ECLI:NL:RBALK:2009:BK1128

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
5 augustus 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
296253 - CV EXPL 09-2055
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van advertentie in periodiek met verweer over onbevoegdheid overeenkomst

In deze zaak vordert de besloten vennootschap APR Groep (hierna: APR) betaling van een bedrag van € 1.165,52 van de besloten vennootschap Nautilus Eco-Civiel B.V. (hierna: Nautilus) wegens een onbetaalde factuur voor een advertentie in een periodiek. De overeenkomst tussen APR en Nautilus werd op 8 juli 2008 gesloten, maar Nautilus heeft de factuur van € 1.001,39 niet betaald, ondanks herhaalde verzoeken. APR heeft haar incassogemachtigde ingeschakeld en vordert daarnaast buitengerechtelijke kosten en contractuele rente. Nautilus verzet zich tegen de vordering en stelt dat er nooit een geldige overeenkomst tot stand is gekomen, omdat de persoon die de overeenkomst heeft ondertekend, niet bevoegd was om dit te doen.

De kantonrechter heeft de argumenten van Nautilus verworpen. Het verweer dat het om een voorlopige overeenkomst zou gaan, werd niet geaccepteerd, omdat de toevoegingen 'voorlopig' enkel betrekking hadden op de grootte van de advertentie en de datum van plaatsing. De rechter oordeelde dat APR in redelijkheid mocht aannemen dat de overeenkomst namens Nautilus was aangegaan, ondanks de eventuele onbevoegdheid van de ondertekenaar. De rechter concludeerde dat Nautilus zich niet kan beroepen op de onbevoegdheid van de ondertekenaar, omdat zij zelf de indruk heeft gewekt dat deze namens haar optrad.

De vordering van APR werd integraal toegewezen, en Nautilus werd veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en proceskosten. De uitspraak werd gedaan door mr. E.M. van der Linde, kantonrechter, op 5 augustus 2009.

Uitspraak

RECHTBANK ALKMAAR
Sector Kanton
Locatie Alkmaar
Zaaknr/rolnr.: 296253 \ CV EXPL 09-2055 \RvK
Uitspraakdatum: 5 augustus 2009
Vonnis in de zaak van:
de besloten vennootschap APR Groep, gevestigd en kantoorhoudende te Amersfoort
eisende partij
verder ook te noemen: APR
gemachtigde: V.d. Donk, Bot & Co. B.V., rechtskundig incasso- en adviesbureau
tegen
de besloten vennootschap Nautilus Eco-Civiel B.V., gevestigd te Heiloo
gedaagde partij
verder ook te noemen: Nautilus
procederend bij haar directeur, ing. J.H. de Jager.
Het procesverloop
Dit verloop blijkt uit:
- de dagvaarding d.d. 3 april 2009 met producties;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek met productie.
De inhoud van de processtukken geldt als hier ingelast.
Ten slotte is de uitspraak bepaald op heden.
Het geschil
1. APR vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van Nautilus tot betaling van een bedrag ad € 1.165,52, rente en kosten rechtens.
2. APR stelt hiertoe, zakelijk samengevat, het volgende.
Tussen APR en Nautilus is op 8 juli 2008 een overeenkomst gesloten op grond waarvan APR voor Nautilus een advertentie in een periodiek heeft geplaatst. Ondanks verzoeken en herinneringen heeft Nautilus de haar toegezonden factuur ad € 1.001,39 onbetaald gelaten. Gelet op de non-betaling heeft APR haar incassogemachtigde ingeschakeld en maakt zij tevens aanspraak op de buitengerechtelijke kosten ad € 150,- en de contractuele rente ad € 13,83, berekend tot 3 april 2009.
3. Nautilus concludeert tot afwijzing van de vordering van APR en voert hiertoe, zakelijk samengevat, het volgende aan.
Er is nooit een overeenkomst tot stand gekomen, het gaat slechts om een voorlopige overeenkomst. Tevens was de heer [....], die de overeenkomst heeft getekend, helemaal niet bevoegd dit soort overeenkomsten aan te gaan en was hij bovendien niet in dienst bij Nautilus Eco-civiel, maar bij Nautilus Schanskorven b.v.
De beoordeling
4. Het verweer van Nautilus dat het om een voorlopige overeenkomst zou gaan wordt verworpen omdat voldoende duidelijk is dat de toevoegingen “voorlopig” slaan op de grootte van de advertentie en de datum van plaatsing. De toevoegingen staan immers achter die onderdelen van de overeenkomst geschreven. Indien de toevoeging “voorlopig” op de gehele overeenkomst betrekking heeft, ligt een andere plaatsing van de toevoeging meer voor de hand.
5. Tussen partijen staat vast dat de overeenkomst is aangegaan door de heer [[....], werkzaam bij Nautilus Eco-Civiel b.v., danwel Nautilus Schanskorven b.v. De vraag die beantwoord dient te worden is of de eventuele onbevoegdheid van de heer [....] er aan in de weg staat dat een overeenkomst tot stand is gekomen. De kantonrechter is van oordeel dat ARP in redelijkheid heeft mogen veronderstellen dat haar een opdracht is gegeven namens Nautilus en dat Nautilus zich jegens APR niet mag beroepen op de (eventuele) onjuistheid van deze veronderstelling. Daarbij wordt met name in aanmerking genomen dat de heer Koeman van APR bij het maken van een afspraak aan Nautilus heeft duidelijk gemaakt met welk doel hij kwam en dat hij toen in contact is gebracht met de heer [[....]. De bespreking heeft vervolgens ook plaatsgevonden in het bedrijf van Nautilus. De heer [....] heeft de overeenkomst ondertekend en diverse malen gecorrespondeerd met APR over de te plaatsen advertentie en tot slot het redactionele artikel verzorgd. Daarmee kan er van uit gegaan worden dat Nautilus zelf mede de indruk heeft gewekt dat de heer [....] namens haar optrad en mocht optreden.
6. Het laatste verweer van Nautilus dat de heer [....] niet bevoegd was omdat deze niet in loondienst was bij Nautilus –wat daar ook van zij- zal worden gepasseerd omdat deze stelling te laat in de procedure, namelijk pas bij conclusie van dupliek, ingenomen wordt.
7. Gelet op het bovenstaande zal de vordering integraal worden toegewezen.
8. Nautilus dient als de in het ongelijk te stellen partij in de proceskosten te worden veroordeeld.
De beslissing
De kantonrechter:
Veroordeelt Nautilus om aan APR tegen kwijting te betalen een bedrag van € 1.165,22, te vermeerderen met de contractuele rente ad 1% per maand over € 1.001,39 vanaf 3 april 2009 tot de dag van betaling.
Veroordeelt Nautilus in de proceskosten, die tot heden voor APR worden vastgesteld op een bedrag van € 430,25 [inclusief BTW indien en voorzover door Nautilus verschuldigd], waaronder begrepen een bedrag van € 200,- voor salaris van de gemachtigde van APR [waarover Nautilus geen BTW verschuldigd is].
Verklaart deze veroordeling(en) uitvoerbaar bij voorraad.
Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.M. van der Linde, kantonrechter, bijgestaan door de griffier en op 5 augustus 2009 in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter