ECLI:NL:RBALK:2006:AZ3119
Rechtbank Alkmaar
- Kort geding
- J.M. Vrakking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van de vordering tot schorsing van de executie in huurkwestie
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Alkmaar op 28 november 2006 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap De Hoek Assurantie Adviseurs B.V. (eiseres) en Belfries I B.V. (gedaagde). De Hoek vorderde schorsing van de executie van de huur, maar de voorzieningenrechter heeft deze vordering afgewezen. De achtergrond van de zaak betreft een huurverhouding tussen De Hoek en de toenmalige eigenaren van het gehuurde pand aan de Hoek 8 te Wervershoof. De Hoek stelde dat zij sinds 1 januari 1998 een gedeelte van het pand huurt en dat zij recht heeft op huurbescherming. Belfries, de nieuwe eigenaar van het pand, betwistte deze claim en voerde aan dat de huurvoorwaarden voor De Hoek zijn verslechterd.
Tijdens de zitting op 27 november 2006 heeft De Hoek haar vordering toegelicht, terwijl Belfries verweer voerde. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van huurvernieuwing, maar dat deze op meer bezwarende voorwaarden is aangegaan zonder toestemming van de hypotheekhouder, FGH Bank N.V. Dit leidde tot de conclusie dat Belfries gerechtigd is om tot ontruiming over te gaan. De voorzieningenrechter heeft De Hoek in de kosten van het geding veroordeeld, die zijn begroot op Euro 248,- aan verschotten en Euro 816,- aan salaris voor de procureur.
De uitspraak benadrukt het belang van toestemming van de hypotheekhouder bij huurvernieuwing en de gevolgen van het niet verkrijgen van die toestemming. De Hoek heeft geen voldoende bewijs geleverd dat haar huurbescherming toekomt, en de voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het belang van Belfries bij ontruiming zwaarder weegt dan het belang van De Hoek bij voortzetting van de huur.