozeer als gevolg van de adoptie per se maar als consequentie van de regel die thans te vinden is in artikel 1:251 BW, dat wil zeggen als een gevolg van hun huwelijk. Op grond hiervan moet worden aangenomen dat door adoptie (behalve uiteraard in geval van adoptie door een alleenstaande) gezamenlijk ouderlijk gezag is ontstaan in de zin van artikel 1:245 BW. Daarmee staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat de vader door voormelde adoptie mede het gezag heeft gekregen over [naam kind 1].
Gelet op het vorenstaande zal de rechtbank de vader en de moeder niet-ontvankelijk verklaren in het verzoek om de vader met het gezamenlijk gezag over [naam kind 1] te belasten.
Met betrekking tot het verzoek tot gezamenlijk gezag merkt de rechtbank (wellicht ten overvloede) nog het volgende op.
Het verzoek zou, afgezien van het bovenstaande, niet voor toewijzing in aanmerking zijn gekomen op basis van artikel 1:253t BW, omdat de vader door de adoptie juridische ouder is geworden van [naam kind 1]. Artikel 1:253t BW regelt immers het gezamenlijk gezag van een ouder tezamen met een ander dan een ouder krachtens rechterlijke beslissing.
Met betrekking tot het verzoek tot geslachtsnaamwijziging van [naam kind 1] overweegt de rechtbank als volgt.
Lid 5 van artikel 1:253t BW bepaalt onder andere dat een verzoek als bedoeld in het eerste lid vergezeld kan gaan van een verzoek tot wijziging van de geslachtsnaam van het kind in de geslachtsnaam van de met het gezag belaste ouder of de ander.
Uit het vorenstaande volgt dat de vader en de moeder ook met betrekking tot het verzoek tot wijziging van de geslachtsnaam van [naam kind 1] niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard.
Tenslotte merkt de rechtbank (wellicht ten overvloede) in dit kader op dat hiertoe de in artikel 1:7 BW vermelde procedure dient te worden gevolgd.
DE BESLISSING
De rechtbank:
Verklaart de vader en de moeder niet-ontvankelijk in het verzoek:
1. de vader mede te belasten met het gezag over [naam kind 1];
2. de achternaam van [naam kind 1] te wijzigen in [naam kind 2].
Deze beschikking is gegeven door mr. W.C. Oosterbroek, lid van gemelde kamer, tevens kinderrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 april 2010, in tegenwoordigheid van A.M. Bergen, griffier.