ECLI:NL:RBALK:2007:BB2260

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
22 augustus 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
93569
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van overeenkomst tot betaling bij beëindiging zwangerschap in strijd met goede zeden

In deze zaak heeft de Rechtbank Alkmaar op 22 augustus 2007 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Eiseres en Gedaagde. Eiseres vorderde een betaling van Gedaagde van € 100.777,48, vermeerderd met buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente, op basis van een overeenkomst die zij met Gedaagde had gesloten. Deze overeenkomst hield in dat Gedaagde Eiseres de helft van de overwaarde van hun gezamenlijke woning zou betalen, mits Eiseres haar zwangerschap zou beëindigen. Eiseres stelde dat zij haar verplichtingen uit de overeenkomst was nagekomen en dat de overeenkomst niet in strijd was met de goede zeden, omdat abortus in Nederland is gelegaliseerd.

Gedaagde daarentegen ontkende de overeenkomst en stelde dat, zelfs als deze zou bestaan, deze nietig zou zijn wegens strijd met de goede zeden en de openbare orde. De rechtbank oordeelde dat het niet nodig was om vast te stellen of de overeenkomst daadwerkelijk was gesloten. De rechtbank kwam tot de conclusie dat, indien de overeenkomst was gesloten, deze nietig zou zijn. Dit was gebaseerd op de overweging dat het koppelen van een financiële beloning aan de beslissing om een zwangerschap te beëindigen, de vrijwilligheid van die beslissing in gevaar kan brengen. De rechtbank benadrukte dat de wetgeving omtrent abortus in Nederland strikte voorwaarden stelt om ervoor te zorgen dat vrouwen in vrijheid en met zorgvuldigheid tot een beslissing komen.

Aangezien de rechtbank de overeenkomst nietig verklaarde, kon deze niet dienen als basis voor de vordering van Eiseres. De rechtbank wees daarom de vordering van Eiseres af en veroordeelde haar tot betaling van de proceskosten aan Gedaagde. De kosten werden begroot op € 1.136,00 aan verschotten en € 2.842,00 aan salaris van de procureur.

Uitspraak

RECHTBANK TE ALKMAAR
Sector civiel recht
JCV/EvdL
zaak- en rolnummer: 93569/ HA ZA 07-179
datum: 22 augustus 2007
Vonnis van de enkelvoudige kamer voor de behandeling van burgerlijke zaken
in de zaak van:
toev.nr. 2CS2699
EISERES,
wonende te [woonplaats],
EISERES bij dagvaarding van 26 januari 2007,
procureur: mr. C.H.P. de Boer,
advocaat: mr. J.C.M. Bonnier te Wijchen,
tegen:
GEDAAGDE,
wonende te [woonplaats], gemeente Zijpe,
GEDAAGDE,
procureur: mr. P.T.M. van Diepen.
Partijen zullen verder worden genoemd "Eiseres" respectievelijk "Gedaagde".
HET VERLOOP VAN HET GEDING
Eiseres heeft gesteld en gevorderd overeenkomstig de dagvaarding, waarbij vier producties zijn overgelegd.
Gedaagde heeft een conclusie van antwoord genomen, waarbij zes producties zijn overgelegd.
Op 25 april 2007 heeft de rechtbank een in deze zaak tussen partijen gewezen vonnis uitgesproken. Ter uitvoering van dat vonnis heeft op 9 juli 2007 een comparitie van partijen plaatsgevonden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt.
Ten slotte is vonnis bepaald. De inhoud van al deze stukken geldt als hier ingelast.
DE FEITEN
Tussen partijen staat het volgende vast:
Partijen hebben in de periode 1997 tot 1 december 2001 een affectieve relatie gehad.
Tijdens deze relatie waren partijen woonachtig in de woning gelegen aan [adres] (hierna: de woning), waarvan Gedaagde de eigenaar was.
Op 7 februari 2002 heeft Eiseres haar zwangerschap laten beëindigen.
HET GESCHIL
Eiseres heeft gevorderd dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Gedaagde zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Eiseres te betalen een bedrag van euro 100.777,48, vermeerderd met de buitengerechtelijke kosten ad euro 2.139,14, alsmede vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:120 Burgerlijk Wetboek over de hoofdsom, te rekenen vanaf 10 november 2006 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van Gedaagde in de kosten van deze procedure.
Eiseres heeft daaraan - verkort en zakelijk weergegeven - het navolgende ten grondslag gelegd.
Partijen hebben een overeenkomst (hierna: de overeenkomst) gesloten waarin zij zijn overeengekomen dat Gedaagde aan Eiseres de helft van de overwaarde van de woning zou betalen indien Eiseres haar zwangerschap zou laten beëindigen. Aangezien Eiseres haar verplichting is nagekomen, dient Gedaagde aan zijn betalingsverplichting te voldoen. De overeenkomst is niet in strijd met de goede zeden, omdat abortus provocatus in Nederland is gelegaliseerd.
Gedaagde heeft de vordering en de onderbouwing daarvan weersproken.
Gedaagde ontkent de overeenkomst met Eiseres te hebben gesloten. Daarnaast stelt hij, dat als een dergelijke overeenkomst gesloten zou zijn, de overeenkomst nietig is wegens strijd met de goede zeden en de openbare orde.
DE BEOORDELING VAN HET GESCHIL
Voor de beoordeling van de zaak behoeft niet te komen vast te staan dat de overeenkomst is gesloten. Indien veronderstellenderwijs wordt aangenomen dat partijen de overeenkomst hebben gesloten, is de rechtbank van oordeel dat deze overeenkomst nietig is wegens strijd met de goede zeden.
In Nederland is aanvaard dat onder bepaalde voorwaarden, welke zijn vastgelegd in de Wet afbreking zwangerschap, een zwangerschap mag worden afgebroken. Beëindiging van een zwangerschap wordt namelijk als een dermate ernstige en ingrijpende maatregel beschouwd, dat de in hierboven genoemde wet omschreven voorwaarden er zorg voor dienen te dragen dat de besluitvorming hieromtrent zorgvuldig plaatsvindt en de vrouw in vrijwilligheid tot haar besluit komt.
De overeenkomst waarin een besluit tot het beëindigen van een zwangerschap wordt gekoppeld aan betaling van een geldsom, kan tot gevolg hebben dat een vrouw door overwegingen van financieel voordeel wordt geleid bij het nemen van een beslissing die met inachtneming van de hierboven gegeven uitgangspunten ten aanzien van besluitvorming en vrijwilligheid behoort te worden genomen. De onzedelijkheid van de overeenkomst is daarom niet in het feit gelegen dat Eiseres haar zwangerschap heeft laten beëindigen, maar dat zij zich in ruil voor betaling hiertoe heeft verplicht.
Aangezien de overeenkomst nietig is, kan deze niet dienen als grondslag voor de vordering van Eiseres. De rechtbank zal daarom haar vordering afwijzen met veroordeling van Eiseres tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [gedaagde].
DE BESLISSING
De rechtbank:
Wijst de vordering af.
Verwijst Eiseres in de kosten van het geding, tot heden aan de zijde van Gedaagde begroot op euro 1.136,00 aan verschotten en op euro 2.842,00 aan salaris van de procureur.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. E.M. van der Linde en uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 22 augustus 2007 in tegenwoordigheid van de griffier.