ECLI:NL:RBALK:2006:BA3427
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herbeoordeling arbeidsongeschiktheid Wajong-uitkering en geschil over mate van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Alkmaar op 22 november 2006 uitspraak gedaan in een geschil over de arbeidsongeschiktheid van eiseres, die een Wajong-uitkering ontving. Eiseres was eerder beoordeeld op een arbeidsongeschiktheid van 55 tot 65%, maar na een herbeoordeling door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) werd haar arbeidsongeschiktheid vastgesteld op minder dan 25%. Dit leidde tot de intrekking van haar Wajong-uitkering per 1 januari 2006. Eiseres maakte bezwaar tegen dit besluit, waarop het Uwv het bezwaar gegrond verklaarde en de arbeidsongeschiktheid opnieuw vaststelde op 55 tot 65%. Eiseres was het hier niet mee eens en stelde dat zij per 1 januari 2006 volledig arbeidsongeschikt was, omdat er onvoldoende functies beschikbaar waren die zij kon vervullen.
De rechtbank oordeelde dat de conclusie van het Uwv onjuist was. De rechtbank stelde vast dat er onvoldoende functies waren om de arbeidsongeschiktheid van eiseres te onderbouwen, wat betekende dat zij per 1 januari 2006 als 80 tot 100% arbeidsongeschikt moest worden beschouwd. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van het Uwv en bepaalde dat het Uwv een nieuw besluit moest nemen, waarbij het rekening moest houden met de vaststelling dat eiseres volledig arbeidsongeschikt was. De rechtbank oordeelde ook dat het verzoek van eiseres om schadevergoeding werd afgewezen, omdat er nog geen definitieve beslissing was genomen over haar aanspraken op de Wajong-uitkering.
De rechtbank concludeerde dat het beroep van eiseres gegrond was en dat het Uwv de proceskosten moest vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van de arbeidsongeschiktheid en de noodzaak voor het Uwv om de juiste procedures te volgen bij het vaststellen van de mate van arbeidsongeschiktheid.