ECLI:NL:RBALK:2006:AZ3994
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Westdorp
- P. van Steijnen
- O.M. Harms
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in poging tot doodslag en zware mishandeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Alkmaar op 5 december 2006 uitspraak gedaan in de zaak van het Openbaar Ministerie tegen de verdachte, die werd beschuldigd van poging tot doodslag en opzettelijke zware mishandeling. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten, omdat niet overtuigend bewezen kon worden dat hij deze had gepleegd. De zaak kwam voort uit een aangifte van het slachtoffer op 23 april 2006, waarin hij verklaarde dat de verdachte hem met een mes had aangevallen. Tijdens de terechtzittingen op 19 februari en 28 november 2006 zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de broer van het slachtoffer en diens vriendin, die beiden verklaarden dat zij de verdachte en het slachtoffer op een muurtje zagen zitten. De rechtbank heeft echter geconcludeerd dat de verklaringen van de getuigen niet voldoende bewijs boden om de verdachte te veroordelen. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat er geen overtuigend bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk het slachtoffer had verwond, en dat de verklaringen van de getuigen niet consistent waren met de bevindingen van de politie en medische rapporten. Gezien het gebrek aan bewijs heeft de rechtbank de benadeelde partij niet ontvankelijk verklaard in zijn vordering en het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven, waardoor de verdachte onmiddellijk in vrijheid werd gesteld.