ECLI:NL:RBALK:2003:AI1814
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van rechtshandeling en aansprakelijkheid van bestuurder in belastingkwestie
In deze zaak, uitgesproken op 7 mei 2003 door de Rechtbank Alkmaar, staat de aansprakelijkheid van [gedaagde 3] als bestuurder van de coöperatie [naam bedrijf] centraal. De Rechtbank verwijst naar een eerder vonnis van 5 september 2002 en behandelt de vorderingen van [eiser] die zijn gebaseerd op de stelling dat de overdracht van een boerderij door [gedaagde 3] aan [gedaagde 2] een onverplichte rechtshandeling was, waardoor de mogelijkheid tot verhaal op [gedaagde 3] is verminderd. De Rechtbank overweegt dat [gedaagde 3] hoofdelijk aansprakelijk kan worden gesteld voor de belastingschuld van [naam bedrijf] en dat de overdracht van de boerderij met het oogmerk is verricht om de verhaalsmogelijkheden van [eiser] te benadelen.
De Rechtbank stelt vast dat er geen rechtsplicht was voor [gedaagde 3] om de boerderij over te dragen, en dat de overdracht plaatsvond zonder dat er een daadwerkelijke betaling was gedaan door [gedaagde 1]. De Rechtbank concludeert dat de verkoop en overdracht van de boerderij door [gedaagde 3] aan [gedaagde 2] geheel of nagenoeg geheel met het oogmerk is verricht om de mogelijkheid tot verhaal op [gedaagde 3] te verminderen. De vorderingen van [eiser] worden toegewezen, en de Rechtbank vernietigt de rechtshandeling van de verkoop en levering van de boerderij, waardoor [eiser] zich mag verhalen op de onroerende zaak.
De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bestuurders in belastingkwesties en de gevolgen van onverplichte rechtshandelingen. De Rechtbank beveelt ook dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] medewerking moeten verlenen aan de wijziging van de tenaamstelling van de onroerende zaak in de openbare registers, op straffe van een dwangsom. De zaak illustreert de complexiteit van aansprakelijkheid en de bescherming van schuldeisers in het civiele recht.