Conclusie
1.Inleiding
2.Het middel
toestemming(cursivering van mij, AEH) kreeg om in de tuin een sigaret te roken, maar alleen in het gezelschap van de verdachte;
Parket bij de Hoge Raad
In deze zaak is de verdachte, geboren in 1986, bij arrest van 30 april 2021 door het gerechtshof Amsterdam veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden voor medeplegen van verkrachting en wederrechtelijke vrijheidsberoving. Het cassatieberoep is ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat J. Kuijper, die één middel van cassatie heeft voorgesteld. Het middel betwist de motivering van het hof met betrekking tot de bewezenverklaring van de wederrechtelijke vrijheidsberoving. De verdachte en een medeverdachte zouden het slachtoffer in de nacht van 17 op 18 maart 2018 in Amsterdam hebben meegenomen naar hun woning, waar zij het slachtoffer onder druk hebben gezet en gedwongen tot seksuele handelingen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte en de medeverdachte voldoende nauw en bewust hebben samengewerkt bij de verkrachting en de vrijheidsberoving van het slachtoffer. De verdediging stelt dat de bewezenverklaring onvoldoende is gemotiveerd, maar het hof heeft geoordeeld dat de omstandigheden, waaronder de bedreigende situatie voor het slachtoffer, voldoende zijn om wederrechtelijke vrijheidsberoving aan te nemen. De conclusie van de Advocaat-Generaal is dat het cassatieberoep moet worden verworpen, omdat het middel in alle onderdelen faalt en er geen gronden zijn voor vernietiging van de uitspraak.