Uitspraak
RECHTBANK Alkmaar
(P)
Rechtbank Alkmaar
Op 15 april 2008 heeft de Rechtbank Alkmaar uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot zware mishandeling. De zaak vond zijn oorsprong in een incident op 10 juni 2007 te Hensbroek, waar de verdachte, na een feest, in een confrontatie met een groep jongeren betrokken raakte. De verdachte zou met een houten lat, voorzien van spijkers, een van de jongeren, [slachtoffer 1], op het hoofd hebben geslagen, waardoor deze bewusteloos raakte. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. Tijdens de zitting op 1 april 2008 heeft de rechtbank de vordering van de officier van justitie en de verdediging gehoord. De verdediging voerde aan dat de verdachte niet de intentie had om zwaar lichamelijk letsel toe te brengen en dat er geen sprake was van een poging tot doodslag. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de primair tenlastegelegde feiten, maar dat de verdachte wel schuldig was aan de subsidiair tenlastegelegde poging tot zware mishandeling. De rechtbank kwam tot de conclusie dat de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat hij met voorbedachten rade handelde. De verdachte werd uiteindelijk veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien deze taakstraf niet naar behoren werd verricht. De rechtbank hield rekening met de omstandigheden van de zaak, waaronder het gedrag van de groep jongeren en de rol van de verdachte als medeorganisator van het feest.