ECLI:NL:RBALK:2003:AF7481
Rechtbank Alkmaar
- Kort geding
- J.M. Vrakking
- Rechtspraak.nl
Weigering van de gevorderde voorziening in kort geding betreffende borgstelling voor hypothecaire lening
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Alkmaar op 17 april 2003 uitspraak gedaan in een kort geding. Eiser, A.P.L. VAN VEEN, heeft zich in privé borg gesteld voor een hypothecaire lening die gedaagde, PEHA HOLDING B.V., heeft afgesloten bij de besloten vennootschap A.P.L. VAN VEEN BEHEER B.V. Tijdens de zitting op 8 april 2003 heeft eiser zijn vordering gepresenteerd en deze later aangevuld. Gedaagde heeft de vordering bestreden, waarna beide partijen pleitnotities hebben overgelegd en vonnis hebben gevraagd. De voorzieningenrechter heeft de inhoud van alle stukken als ingelast beschouwd.
In zijn beslissing heeft de voorzieningenrechter de gevorderde voorziening geweigerd. Dit betekent dat de vordering van eiser om gedaagde te verbieden hem als borg aan te spreken, niet is toegewezen. De rechter heeft geoordeeld dat eiser geen belang heeft bij zijn vordering, aangezien er al een kort gedingvonnis is gewezen in een andere zaak, waarin de vordering van de vennootschap A.P.L. VAN VEEN BEHEER B.V. tegen gedaagde is toegewezen. Hierdoor is de executie door gedaagde al stopgezet, wat de noodzaak voor de gevorderde voorziening van eiser wegneemt.
De voorzieningenrechter heeft ook besloten om de kosten van het geding te compenseren, wat inhoudt dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier J.J.M. Jeurissen.