ECLI:NL:RBALK:2008:BC4094

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
12 februari 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
810203-07
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal met geweld met dodelijke afloop in vereniging

Op 12 februari 2008 heeft de Rechtbank Alkmaar uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van diefstal met geweld, waarbij de dood van het slachtoffer het gevolg was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, samen met een medeverdachte, op 30 april 2007 in Wervershoof een gewelddadige beroving heeft gepleegd. De verdachte en zijn medeverdachte hebben het slachtoffer, een zestienjarige jongen, onder valse voorwendselen in hun auto gelokt. Tijdens de beroving heeft de medeverdachte het slachtoffer uit de auto getrokken en is er geweld gebruikt, waaronder het steken met een scherp voorwerp en het overrijden van het slachtoffer met de auto. Het slachtoffer is aan zijn verwondingen overleden. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat hij het primair en subsidiair ten laste gelegde had begaan, maar heeft hem wel schuldig bevonden aan het meer subsidiaire feit van diefstal met geweld, wat resulteerde in de dood van het slachtoffer. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaren. De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partij toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan de nabestaanden van het slachtoffer. De rechtbank heeft de in beslag genomen voorwerpen beoordeeld en bepaald welke onttrokken moesten worden aan het verkeer en welke teruggegeven konden worden aan de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK ALKMAAR
Sector straf
Locatie Alkmaar
Parketnummer : 810203-07
Datum uitspraak : 12 februari 2008
TEGENSPRAAK
VERKORT VONNIS van de rechtbank Alkmaar, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak van het
OPENBAAR MINISTERIE
tegen:
Verdachte,
geboren in 1966,
gedetineerd in P.I. Amsterdam, HvB Het Schouw te Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 29 januari 2008.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, die ertoe strekt dat de rechtbank
- verdachte zal vrijspreken van hetgeen hem primair en subsidiair is ten laste gelegd;
- het meer subsidiaire bewezen zal verklaren;
- de verdachte wegens het onder 1 meer subsidiair ten laste gelegde zal veroordelen tot een vrijheidsbenemende straf voor de duur van 8 jaren, met aftrek overeenkomstig artikel
27 van het Wetboek van Strafrecht;
- de vordering van de benadeelde partij zal toewijzen en de verdachte voor dat bedrag de maatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht zal opleggen;
- de in beslaggenomen plastic zak met wikkels, de hasjiesj, het papier (wikkel met poeder) en de sigarettendoos, zal onttrekken aan het verkeer;
- het in beslag genomen zakmes, het zwaard, het gereedschap, de waszak met 2 shirts en een broek, een plastic zak met pillen/medicijnen, de schil- en vleesmessen, het geld
(€ 260,--), de brief, de telefoontoestellen, de telefoonkaart, de sporen, de sportbroek en het blikje red bull, zal teruggegeven aan verdachte;
- het identiteitsbewijs ten name van slachtoffer zal teruggeven aan de uitgevende instantie;
- de gevangenneming van verdachte zal bevelen.
De rechtbank heeft voorts kennisgenomen van hetgeen door de verdachte, alsmede door zijn raadsman, mr. R.J. Wortelboer, naar voren is gebracht.
1. TENLASTELEGGING
Aan de verdachte is, nadat een vordering van de officier van justitie strekkende tot wijziging van de tenlastelegging is toegelaten, ten laste gelegd, dat
primair
hij op of omstreeks 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk (en met voorbedachten rade) slachtoffer van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) met dat opzet (en na kalm beraad en rustig overleg), met een scherprandig en/of langwerpig en stevig (hard) voorwerp in de hals van die slachtoffer gesneden/gestoken en/of de hals van die slachtoffer geperforeerd en/of met een auto (het lichaam van) die slachtoffer overreden, tengevolge waarvan die slachtoffer is overleden;
subsidiair
Medeverdachte op of omstreeks 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof, opzettelijk (en met voorbedachten rade) slachtoffer van het leven heeft beroofd, immers heeft die medeverdachte met dat opzet (en na kalm beraad en rustig overleg), met een scherprandig en/of langwerpig en stevig (hard) voorwerp in de hals van die slachtoffer gesneden/gestoken en/of de hals van die slachtoffer geperforeerd en/of met een auto (het lichaam van) die slachtoffer overreden, tengevolge waarvan die slachtoffer is overleden,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of tot het plegen van welk feit verdachte opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door op 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof
terwijl hij, verdachte, wist:
- dat die medeverdachte drugs wilde kopen/afnemen van die slachtoffer en/of
- dat die medeverdachte "nog wat te regelen had" en/of "nog een appeltje te schillen had" en/of "nog wat te verhapstukken had" met die slachtoffer (in verband met eerder geleverde drugs van slechte kwaliteit) en/of
- dat die medeverdachte over die slachtoffer had gezegd: "Als we de kans krijgen dan pakken we zijn geld en zijn coke/drugs en dan geef ik hem een paar klappen", of woorden van soortgelijke aard en/of strekking,
is/heeft hij, verdachte:
- als passagier in de auto van die medeverdachte meegereden naar de ontmoetingsplaats met die slachtoffer (bij een bushokje in het centrum van Wervershoof) en/of
- op verzoek van die medeverdachte achterin die auto plaatsgenomen (zodat die slachtoffer voorin kon instappen en/of waarna die slachtoffer op de bestuurdersstoel is gaan zitten) en/of
- met die medeverdachte en die slachtoffer meegereden naar de (afgelegen) Parallelweg te Wervershoof (waar die medeverdachte de auto in de berm heeft geparkeerd en uit de auto is gestapt, zogezegd om even te plassen) en/of
- op verzoek van die medeverdachte, terwijl die medeverdachte die slachtoffer door het geopende portierraam naar buiten heeft getrokken, de arm van die slachtoffer vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- nadat hij de arm van die slachtoffer had losgelaten en die medeverdachte (buiten) hoorde schelden en die slachtoffer hoorde roepen: "Genade, genade, ik geeft het wel", althans woorden van dergelijke aard en/of strekking, uit de auto is gegaan/geklommen, gezien dat die slachtoffer een bloedende wond aan/in zijn hals had en/of
- samen met die medeverdachte weer ingestapt in die auto, terwijl hij die slachtoffer hulpeloos heeft achtergelaten en/of heeft nagelaten die slachtoffer (de noodzakelijke) hulp te bieden dan wel hulp in te roepen (en derhalve niet heeft voldaan aan de op hem rustende rechtsplicht die slachtoffer te beschermen) en/of
- (nadat die medeverdachte de auto nabij de kruising met de Zwaagdijk heeft gekeerd en/of) nadat die medeverdachte is (terug)gereden naar de plek waar die slachtoffer lag, op verzoek van die medeverdachte uit de auto gestapt (om te kijken of men iets had vergeten/achtergelaten) en/of
- (op enig moment) de (broek)zakken van die slachtoffer doorzocht en diens geld en/of ID-kaart en/of telefoon en/of een zakje en/of seals/wikkels met verdovende middelen mee-/weggenomen en/of
- nadat die medeverdachte met die auto over (het lichaam van) die slachtoffer is gereden, wederom in die auto gestapt en/of
- (wederom) nagelaten om die slachtoffer hulp te verlenen dan wel hulp in te roepen (en derhalve [wederom] niet heeft voldaan aan de op hem rustende rechtsplicht die slachtoffer te beschermen) en/of
- (nadat die medeverdachte de auto wederom heeft gekeerd), weggereden (richting Enkhuizen) en/of heeft verdachte (onderweg) die ID-kaart en/of die telefoon (van die slachtoffer) en/of een tangetje weggegooid en/of
- de van die slachtoffer af-/weggenomen verdovende middelen aan die medeverdachte gegeven en/of
- het mee-/weggenomen geld zelf gehouden en/of
- samen met die medeverdachte de auto gaan wassen;
meer subsidiair
hij op of omstreeks 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, op de openbare weg, de Parallelweg, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen geld en/of een ID-kaart en/of een telefoon en/of een zakje met verdovende middelen en/of seals/wikkels met verdovende middelen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan slachtoffer, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen slachtoffer, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader
- die slachtoffer (door een geopend portierraam) uit de/een auto heeft/hebben getrokken en/of
- die slachtoffer bij diens arm heeft/hebben vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- die slachtoffer een duw heeft/hebben gegeven ten gevolge waarvan die slachtoffer (ruggelings) op de grond is gevallen en/of
- een knie op de borst, althans het lichaam van die slachtoffer heeft/hebben geduwd/gezet en/of
- die slachtoffer met een scherprandig en/of een langwerpig en stevig (hard) voorwerp in diens hals heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of diens hals heeft/hebben geperforeerd en/of
- die slachtoffer (terwijl hij op de grond lag) met een personenauto heeft/hebben overreden,
terwijl dat feit de dood van die slachtoffer ten gevolge heeft gehad
en/of
hij op of omstreeks 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk (en met voorbedachte rade) slachtoffer zwaar lichamelijk letsel (te weten een halswond van circa negen centimeter waarbij de halsader deels was gekliefd en/of uit de kom geschoten sleutelbeenderen en/of zeven ribbreuken en/of kneuzing van de longen en het hart en de aorta en de longslagader en/of een breuk van de onderkaak) heeft toegebracht, door die slachtoffer opzettelijk (en na kalm beraad en rustig overleg) met een scherprandig en/of langwerpig en stevig (hard) voorwerp in de hals te snijden/steken en/of de hals van die slachtoffer te perforeren en/of door (het lichaam van) die slachtoffer met een auto te overrijden, terwijl dat feit de dood van die slachtoffer ten gevolge heeft gehad;
meest subsidiair
Medeverdachte op of omstreeks 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen geld en/of een ID-kaart en/of een telefoon en/of een zakje met verdovende middelen en/of seals/wikkels met verdovende middelen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan slachtoffer, in elk geval aan een ander of anderen dan aan die medeverdachte en/of aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die slachtoffer, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader
- die slachtoffer (door een geopend portierraam) uit de/een auto heeft/hebben getrokken en/of
- die slachtoffer een duw heeft/hebben gegeven ten gevolge waarvan die slachtoffer (ruggelings) op de grond is gevallen en/of
- een knie op de borst, althans het lichaam van die slachtoffer heeft/hebben geduwd/gezet en/of
- die slachtoffer met een scherprandig en/of een langwerpig en stevig (hard) voorwerp in diens hals heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of diens hals heeft/hebben geperforeerd en/of
- die slachtoffer (terwijl hij op de grond lag) met een personenauto heeft/hebben overreden,
terwijl dat feit de dood van die slachtoffer ten gevolge heeft gehad,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of tot het plegen van welk feit verdachte opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door op 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof,
terwijl hij, verdachte, wist:
- dat die medeverdachte drugs wilde kopen/afnemen van die slachtoffer en/of
- dat die medeverdachte "nog wat te regelen had" en/of "nog een appeltje te schillen had" en/of "nog wat te verhapstukken had" met die slachtoffer (in verband met eerder geleverde drugs van slechte kwaliteit) en/of
- dat die medeverdachte over die slachtoffer had gezegd: "Als we de kans krijgen dan pakken we zijn geld en zijn coke/drugs en dan geef ik hem een paar klappen", of woorden van soortgelijke aard en/of strekking,
is/heeft hij, verdachte:
- als passagier in de auto van die medeverdachte meegereden naar de ontmoetingsplaats met die slachtoffer (bij een bushokje in het centrum van Wervershoof) en/of
- op verzoek van die medeverdachte achterin die auto plaatsgenomen (zodat die slachtoffer voorin kon instappen en/of waarna die slachtoffer op de bestuurdersstoel is gaan zitten) en/of
- met die medeverdachte en die slachtoffer meegereden naar de (afgelegen) Parallelweg te Wervershoof (waar die medeverdachte de auto in de berm heeft geparkeerd en uit de auto is gestapt, zogezegd om even te plassen) en/of
- op verzoek van die medeverdachte, terwijl die medeverdachte die slachtoffer door het geopende portierraam naar buiten heeft getrokken, de arm van die slachtoffer vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- nadat hij de arm van die slachtoffer had losgelaten en die medeverdachte (buiten) hoorde schelden en die slachtoffer hoorde roepen: "Genade, genade, ik geeft het wel", althans woorden van dergelijke aard en/of strekking, uit de auto is gegaan/geklommen, gezien dat die slachtoffer een bloedende wond aan/in zijn hals had en/of
- samen met die medeverdachte weer ingestapt in die auto, terwijl hij die slachtoffer hulpeloos heeft achtergelaten en/of heeft nagelaten die slachtoffer (de noodzakelijke) hulp te bieden dan wel hulp in te roepen (en derhalve niet heeft voldaan aan de op hem rustende rechtsplicht die slachtoffer te beschermen) en/of
- (nadat die medeverdachte de auto nabij de kruising met de Zwaagdijk heeft gekeerd en) nadat die medeverdachte is (terug)gereden naar de plek waar die slachtoffer lag, op verzoek van die medeverdachte uit de auto gestapt (om te kijken of men iets had vergeten/achtergelaten) en/of
- op enig moment) de (broek)zakken van die slachtoffer doorzocht en diens geld en/of ID-kaart en/of telefoon en/of een zakje en/of seals/wikkels met verdovende middelen mee-/weggenomen en/of
- nadat die medeverdachte met die auto over (het lichaam van) die slachtoffer is gereden, wederom in die auto gestapt en/of
- (wederom) nagelaten om die slachtoffer hulp te verlenen dan wel hulp in te roepen (en derhalve [wederom] niet heeft voldaan aan de op hem rustende rechtsplicht die slachtoffer te beschermen) en/of
- (nadat die medeverdachte de auto wederom heeft gekeerd), weggereden (richting Enkhuizen) en heeft verdachte (onderweg) die ID-kaart en/of die telefoon (van die slachtoffer) en/of een tangetje weggegooid en/of
- de van die slachtoffer af-/weggenomen verdovende middelen aan die medeverdachte gegeven en/of
- het mee-/weggenomen geld zelf gehouden en/of
- samen met die medeverdachte de auto gaan wassen
en/of
Medeverdachte op of omstreeks 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof opzettelijk (en met voorbedachte rade) slachtoffer zwaar lichamelijk letsel (te weten een halswond van circa negen centimeter waarbij de halsader deels was gekliefd en/of uit de kom geschoten sleutelbeenderen en/of zeven ribbreuken en/of kneuzing van de longen en het hart en de aorta en de longslagader en/of een breuk van de onderkaak) heeft toegebracht, door die slachtoffer opzettelijk (en na kalm beraad en rustig overleg) met een scherprandig en/of langwerpig en stevig (hard) voorwerp in de hals te snijden/steken en/of de hals van die slachtoffer te perforeren en/of door (het lichaam van) die slachtoffer met een auto te overrijden, terwijl dat feit de dood van die slachtoffer ten gevolge heeft gehad
bij het plegen van welk misdrijf verdachte, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of tot het plegen van welk feit verdachte opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door op 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof,
terwijl hij, verdachte, wist:
- dat die medeverdachte drugs wilde kopen/afnemen van die slachtoffer en/of
- dat die medeverdachte "nog wat te regelen had" en/of "nog een appeltje te schillen had" en/of "nog wat te verhapstukken had" met die slachtoffer (in verband met eerder geleverde drugs van slechte kwaliteit) en/of
- dat die medeverdachte over die slachtoffer had gezegd: "Als we de kans krijgen dan pakken we zijn geld en zijn coke/drugs en dan geef ik hem een paar klappen", of woorden van soortgelijke aard en/of strekking,
is/heeft hij, verdachte:
- als passagier in de auto van die medeverdachte meegereden naar de ontmoetingsplaats met die slachtoffer (bij een bushokje in het centrum van Wervershoof) en/of
- op verzoek van die medeverdachte achterin die auto plaatsgenomen (zodat die slachtoffer voorin kon instappen en/of waarna die slachtoffer op de bestuurdersstoel is gaan zitten) en/of
- met die medeverdachte en die slachtoffer meegereden naar de (afgelegen) Parallelweg te Wervershoof (waar die medeverdachte de auto in de berm heeft geparkeerd en uit de auto is gestapt, zogezegd om even te plassen) en/of
- op verzoek van die medeverdachte, terwijl die medeverdachte die slachtoffer door het geopende portierraam naar buiten heeft getrokken, de arm van die slachtoffer vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- nadat hij de arm van die slachtoffer had losgelaten en die medeverdachte (buiten) hoorde schelden en die slachtoffer hoorde roepen: "Genade, genade, ik geeft het wel", althans woorden van dergelijke aard en/of strekking, uit de auto is gegaan/geklommen, gezien dat die slachtoffer een bloedende wond aan/in zijn hals had en/of
- samen met die medeverdachte weer ingestapt in die auto, terwijl hij die slachtoffer hulpeloos heeft achtergelaten en/of heeft nagelaten die slachtoffer (de noodzakelijke) hulp te bieden dan wel hulp in te roepen (en derhalve niet heeft voldaan aan de op hem rustende rechtsplicht die slachtoffer te beschermen) en/of
- (nadat die medeverdachte de auto nabij de kruising met de Zwaagdijk heeft gekeerd en) nadat die medeverdachte is (terug)gereden naar de plek waar die slachtoffer lag, op verzoek van die medeverdachte uit de auto gestapt (om te kijken of men iets had vergeten/achtergelaten) en/of
- (op enig moment) de (broek)zakken van die slachtoffer doorzocht en diens geld en/of ID-kaart en/of telefoon en/of een zakje en/of seals/wikkels met verdovende middelen mee-/weggenomen en/of
- nadat die medeverdachte met die auto over (het lichaam van) die slachtoffer is gereden, wederom in die auto gestapt en/of
- (wederom) nagelaten om die slachtoffer hulp te verlenen dan wel hulp in te roepen (en derhalve [wederom] niet heeft voldaan aan de op hem rustende rechtsplicht die slachtoffer te beschermen) en/of
- (nadat die medeverdachte de auto wederom heeft gekeerd), weggereden (richting Enkhuizen) en/of heeft verdachte (onderweg) die ID-kaart en/of die telefoon (van die slachtoffer) en/of een tangetje weggegooid en/of
- de van die slachtoffer af-/weggenomen verdovende middelen aan die medeverdachte gegeven en/of
- het mee-/weggenomen geld zelf gehouden en/of
- samen met die medeverdachte de auto gaan wassen.
2. VRIJSPRAAK
Naar het oordeel van de rechtbank is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte primair en subsidiair is ten laste gelegd.
De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
3. BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het meer subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande, dat
hij op 30 april 2007 in de gemeente Wervershoof tezamen en in vereniging met een ander op de openbare weg, de Parallelweg, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen geld en een ID-kaart en een telefoon en een zakje met verdovende middelen en seals/wikkels met verdovende middelen, toebehorende aan slachtoffer, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld tegen Slachtoffer, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld hierin bestond dat
- zijn mededader die slachtoffer door een geopend portierraam uit de auto heeft getrokken en
- verdachte die slachtoffer bij diens arm heeft vastgepakt en/of vastgehouden en
- verdachte of zijn mededader die slachtoffer met een scherprandig voorwerp in diens hals heeft gestoken en
- zijn mededader die slachtoffer terwijl hij op de grond lag met een personenauto heeft overreden,
terwijl dat feit de dood van die slachtoffer ten gevolge heeft gehad.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
4. BEWIJS
De rechtbank grondt de beslissing dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
5. NADERE BEWIJSOVERWEGING
De raadsman van verdachte heeft, voor zover hier van belang, gesteld dat verdachte van het meer subsidiair ten laste gelegde dient te worden vrijgesproken.
De raadsman heeft in dit verband naar voren gebracht dat geen sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en medeverdachte, verder te noemen zijn mededader; een verenigd verband is afwezig. De raadsman wijst er daarbij op dat alle uitvoeringshandelingen door verdachtes mededader zijn verricht, terwijl voorts niet blijkt van een gezamenlijk plan en een samenwerking in de uitvoering van het om het leven brengen van het slachtoffer.
Voorts is door de raadsman aangevoerd dat verdachte ontkent dat hij in de zakken van het slachtoffer is geweest en dat de geweldshandelingen, die ten dienste zouden hebben gestaan aan het wegnemen, maar ook de wegnemingshandelingen, door zijn mededader zijn gepleegd en dat het aandeel van verdachte hierin dermate gering is geweest dat niet kan worden gesproken van een bewuste en nauwe samenwerking.
Voor wat betreft het (voorwaardelijk) opzet aan de zijde van verdachte heeft de raadsman aangevoerd dat het geweld dat door verdachtes mededader is toegepast niet onder het voorwaardelijk opzet van verdachte kan worden gebracht.
De rechtbank verwerpt deze verweren en overweegt daartoe als volgt.
Verdachte heeft tijdens zijn eerste verhoor verklaard dat hij wist dat zijn mededader nog wat met het slachtoffer te regelen had en dat zijn mededader cocaïne van het slachtoffer wilde kopen. Verdachte heeft dit in zijn latere verklaringen herhaald. Zo blijkt uit het tweede verhoor dat verdachte zich kan herinneren dat zijn mededader had gezegd dat hij nog wat met het slachtoffer te verhapstukken had, terwijl uit deze verklaring voorts blijkt dat zijn mededader van te voren tegen hem (verdachte) heeft gezegd dat als ze de kans zouden krijgen ze zijn geld en zijn coke zouden afpakken en dat verdachte dan het geld zou mogen hebben.
Verdachtes mededader heeft een en ander in zoverre bevestigd dat hij heeft verklaard dat hij voor de aan te kopen cocaïne geen geld bij zich had en dat hij met het slachtoffer nog een appeltje te schillen had .
Uit het voorgaande blijkt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte en zijn mededader een gezamenlijk plan hadden om het slachtoffer te beroven en de buit te delen.
De rechtbank is voorts van oordeel dat verdachte een actieve bijdrage heeft geleverd aan de gebeurtenissen, zoals die zich op 30 april 2007 in Wervershoof hebben voorgedaan. Verdachte heeft immers verklaard dat hij, op het moment dat zijn mededader het slachtoffer uit het raam van de auto trok, het slachtoffer bij de arm pakte om hem vast te houden. Verdachte heeft daarover verklaard dat hij dacht dat zijn mededader het geld en de cocaïne van het slachtoffer wilde afpakken en hem daarna wel zou achterlaten . Hetgeen verdachte daarover ter zitting heeft verklaard, namelijk dat hij de arm van het slachtoffer vasthad omdat hij wilde voorkomen dat zijn mededader het slachtoffer uit de auto zou trekken, acht de rechtbank, gelet op de afspraak die tussen verdachte en zijn mededader bestond om het slachtoffer van zijn geld en cocaïne te ontdoen, niet geloofwaardig.
Daarnaast is verdachte degene geweest die de spullen uit de zakken van het slachtoffer heeft gehaald toen het slachtoffer op zijn rug op de grond lag in de nabijheid van de auto van de mededader. Dit blijkt uit de diverse verklaringen die verdachte bij de politie heeft afgelegd . Ook in het verhoor dat op 2 oktober 2007 heeft plaatsgehad naar aanleiding van de reconstructie heeft verdachte verklaard dat hij in de rechterbroekzak van het slachtoffer is geweest .
Op grond van het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn mededader. Zoals hiervoor reeds is aangegeven, is er naar het oordeel van de rechtbank sprake van een vooropgezet plan het slachtoffer van zijn geld en cocaïne te beroven. Verdachte heeft ten aanzien van het slachtoffer ook zelf geweld toegepast, heeft de zakken van het slachtoffer leeggehaald en heeft zich niet aan de situatie onttrokken, terwijl dat naar het oordeel van de rechtbank op enig moment wel mogelijk is geweest. Verdachte heeft immers verklaard dat hij, toen hij uiteindelijk uit de auto was gekomen, het slachtoffer bloedend op de grond zag liggen . Anders dan de raadsman heeft betoogd, heeft verdachte zich op dat moment niet aan de situatie onttrokken en er voor gekozen om weer bij zijn mededader in de auto te stappen. Tegelijkertijd was verdachte zich bewust van de aanmerkelijke kans dat zijn mededader geweld zou gebruiken om het slachtoffer zijn spullen af te nemen en heeft hij zich hierdoor niet laten weerhouden. Verdachte heeft bedoelde kans aanvaard door, als gezegd, weer bij zijn mededader in te stappen, waarna zijn mededader de eerste keer over het slachtoffer is gereden, heeft gekeerd en vervolgens nogmaals over het lichaam van het slachtoffer is gereden.
Uit het voorgaande kan naar het oordeel van de rechtbank worden afgeleid dat in de gedragingen van verdachte de opzet ligt besloten op zowel het wegnemen van de goederen als op het toegepaste geweld, met dien verstande dat het steken en het overrijden van het slachtoffer binnen het gezamenlijk (voorwaardelijk) opzet moet worden beschouwd. Tussen het wegnemen van de spullen, het toegepaste geweld en de dood van het slachtoffer bestaat voorts een zodanig verband dat de dood redelijkerwijs als gevolg van de beroving aan verdachte kan worden toegerekend.
Gelet op al hetgeen hiervoor is overwogen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het meer subsidiair aan hem ten laste gelegde heeft gepleegd.
6. STRAFBAARHEID VAN HET BEWEZEN VERKLAARDE
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
diefstal, voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heter daad aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, gepleegd op de openbare weg, gepleegd door twee of meer verenigde personen, terwijl het feit de dood ten gevolge heeft.
7. STRAFBAARHEID VAN DE VERDACHTE
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.
8. MOTIVERING VAN DE STRAF.
De rechtbank heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de persoon van de verdachte.
De rechtbank heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
Verdachte heeft zich samen met zijn mededader schuldig gemaakt aan een “ripdeal”, waarbij een zestienjarige jongen om het leven is gekomen. Verdachtes mededader heeft daartoe het slachtoffer opgebeld in verband met de aankoop van cocaïne. Op de afgesproken plaats is het slachtoffer bij de mededader en verdachte in de auto gestapt en vervolgens, in goed vertrouwen, met hen meegereden. Onderweg is de mededader uitgestapt en heeft hij het slachtoffer door een raam uit de auto getrokken. Ook verdachte heeft op enig moment de auto verlaten. Ondanks dat niet duidelijk is geworden wat zich buiten de auto van de mededader precies heeft afgespeeld, staat wel vast dat verdachte en/of zijn mededader het slachtoffer in de hals heeft gestoken met een scherp voorwerp en het slachtoffer onder meer zijn cocaïne en geld afhandig hebben gemaakt. Daarna zijn verdachte en zijn mededader in de auto weggereden, waarbij de mededader het lichaam van het slachtoffer heeft overreden. Verdachtes mededader heeft de auto gekeerd en is met hoge snelheid teruggereden naar de plek waar verdachte en zijn mededader het slachtoffer, bloedend en in hulpeloze toestand, in de berm hadden achtergelaten. Vervolgens heeft verdachtes mededader met zijn auto, terwijl hij met zijn hoofd uit het raam hing om te kijken wat hij aan het doen was, nogmaals over het lichaam van het slachtoffer gereden.
Ondanks dat verdachte geen actieve rol heeft gespeeld bij het overrijden van het slachtoffer, rekent de rechtbank het verdachte zwaar aan dat hij zich op geen enkel moment heeft bekommerd om het lot van het slachtoffer, terwijl hij daartoe wel de gelegenheid heeft gehad.
Door feiten als het onderhavige is de rechtsorde in hoge mate geschokt en worden de in het algemeen bestaande gevoelens van onveiligheid vergroot. Daarnaast heeft de verdachte de nabestaanden van het slachtoffer, waaronder zijn vader, moeder en broertje, oneindig veel leed berokkend. Het behoeft naar het oordeel van de rechtbank geen betoog dat zij voor de rest van hun leven de gevolgen van dit vreselijke feit met zich zullen meedragen.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op:
- het op naam van de verdachte staand Uittreksel Justitiële Documentatie, gedateerd 7 mei 2007, waaruit blijkt dat de verdachte reeds eerder terzake van gewelds- en vermogensdelicten tot vrijheidsbenemende straffen is veroordeeld.
Dit heeft de verdachte er kennelijk niet van kunnen weerhouden te recidiveren.
- het over de verdachte uitgebrachte vroeghulpinterventierapport gedateerd 10 mei 2007 van G. Porte als reclasseringswerkster verbonden aan Reclassering Nederland
- het over de verdachte uitgebrachte voorlichtingsrapport gedateerd 6 november 2007 van M.M. de Geus als reclasseringswerkster verbonden aan de Brijder Verslavingszorg te Alkmaar.
Het psychologisch rapport gedateerd 31 oktober 2007 van J.M. Oudejans, psycholoog, houdt als beantwoording van de vragen onder meer het volgende in:
“ 1. (…..)
b. Is onderzochte lijdende aan een ziekelijke stoornis of gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens en zo ja, hoe is dat in diagnostische zin te omschrijven?
Onderzochte is momenteel lijdende aan een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de vorm van een posttraumatische stressstoornis, cerebrale schade die zich manifesteert in de vorm van geheugenstoornissen, en een afhankelijkheid van heroïne en sedativen die langdurig en volledig respectievelijk kortdurend en gedeeltelijk in remissie is.
(…..).
2. Hoe was het psychisch toestandsbeeld van betrokkene ten tijde van het plegen van het tenlaste gelegde?
Ook ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde was betrokkene lijdende aan voornoemde ziekelijke stoornis van de geestvermogens.
3. Beïnvloedde de eventuele ziekelijke stoornis/gebrekkige ontwikkeling der geestvermogens onderzochtes gedragskeuzen c.q. zijn gedragingen ten tijde van het tenlastegelegde (zodanig dat het tenlastegelegde daaruit verklaard kan worden)?
Er is geen invloed/doorwerking van deze ziekelijke stoornis van de geestvermogens op onderzochtes gedragskeuzen c.q. zijn gedragingen ten tijde van het tenlastegelegde aantoonbaar.
(….)
Op grond van het voorgaande is ondergetekende van mening dat onderzochte ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde de wederrechtelijkheid daarvan heeft kunnen in¬zien en net als de gemiddeld normale mens in staat is geweest zijn wil in vrijheid — overeenkomstig een dergelijk besef— te bepalen. In antwoord op de in hoofde gestelde vraag concludeert ondergetekende dat onderzochte ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde feit weliswaar lijdende was aan een ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens, doch dat dit feit — indien bewezen — hem volledig kan worden toegerekend. ”
Met de inhoud van laatstgenoemd rapport, voor zover weergegeven, kan de rechtbank zich verenigen.
Gelet op al hetgeen reeds in dit vonnis is overwogen en met name gelet op de ernst, de gruwelijkheid en de onherstelbaarheid van het delict, acht de rechtbank, die de verdachte het feit volledig toerekent, een gevangenisstraf van aanzienlijke duur passend en geboden.
9. MOTIVERING VAN DE MAATREGEL
De rechtbank is van oordeel, dat de in beslaggenomen voorwerpen, te weten
a. plastic zak met wikkels en poststukken, zoals vermeld onder 2 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
b. de hashish, zoals vermeld onder 6 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
c. het papier, wikkel met poeder, zoals vermeld onder 11 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen en
d. de sigarettendoos, sigarettenpakje met wit poeder, zoals vermeld onder 14 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen,
dienen te worden onttrokken aan het verkeer.
Het ongecontroleerde bezit daarvan is in strijd met de wet en het algemeen belang.
Verder is uit het onderzoek op de terechtzitting het volgende gebleken.
De inbeslaggenomen voorwerpen zijn door middel van het bewezen verklaarde verkregen.
10. BESLISSING OMTRENT IN BESLAG GENOMEN VOORWERPEN
10.1 De rechtbank is van oordeel, dat de in beslaggenomen voorwerpen, te weten:
a. het mes, zoals vermeld onder 1 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
b. het zwaard, zoals vermeld onder 3 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
c. een waszak met 1 shirt, 1 shirt turkoise en een broek, zoals vermeld onder 4 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
d. het gereedschap (multitools), zoals vermeld onder 5 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
e. een plastic zak met ongeveer 200 pillen/medicijnen, zoals vermeld onder 7 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
f. 4 messen, schil, zoals vermeld onder 8 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
g. 3 messen, vlees, zoals vermeld onder 8 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
h. het geld, 260 euro, zoals vermeld onder 9 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
i. de brief, zoals vermeld onder 10 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
j. het telefoontoestel, motorola, zoals vermeld onder 12 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
k. het telefoontoestel, Nokia, zoals vermeld onder 13 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
l. 2 telefoonkaarten en een visitekaart, zoals vermeld onder 15 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
m. sporen, lakschilfers, zoals vermeld onder 16 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
n. de sportbroek, zoals vermeld onder 17 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
o. het blik, red bull, zoals vermeld onder 18 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen;
dienen te worden teruggegeven aan verdachte.
Uit het onderzoek op de terechtzitting is gebleken, dat deze persoon als rechthebbende kunnen worden aangemerkt.
10.2 De rechtbank is van oordeel dat het inbeslaggenomen identiteitsbewijs, zoals vermeld onder 19 op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen, dient te worden teruggegeven aan de uitgevende instantie.
11. BENADEELDE PARTIJ
Nabestaande van slachtoffer heeft als benadeelde partij vóór de aanvang van de terechtzitting in het geding over de strafzaak bij de officier van justitie opgave gedaan van de inhoud van de vordering tot vergoeding van
€ 4.765,40 wegens schade die de verdachte met zijn mededader aan de benadeelde partij heeft toegebracht.
Nu voorts is komen vast te staan dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor in de rubriek BEWEZENVERKLARING onder 1 meer subsidiair bewezen verklaarde strafbare feit, door de handelingen van de verdachte, ook al is een andere dader daarbij betrokken, rechtstreeks schade heeft geleden tot het gevorderde bedrag kan de vordering worden toegewezen.
De verdachte dient daarnaast te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak moet maken.
De verdachte is niet tot vergoeding gehouden voor zover het toewijsbare reeds door de mededader aan de benadeelde partij is voldaan.
12. SCHADEVERGOEDING ALS MAATREGEL
De rechtbank heeft tot het opleggen van de hierna te noemen maatregel besloten omdat de verdachte naar het oordeel van de rechtbank jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door de in de rubriek BEWEZENVERKLARING onder 1 meer subsidiair bewezen verklaarde strafbare feit is toegebracht aan de benadeelde.
De toepassing van hechtenis, bij gebreke van voldoening van het verschuldigde bedrag, heft de opgelegde verplichting niet op.
13.GEVANGENEMING
Gelet op het door de rechtbank bewezenverklaarde feit, dat naar zijn aard afwijkt van het feit waarvoor de voorlopige hechtenis is bevolen, zal de rechtbank de gevorderde gevangenneming van verdachte bevelen. Dit bevel zal afzonderlijk worden geminuteerd.
14. TOEGEPASTE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
De op te leggen straf en maatregel zijn gegrond op de artikelen 36b, 36c, 36f, 47, 312 van het Wetboek van Strafrecht en artikel 67b van het Wetboek van Strafvordering.
15. BESLISSING
De rechtbank:
? Verklaart niet wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het primair en subsidiair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
? Verklaart bewezen, dat de verdachte het meer subsidiair ten laste gelegde, zoals hierboven in de rubriek BEWEZENVERKLARING aangeduid, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders tenlaste is gelegd dan hierboven in de rubriek BEWEZENVERKLARING bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
? Verstaat dat het bewezen verklaarde oplevert het hierboven in de rubriek STRAFBAARHEID VAN HET BEWEZENVERKLAARDE vermelde strafbare feit.
? Verklaart de verdachte voor het bewezen verklaarde strafbaar.
? Veroordeelt de verdachte voor het bewezen verklaarde tot een gevangenisstraf voor de tijd van 8 (acht) jaren.
Bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht.
? Verklaart onttrokken aan het verkeer:
1.00 STK Plastic zak
-
met wikkels en poststukken
1.00 STK Hashish
1.00 STK Papier
Wikkel
met poeder
1.00 STK Sigarettendoos
-
sigarettenpakje met wit poeder
? Gelast de teruggave aan de verdachte van:
1.00 STK Mes
Zak
1.00 STK Zwaard
Samoerai
1.00 STK Waszak
-
met 1 shirt, 1 shirt turkoise en een broek
2.00 STK Gereedschap
-
multitools
1.00 STK Plastic zak
-
met ongeveer 200 pillen/medicijnen
4.00 STK Mes
Schil
3.00 STK Mes
Vlees
Euro
-
260 euro
1.00 STK Brief
-
1.00 STK Telefoontoestel
MOTOROLA
1.00 STK Telefoontoestel
NOKIA
2.00 STK Telefoonkaart
-
en 1 visitekaartje van Patrick de Wit
1.00 STK Sporen
Lakschilf
grijze lakschilfers en zwarte kunststofschil
1.00 STK Broek
Sport
1.00 STK Blik
RED BULL
? Gelast de teruggave aan de uitgevende instantie van:
1.00 STK Identiteitsbewijs
-
van Slachtoffer
? Wijst toe de vordering van de benadeelde partij nabestaande van slachtoffer.
Veroordeelt de verdachte tot het betalen van een bedrag van € 4.765,40, (vierduizend zevenhonderd vijfenzestig euro en veertig eurocenten) als schadevergoeding.
Veroordeelt de verdachte voorts in de kosten die de benadeelde partij tot op heden heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak moet maken.
De tot heden gemaakte kosten begroot de rechtbank op nihil.
Bepaalt dat de verdachte niet tot betaling gehouden is indien en voor zover de verschuldigde bedragen reeds door de mededader zijn voldaan.
? Legt aan de verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, te betalen een som geld ten bedrage van € 4.765,40, (vierduizend zevenhonderd vijfenzestig euro en veertig eurocenten), bij gebreke van betaling en van verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 26 (zes en twintig) dagen.
Bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij in mindering strekken op de betaling aan de Staat.
Bepaalt dat betalingen aan de Staat in mindering strekken op de betaling aan de benadeelde partij.
? Beveelt met betrekking tot het bewezenverklaarde feit de gevangenneming van verdachte.
Dit vonnis is gewezen door
mr. B.H. Franke, voorzitter,
mr. F.J. Lourens en mr. M.E. Francke, rechters,
in tegenwoordigheid van R. van der Vecht, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 12 februari 2008.